Steeds meer kinderen groeien op in achterstandswijk

dinsdag 06 maart 2007

Volgens een rapport van het Verwey Jonker Instituut groeien 595.000 kinderen op in een achterstandswijk. Dat zijn er 20.000 meer dan een jaar eerder.

Dat was schrikken zaterdagochtend op de radio: het nieuws maakte melding van een onderzoek naar kinderen in achterstandswijken. In de steden zou zon zestig procent van de kinderen opgroeien in een achterstandswijk, in Bolsward en Pekela zelfs honderd procent.

Naderhand viel het enigszins mee: het bleken de hoogste aantallen te zijn uit een telling van het Verwey-Jonker Instituut, Kinderen in Tel 2007, dat gaat over kinderrechten als basis voor lokaal jeugdbeleid. Vooral in stedelijke gebieden groeien steeds meer kinderen op in een achterstandswijk. In totaal gaat het om 594.575 kinderen. In grote steden als Rotterdam en Amsterdam leeft meer dan 60% van de kinderen in een achterstandswijk, terwijl het landelijke gemiddelde 17% is.

In gemeenten in de noordelijke provincies Friesland en Groningen, zoals Pekela, Reiderland of Bolsward, is het nog erger. Die blijken één grote achterstandswijk te zijn, terwijl een groot aantal gemeenten (296) helemaal geen achterstandswijken heeft. In bepaalde wijken neemt de leefbaarheidproblematiek blijkbaar zienderogen toe.

Volgens Kinderen in Tel is stijgt het aantal kinderen in achterstandswijken. In 2004 groeide 15,94 procent erin op, in 2005 was dat gestegen naar 16,54 procent. Een toename van 20.000 kinderen.

Wat een achterstandswijk is heeft het instituut niet zelf bedacht, hiervoor zijn cijfers van het CPB en CBS gebruikt.

Kinderen in Tel meet niet alleen het percentage kinderen in achterstandswijken. Het rapport bundelt gegevens op gemeentelijk en provinciaal niveau over het welzijn van kinderen en jongeren in Nederland. In 2006 verscheen de eerste Kinderen in Tel.

Meer informatie:
Samenvatting (PDF)
www.kinderenintel.nl