Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Directie Voedselkwaliteit en Diergezondheid

De Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten-Generaal


Postbus 20018

2500 EA 's-GRAVENHAGE

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum

VD. 2007/145 februari 2007
---
onderwerp bijlagen

Stand van zaken uitbraak bluetongue

Geachte Voorzitter,

In vervolg op mijn brief van 16 oktober 2006 (Tweede Kamerstuk 2005-2006, 30669, nr. 5) informeer ik u met deze brief over de ontwikkelingen met betrekking tot de bluetongue- uitbraak in Zuid-Nederland. Daarnaast stel ik u op de hoogte van de versoepelingen die in het kader van de knuttenvrije periode zijn ingesteld, het monitoringsprogramma en de verwachtingen voor de komende maanden.

Stand van zaken
In Nederland is de toename van het aantal besmettingen gestagneerd. Sinds 14 december 2006 zijn er geen nieuwe besmettingen op basis van klinische symptomen meer gemeld. Wel worden er ook na 14 december 2006 nog een tot enkele besmettingen per week geconstateerd. Het betreft besmettingen die zijn ontdekt na de uitvoering van de PCR-test, die plaatsvindt voor verplaatsing van dieren uit het 20-km- gebied of na het onderzoek voor export. Met een PCR-test, waarbij stukjes DNA van het Ministerie van Landbouw, virus worden aangetoond, kunnen dieren nog lange tijd na infectie positief bevonden Natuur en Voedselkwaliteit worden. Bij het ontbreken van klinische verschijnselen kan over het tijdstip van besmetting Directie Voedselkwaliteit geen uitspraak worden gedaan. In verband met de afwezigheid van knutten (zie hier- en Diergezondheid
Bezuidenhoutseweg 73 onder) kan vanaf half december aangenomen worden dat het hier oude infecties betreft. Postadres: Postbus 20401 Het Nederlandse 20-km-gebied strekt zich uit over Limburg, Noord-Brabant, Zeeland en 2500 EK 's-Gravenhage delen van Zuid-Holland, Utrecht en Gelderland. In Nederland zijn tot nu toe op Telefoon: 070 - 3786868 458 bedrijven besmette dieren geconstateerd. Fax: 070 - 3786100
Ook in de andere betrokken lidstaten is de toename van het aantal besmettingen gestagneerd. In totaal zijn in België 695 besmettingen geconstateerd. Duitsland heeft

883 besmettingen en in Luxemburg en Frankrijk zijn respectievelijk 5 en 6 besmettingen gevonden.

Knuttenvrije periode In mijn brief van 16 oktober 2006 informeerde ik u al over de verwachting dat de activiteit van de knutten in de winter zou afnemen. De knuttenvrije periode is in Nederland op zaterdag 30 december 2006 ingegaan.

Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad 5 februari 2007 VD. 2007/145 2

Ook in de overige lidstaten is de knuttenvrije periode ingegaan. Met de overige getroffen lidstaten is een protocol vastgesteld waarin de versoepelingen voor de knuttenvrije periode vastgelegd zijn. Het protocol is op 16 januari 2007 in werking getreden. De nationale regelgeving is daarmee in overeenstemming gebracht. Naast afname van het aantal knutten was één van de criteria voor het ingaan van de knuttenvrije periode dat de gemiddelde dagtemperatuur gedurende twee weken onder de
10 graden Celsius moest blijven. Nederland heeft de knuttenvrije periode ingesteld na afloop van deze twee weken, zoals ook in Zuid-Europa gebeurt. Andere lidstaten zoals België en Frankrijk hebben ervoor gekozen om de knuttenvrije periode in te stellen aan het begin van de twee weken. De getroffen lidstaten zijn daarom overeengekomen om de begindatum van de knuttenvrije periode voor het gehele getroffen gebied te stellen op
18 december 2006.

Met het ingaan van de knuttenvrije periode en het in werking treden van het protocol zijn enkele versoepelingen ingevoerd.
· Herkauwers die zijn geboren in de knuttenvrije periode (dus na 18 december 2006) kunnen in principe niet door knutten met bluetongue zijn geïnfecteerd. Deze dieren mogen daarom zonder aanvullende testen vanuit het 20-km-gebied naar het beperkingsgebied in Nederland en in de overige getroffen lidstaten verplaatst worden. · Per 16 januari (28 dagen na ingang van de knuttenvrije periode) is het toegestaan dieren vanuit het 20-km-gebied te verplaatsen naar het beperkingsgebied in alle getroffen lidstaten, onder voorwaarde van een negatieve serologische test. Tot nu toe was een PCR-test vereist. Een PCR test is duurder dan een serologische test. De serologische test, waarmee antilichamen worden aangetoond, is echter pas 28 dagen na de infectiedatum voldoende betrouwbaar. PCR-testen geven al veel eerder een betrouwbaar resultaat.
· Dieren die buiten het 20-km-gebied zijn gebracht, hoeven niet langer bij een volgend transport rechtstreeks naar het slachthuis te worden afgevoerd, maar mogen ook worden vervoerd naar een ander in Nederland gelegen bedrijf. · Afvoer van slachtdieren vanuit het beperkingsgebied naar vrije delen van Duitsland en Frankrijk is mogelijk.
· Naar verwachting komt volgende week het verplicht gebruik van insecticiden voor alle vervoersstromen te vervallen, vanwege de afwezigheid van knutten.

Bluetongue vrije periode
Volgens maatstaven van de OIE (world Organisation for Anemal Health) kunnen met bluetongue besmette herkauwers 60 dagen virusdragend blijven en kunnen ze het bluetongue virus verspreiden. Zestig dagen na aanvang van de knuttenvrije periode zijn er in principe geen virusdragende dieren meer aanwezig. Op dat moment vangt de zogenaamde "bluetongue vrije periode" aan. Met de andere getroffen lidstaten moet worden afgesproken wanneer deze periode precies ingaat en welke versoepelingen in deze periode doorgevoerd kunnen worden. De Nederlandse inzet in de onderhandelingen is gericht op de opheffing van de 20-km-gebieden in alle getroffen lidstaten, waardoor export van levende dieren vanuit heel Nederland weer mogelijk zou moeten worden.

Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad 5 februari 2007 VD. 2007/145 3

Monitoring
In mijn eerder aangehaalde brief ben ik ingegaan op de noodzaak van monitoring en surveillance bij een bluetongue uitbraak. Graag wil ik u nader informeren over het Nederlandse monitoringsprogramma.
Om uiteindelijk weer een vrijstatus voor bluetongue te kunnen verkrijgen en om nieuwe viruscirculatie vroegtijdig te signaleren, hebben de door bluetongue getroffen lidstaten volgens uniforme principes een eigen monitoringsprogramma opgezet. Het Nederlandse monitoringsprogramma bestaat uit drie onderdelen:

1. Entomologische monitoring (in sector).

2. Serologische en virologische monitoring (virus).
3. Passieve en actieve surveillance op klinische symptomen (ziekteverschijnselen).

De entomologische monitoring is in november van start gegaan. Onder andere op basis van de gegevens die uit dit onderzoek verkregen zijn, kon per 30 december 2006 de knuttenvrije periode van start gaan.

De serologische en virologische monitoring bestaat uit twee onderdelen:
- Cross sectional study;

- Sentinel onderzoek.

Cross sectional study
Het voorkomen van met bluetongue besmette dieren in de verschillende compartimenten wordt vastgesteld door het uitvoeren van een zogenaamde `cross sectional study' (dwars- doorsnede van de veestapel). Deze prevalentiestudie vindt plaats bij GD-Deventer op basis van bestaande monsterstromen van bij voorkeur runderen. Per 1 januari 2007 is het onderzoek gestart.

Sentinelonderzoek
Om uiteindelijk weer een (OIE-)vrijstatus voor bluetongue te kunnen bereiken moet gedurende twee jaar een representatief aantal verklikkerdieren (sentineldieren) worden aangewezen. Bij sentineldieren is door laboratoriumonderzoek met zekerheid vastgesteld dat zij niet besmet zijn met bluetongue. De sentineldieren zullen in de risicoperiodes (wanneer de knutten actief zijn) intensief worden gevolgd om te kijken of de dieren worden geïnfecteerd met het bluetongue virus. Op dit moment wordt nog bekeken hoe we dit onderzoek gaan vormgeven.

Export uit 20-km-gebieden naar vrije gebieden
Op dit moment is export van levende herkauwers vanuit 20-km-gebieden naar vrije gebieden (derde landen en vrije (gebieden van) lidstaten) op grond van beschikking 2005/393/EC niet toegestaan. Ik heb er bij de Europese Commissie op aangedrongen om dit aan te passen. Bij het ingaan van de bluetonguevrije periode zal export vanuit 20-km- gebieden naar derde landen weer mogelijk worden gemaakt.

Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad 5 februari 2007 VD. 2007/145 4

Verwachtingen voor de komende maanden
Volgens verschillende deskundigen zijn we nog niet van het bluetongue virus af. Er heerst op dit moment onzekerheid over de overlevingskansen van het bluetongue virus in de winter, zodat er geen garantie kan worden gegeven of Nederland in het voorjaar virusvrij zal zijn. Los van het antwoord op de vraag of Nederland wel of niet virusvrij zal zijn, blijven er op grond van de Europese richtlijn ook in het voorjaar nog maatregelen noodzakelijk, zoals monitoring en surveillance van verklikkerdieren. Dit is dus niet afhankelijk van de daadwerkelijke aanwezigheid van het bluetongue virus in Nederland.

Op dit moment bereidt mijn ministerie zich voor op mogelijke versoepelingen in een eventuele bluetonguevrije periode, 60 dagen na aanvang van de knuttenvrije periode. Bovendien is er een start gemaakt met het beleidsdraaiboek bluetongue. De inzet is komend voorjaar de conceptversie gereed te hebben.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,

dr. C.P. Veerman


---- --