De Nederlandse Bank

2006

Inleiding President bij persconferentie Jaarverslag DNB 2006

Persbericht

Datum 5 april 2007

Met een groei van circa 5% en een laag inflatietempo heeft de wereldeconomie wederom een goed jaar achter de rug. Europa en Nederland delen volop in deze positieve ontwikkeling. Persconferentie Jaarverslag 2006

Voor de vooruitzichten voor de wereldeconomie op de korte termijn zijn vooral de ontwikkelingen op de Amerikaanse huizenmarkt, het beloop van de olieprijzen en de mondiale wisselkoersverhoudingen van belang. Voor het eurogebied geldt daarnaast het risico van een verder oplopende inflatie als gevolg van de dreigende krapte op de arbeidsmarkt. Omdat tegelijkertijd de inactiviteit nog steeds hoog is, onderstreept dit de noodzaak van verdere hervormingen in Europa. Een flexibeler arbeidsmarkt, meer concurrentie op de goederen en dienstenmarkt en een activerend sociaal stelsel zijn hier de kernwoorden. Ook in Nederland wordt de arbeidsmarkt in snel tempo krapper. Voor ons land wijst dat vooral op de noodzaak van een verdere flexibilisering van de arbeidsmarkt.

Kijkend naar de wereldeconomie valt op hoe snel door de globalisering de onderlinge afhankelijkheid op economisch en financieel terrein tussen landen toeneemt. Zeker ook op de financiële markten laat de globalisering haar sporen na. Innovaties op grote schaal, maar ook de onstuimige opkomst van nieuwe spelers als hedgefondsen en private equity-fondsen maken de markten veel efficiënter. Toch zijn er ook minder positieve ontwikkelingen: zeer ruime liquiditeitsverhoudingen, laaggeprijsde risico's en een lage reële lange rente. Het financiële stelsel, maar ook de reële economie, is daardoor kwetsbaar voor een plotselinge ommekeer in het sentiment.

Omslagen in de wereldeconomie of op de financiële markten zijn moeilijk voorspelbaar, maar kunnen plotsklaps optreden en een grote invloed hebben. Daarom moeten in goede tijden - en het zijn goede tijden - voldoende buffers worden opgebouwd. Dat hebben we als Nederland tijdens de vorige periode van economische voorspoed nagelaten. Uiteindelijk is daar een hoge prijs voor betaald, in de vorm van ombuigingen, premie- en lastenverhogingen, en een lage groei en oplopende werkloosheid.
De les voor nu is dan ook voorkomen dat te snel stijgende lonen en prijzen de economische groei vroegtijdig in de kiem smoren. Van het begrotings- en premiebeleid dient geen procyclische werking uit te gaan. Hoogconjunctuur verplicht.

Tot slot nog een enkel woord over de financiële sector en het toezicht daarop. Het financiële landschap van Nederland verandert. Ook hier doet de internationalisering van zich spreken. Bij de beoordeling van deze ontwikkelingen staat voor DNB de stabiliteit van het financiële stelsel voorop, alsmede de financiële gezondheid en integriteit van de instellingen die daarvan deel uitmaken.