Datum: 4 april 2007
Inlichtingen verkrijgbaar bij: Dick Morks (tel: 070-3383410) en
Jacqueline Timmerhuis (tel: 070-3383477)
CEP 2007: concurrentie op gang gekomen in zorgverzekeringsmarkt, nog niet in
zorginkoopmarkt
De stelselherziening in de zorg, zoals ingevoerd per 1 januari 2006,
heeft er daadwerkelijk toe geleid dat de eerste stappen zijn gezet
naar gereguleerde concurrentie in de zorg.
* Op de zorgverzekeringsmarkt is de concurrentie goed op gang
gekomen. 18% van de verzekerden is van zorgverzekeraar gewisseld;
collectieve contracten zijn een grotere rol gaan spelen.
Concurrentie prikkelt de zorgverzekeraars tot lagere premies. De
verliezen die zij in 2006 hebben geleden, zetten aan tot een
efficiëntere bedrijfsvoering.
* Het afdwingen van doelmatigheid bij ziekenhuizen en andere
zorgverleners speelt echter nog nauwelijks een rol. Wil de
zorginkoopmarkt goed gaan functioneren, dan is het ten eerste van
belang dat er betere, onafhankelijke informatie beschikbaar komt
over de kwaliteit van de zorg, bijvoorbeeld door intensiever
toezicht door de Inspectie Gezondheidszorg. Wellicht kunnen ook
organisaties als vakbonden of consumentenorganisaties een rol
spelen bij het waarborgen van de kwaliteit van de zorg. Een tweede
vereiste voor een goed functionerende zorginkoopmarkt is dat
zorgverzekeraars meer financieel risico lopen voor ziekenhuiszorg
(wordt nu nog weggenomen door nacalculatie). Ook moeten er meer
mogelijkheden komen om te onderhandelen over de prijzen van
ziekenhuiszorg.
Dit concludeert het Centraal Planbureau (CPB) in een speciaal
onderwerp in het vandaag gepubliceerde Centraal Economisch Plan (CEP)
2007. Het samenvattende eerste hoofdstuk van het CEP is al op dinsdag
20 maart jl. openbaar gemaakt. Nu het CEP in druk beschikbaar is,
verschijnt de volledige publicatie. Deze gaat meer in detail in op de
ramingen voor 2007 en 2008. Daarnaast bevat het CEP twee speciale
onderwerpen: Eerste ervaringen met stelselherziening zorg (zie boven)
en Betalingsbalansen en de dollar (zie hierna).
Tegelijk met het CEP verschijnt de CPB Nieuwsbrief 2007/1, met hierin
een korte samenvatting van de ramingen, een column over de
doelstellingen op het gebied van klimaat, energie en milieu, een
overzicht van recente CPB-publicaties en artikelen over: Europese
vennootschapsbelasting; de effecten van de WIA; het nieuwe
zorgstelsel; en toename van eigenwoningbezit en hypotheekschuld
ouderen.
Risico's betalingsbalansonevenwichtigheden
Tekorten en overschotten op de lopende rekening van de betalingsbalans
waren in 2006 ongekend groot. De Verenigde Staten lieten een
omvangrijke tekort zien; de waarde van de invoer overtrof die van de
uitvoer met 860 mld dollar: dat is 6,5% van het Amerikaanse bruto
binnenlandse product (BBP) en bijna 2% van het wereld-BBP.
Hiertegenover staan forse overschotten in de olieproducerende landen
en in China, Japan en de Aziatische nieuwe industrielanden. De lopende
rekening van het eurogebied was vrijwel in evenwicht, omdat tegenover
forse overschotten in Duitsland (130 mld dollar) en Nederland (ruim 50
mld dollar) aanzienlijke tekorten stonden in onder andere Spanje (110
mld dollar).
De betalingsbalansonevenwichtigheden kunnen leiden tot een neerwaartse
druk op de dollarkoers, hogere Amerikaanse rente en vermindering van
de Amerikaanse binnenlandse bestedingen (consumptie, investeringen en
overheidsbestedingen). De mate waarin en het tijdstip waarop
betalingsbalansonevenwichtigheden tot wisselkoersaanpassingen leiden
is zeer onzeker.
Een lagere dollarkoers kan voor de Nederlandse economie negatieve
effecten hebben. Invoer, onder meer uit Nederland wordt duurder voor
de VS. Nederlandse exporteurs zullen daardoor minder kunnen afzetten.
Dit effect wordt nog versterkt doordat bijvoorbeeld ook Duitse
exporteurs minder kunnen verkopen naar de VS. Dat leidt ertoe dat zij
ook minder zullen invoeren uit Nederland. Tegenover minder export zal
overigens ook een lagere inflatie staan als effect van een
waardevermindering van de dollar. Van deze lagere inflatie zal een
positief effect uitgaan op de koopkracht en daarmee op de consumptie.
Verder zullen door de sterk toegenomen internationale kapitaalstromen
bij waardevermindering van de dollar negatieve vermogenseffecten
kunnen optreden die voor Nederland macro-economisch van betekenis
kunnen zijn.
WIA-instroom kleiner dan eerder geraamd
Invoering van de wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA) heeft
er voor gezorgd dat de instroom in de arbeidsongeschiktheidsregelingen
fors is teruggelopen. In 2006 stroomden circa 20 000
arbeidsongeschikten in de WIA (en nog ruim 10 000 oude gevallen in de
WAO), terwijl de instroom in de WAO in 2000 nog 100 000 personen
bedroeg en in 2004 60 000. Vermindering van de instroom was ook een
doel van de WIA, onder meer door het laten vervallen van een uitkering
voor personen die tussen de 15 en 35% arbeidsongeschikt zijn. Ook de
aanscherping van keuringseisen en de verlenging van de
loondoorbetaling bij ziekte (VLZ) tot 2 jaar hebben bijgedragen aan
het verminderen van de instroom. Dat de instroom nog forser is
afgenomen dan het CPB bij invoering raamde, heeft twee redenen:
* Het succes van de prikkelende werking van VLZ lijkt te zijn
onderschat: werkgevers moeten ook in het tweede ziektejaar de
ziektegelduitkering zelf betalen, werknemers ontvangen nog slechts
70% (in plaats van voorheen 90%) van het laatstverdiende loon. Dit
stimuleert tot het zoveel mogelijk beperken van de ziekteduur (en
daarmee tot minder arbeidsongeschiktheid).
* Ook spelen tijdelijke aanloopeffecten een rol die ervoor zorgen
dat de WIA-instroom traag op gang is gekomen: het aanvragen van
een uitkering na de ziekteperiode van twee jaar kost tijd, en de
afhandeling van de eerste aanvragen vergt wat extra tijd.
Verder valt op dat het aandeel volledig en duurzaam
arbeidsongeschikten in de WIA-instroom in 2006 aanzienlijk kleiner is
(20%) dan eerder aangenomen (50%). Gelet op de herstelkansen lijkt het
echter aannemelijk dat een belangrijk deel van de gedeeltelijk
arbeidsongeschikten in de komende jaren alsnog in de IVA
(Inkomensvoorziening voor Volledig en duurzaam Arbeidsongeschikten)
terecht zal komen.
Hoewel van de eigen werkgever en van sociale partners verwacht wordt
dat ze gedeeltelijk arbeidsongeschikten aan het werk houden, wil de
re-integratie van deze werknemers vooralsnog niet lukken: ruim de
helft van de groep gedeeltelijk arbeidsongeschikten zit dan ook nog
zonder werk.
Huizenbezit en hypotheekschuld ouderen nemen snel toe
In 1990 was 30% van de 65-plussers huiseigenaar, in 2002 al 42%.
Eigenwoningbezit is langzaamaan 'gewoon' geworden. Mensen maken de
keuze voor een huur- of koopwoning meestal als ze de woningmarkt
betreden. Het inkomensniveau en het aanbod van huur- en koopwoningen
in het verleden zijn bij deze keuze van groot belang.
Ook het aantal oudere eigenwoningbezitters met een hypotheek is flink
toegenomen, en wel meer dan proportioneel met de toename van het
aantal eigenwoningbezitters. Begin jaren '90 had 45% van de 65-jarige
eigenwoningbezitters een hypotheekschuld, in 2002 was dit cijfer
opgelopen tot 75%. Dit suggereert dat ouderen steeds vaker hun schuld
niet aflossen en/of de overwaarde van hun huis willen verzilveren om
daaruit te consumeren. Ook speelt mee dat mensen steeds vaker pas op
latere leeftijd voor het eerst een hypotheek afsluiten. Bovendien is
het aantal tweede hypotheken gestegen. Tot slot is van belang dat het
aantal ouderen die het belangrijk vinden hun huis vrij van schuld aan
hun kinderen na te laten, gedaald is van 43% in 1993 tot 36% in 2005,
zo blijkt uit enquêtecijfers van DNB. Deze uitkomsten maken duidelijk
dat het toegenomen percentage ouderen met hypotheekschuld vooral het
gevolg is van rationele afwegingen, en niet van een verslechtering van
de financiële positie van ouderen.
Het Centraal Economisch Plan 2007, ISBN 978-90-12-12044-9, is te
bestellen bij:
Bibliotheek Centraal Planbureau
Postbus 80510
2508 GM Den Haag
Telefax: 070-3383350
E-mail: bibliotheek@cpb.nl
Prijs: 34,- euro
Het Centraal Economisch Plan 2007, het achterliggende CPB Memorandum
Raming van het bijstandsvolume in CEP 2007en de CPB Nieuwsbrief 2007/1
zijn (gratis) beschikbaar als PDF-bestand.
Alle kaders uit het CEP 2007 zijn daar ook afzonderlijk te downloaden.
Centraal Economisch Plan 2007
CPB Memorandum 178, Raming van het bijstandsvolume in CEP 2007
Alle kaders uit het Centraal Economisch Plan 2007
CPB Nieuwsbrief maart/april 2007
Centraal Planbureau