Productschap Margarine
06.02.2007
Forse toename oliezadenareaal door toetreding Roemenië en Bulgarije
Met de toetreding van Roemenië en Bulgarije tot de Europese Unie is
het areaal landbouwgrond in de EU met 11 procent toegenomen. De
uitbreiding is met name te danken aan Roemenie (8%). Deze uitbreiding
leidt naar verwachting tot een forse productiestijging van granen
(mais) en oliezaden (zonnebloemen). Beide landen zullen daarvan weldra
exportoverschotten produceren, waardoor de EU niet langer maïs en
zonnebloemzaden hoeft te importeren. Deze impact op de food- en
agribusiness schetst Rabobank in het Engelstalige rapport 'Accession
of Romania and Bulgaria to the EU'.
Met name hun ervaring met de teelt van oliezaden en de ligging aan de
Zwarte Zee zijn gunstig voor de export naar andere lidstaten. De
verwachting is dat na de toetreding de opbrengsten per hectare zullen
stijgen, net zoals dat het destijds het geval was in Polen en
Hongarije.
Afgezien van de exportmogelijkheden vanwege de groeiende vraag naar
biodiesel in de EU zullen de nieuwe lidstaten ook biomassa nodig
hebben om aan hun verplichtingen in het kader van de Europese
Biobrandstoffen richtlijn te voldoen. Dit zal ongetwijfeld leiden tot
extra crushcapaciteit en de bouw van met name biodieselfabrieken.
Populaire investeringslanden
Sinds 2000 groeien beide economieën jaarlijks stabiel met 4 tot 6
procent, waarbij de werkloosheid in deze periode halveerde. Het
EU-lidmaatschap, groeiende binnenlandse markten en relatief goedkope
productiefactoren maken Burgarije en Roemenie tot populaire
investeringslanden. Rabobank analyseerde mede daarom de belangrijkste
gevolgen die deze uitbreiding heeft voor food- en agrisectoren in de
nieuwe en bestaande lidstaten. Dat zijn (in kort bestek):
* Een forse productiegroei in de grond- en arbeidsintensieve
sectoren, zoals granen, oliezaden, vlees en groenten en fruit.
Herstel van de wijn- en suikerproductie is echter minder snel te
verwachten.
* Beide landen zijn in staat om in de nabije toekomst
exportoverschotten te produceren aan maïs en zonnebloemzaden.
Daarmee is te voorzien in de EU-invoervraag en import van elders
overbodig.
* Het aantal kleinschalige producenten (minder dan 1 hectare) neemt
- mede door de binnenlandse economische ontwikkeling - snel af en
maakt plaats voor meer industriële productiesystemen.
* Om kwaliteit en efficiëntie te verbeteren zijn flinke
investeringen nodig in de toeleveringsketen; dit varieert van
zaden, kunstmest gewasbescherming, infrastructuur, gebouwen tot
stalinrichting.
* De aanstaande modernisering in de agrarische productieketen biedt
ook het Nederlandse bedrijfsleven serieuze kansen, vooral voor
leveranciers van producten in de toeleveringsketen.
* Buitenlandse investeerders geven vooralsnog de voorkeur aan
activiteiten in Roemenië boven Bulgarije, met name vanwege de
grotere binnenlandse afzetmarkt.
* De bancaire sector is redelijk ontwikkeld, maar de
kredietmogelijkheden in de landbouw zijn beperkt. Zo is nog geen
hypotheek op land te nemen, wat de ontwikkeling van agrarische
kredietverlening belemmert.
* De nieuwe lidstaten zijn geen lid van de Europese Monetaire Unie
(EMU). Dit brengt een relatief hoog valutarisico met zich mee. Dit
verdient aandacht bij het zakendoen in deze landen.