Rijksuniversiteit Groningen

Nieuwe therapie slaapapneu succesvol

Datum: 14 maart 2007

Milde tot matig ernstige vormen van het slaapapneusyndroom kunnen efficiënter en patiëntvriendelijker behandeld worden. Dat blijkt uit promotieonderzoek van UMCG-onderzoeker Aarnoud Hoekema.

Het obstructief slaapapneusyndroom is een slaapstoornis waarbij tijdens de slaap periodes van ademstilstand voorkomen. Deze ademstilstand, veroorzaakt door obstructie van de bovenste luchtweg, kan oplopen van enkele seconden tot een à twee minuten. Een veel toegepaste therapie is het creëren van continue positieve luchtwegdruk (CPAP), met behulp van een neusmasker die via een slang in verbinding staat met een drukgenerator. Deze behandeling is effectief, maar kan zo belastend zijn dat patiënten besluiten hem niet of slechts beperkt te gebruiken.

Hoekema onderzocht de effectiviteit van een nieuwe therapie: het gebruik van intra-orale apparaten. Deze apparaten zijn vergelijkbaar met een mondbeugel en zorgen ervoor dat de tong niet meer naar achteren in de keel kan zakken, zodat de luchtweg vrij blijft. Uit het onderzoek blijkt dat deze therapievorm niet onderdoet voor de CPAP-therapie, met name bij milde tot matig ernstige vormen van de aandoening. Een substantieel deel van de patiënten komt in aanmerking voor beide behandelmethoden. De uiteindelijke behandeling kan hierdoor beter worden toegesneden op de wensen van de individuele patiënt, waarmee zij efficiënter en patiëntvriendelijker kan worden.

Slaapapneusyndroom komt voor bij zo'n vier procent van de mannen en bij zo'n twee procent van de vrouwen. De meeste patiënten zijn zich niet bewust van hun aandoening. Patiënten snurken hevig, zijn overdag veelal erg moe en hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van hart- en vaatziekten. Door hun slaperigheid overdag hebben patiënten bovendien een verhoogde kans op onder meer verkeersgerelateerde ongevallen. Er bestaat een relatie tussen het slaapapneusyndroom en overgewicht. De verwachting is dat de aandoening door de toename van overgewicht in de toekomst een steeds groter probleem zal vormen.

Aarnoud Hoekema (Groningen, 1977) studeerde tandheelkunde te Groningen. Hij verrichtte zijn promotieonderzoek binnen de afdeling Kaakchirurgie van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). Tijdens het onderzoek is nauw samengewerkt met het Centrum voor Thuisbeademing en de afdeling Neurologie van het UMCG. Het onderzoek werd mede gefinancierd door ZonMW, de Nederlandse Vereniging voor Mondziekten, Kaak- en Aangezichtschirurgie en Goedegebuure Tandtechniek BV. Hoekema is thans als kaakchirurg in opleiding werkzaam in het UMCG./RA

Datum en tijd

14 maart 2007, 16.15 uur

Promovendus

A. Hoekema

Proefschrift

Oral-appliance therapy in obstructive sleep apnea-hypopnea syndrome: A clinical study on therapeutic outcomes

Promotores

prof.dr. L.G.M. de Bont en prof.dr. B. Stegenga

Faculteit

medische wetenschappen

Plaats

Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen

Informatie

via Joost Wessels, Bureau Voorlichting UMCG, tel. (050) 361 4464 of (050) 361 2200, e-mail: j.r.l.wessels@bvl.umcg.nl