Nederlandse Vereniging van Banken

"Belang van financiële sector Nederland onvoldoende onderkend"

Positie van ons land als financieel centrum niet vanzelfsprekend

"Het belang van de financiële sector voor ons land wordt onvoldoende onderkend. Er is nauwelijks andere exporterende bedrijvigheid waar de economie zoveel aan verdient. Ons land heeft een aantal prachtige financiële instellingen voortgebracht, maar de toekomst van deze bedrijfstak is geen vanzelfsprekende. Alle betrokken partijen moeten er dan ook actief aan mee blijven werken deze bedrijfstak een goed vestigingsklimaat te bieden." Dat zei NVB-voorzitter Boele Staal dinsdagmiddag in reactie op een rapport van de Maastrichtse hoogleraar Jan van de Poel over de toekomst van de financiële sector in Nederland.

In zijn "Verkenning van het toekomstperspectief van de financiële sector in Nederland" verbaast prof. Van de Poel zich over het gebrek aan aandacht voor het belang van de financiële sector voor Nederland. "De innovatieagenda, die de toekomst van onze economie moet versterken, omvat allerlei ambachten, maar zegt niets over de banken, verzekeraars en beleggingsinstellingen. Dat wijst op een gebrek aan historisch besef. Men beseft niet dat we te maken hebben met een van de belangrijkste bronnen van welvaart." Volgens Van de Poel zijn de grenzen tussen banken, verzekeraars, pensioenfondsen en beleggingsinstellingen snel aan het vervagen. "De scheiding tussen deze sectoren is in het leven geroepen door de overheid. Door vergunningen, fiscaliteit en toezicht worden ook de sectoren beschermd. De regels hebben grote invloed op de productie, distributie en marketing. Maar technisch gezien gaan de productietechnieken steeds meer op elkaar lijken. De wetgeving en het toezicht dienen aangepast te worden aan de marktontwikkelingen. Als het tempo van die veranderingen niet wordt bijgehouden door wet- en regelgeving ontstaan welvaartsverliezen."

Van de Poel doet een aantal aanbevelingen om de financiële sector de ruimte voor vernieuwing te geven en het vestigingsklimaat te versterken. " Wetsbepalingen moeten sneller aangepast worden aan de ontwikkelingen in de financiële industrie. Beschermingen die geen nut meer hebben moeten worden afgeschaft." De discipline vermogensbeheer moet in Nederland versterkt worden, volgens Van de Poel. "Wij zijn wereldkampioen sparen, al eeuwen, maar als het op beleggen aankomt doen we niet mee. Andere partijen slepen grote stukken van onze beleggingen in de wacht. Wil je in de toekomst nog een belegde boterham verdienen, dan kan je dit niet op zijn beloop laten".

Van de Poel pleit voor de oprichting van een Raad voor Innovatie en Kennis voor de Financiële Sector. Hierin zouden alle subsectoren, toezichthouders en de rijksoverheid vertegenwoordigd moeten zijn. Deze raad zou zich bezig moeten houden met acties ter versterking van de sector in Nederland, het beoordelen van opleidingsprogramma's en de allocatie van middelen voor toegepast onderzoek. Ook pleitte hij voor postdoctorale opleiding Financial Risk Control.

Scheidend NVB-directeur Hein Blocks: "Een sterke financiële sector heeft belang bij hoogwaardig toezicht, maar er moet ook vrijheid zijn om te ondernemen, om nieuwe initiatieven te ondernemen. Daarom pleit hij voor verdere liberalisering door afbraak
van strenge grenzen tussen de verschillende sectoren. "Dat is in het belang van Nederland, van de consumenten en van de bedrijfstak zelf. Een logische eerste stap zou de verdere liberalisering van de pensioenmarkt kunnen zijn. Alleen als we dat heel snel doen bestaat de mogelijkheid dat wij onze vooraanstaande positie op die markt behouden en zelfs verder uitbouwen".


---