Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

De Inspectie Openbare Orde en Veiligheid vindt dat er één uniforme klachtenregeling zou moeten komen voor alle Nederlandse politiekorpsen. Want hoewel er wettelijke eisen en een modelregeling zijn, zijn er nu toch diverse verschillen in de klachtenregelingen van de verschillende korpsen. Ook verschilt de manier waarop de politiekorpsen klachten uit de bevolking nu afhandelen.

Hierbij bied ik u, mede namens de minister van Justitie, de rapportage aan van het onderzoek van de Inspectie Openbare Orde en Veiligheid (hierna: Inspectie OOV) naar de klachtbehandeling bij de politie.

In deze brief ga ik eerst in op de inhoud van het rapport. Vervolgens geef ik aan hoe ik met de conclusies van het rapport zal omgaan.

De Inspectie OOV heeft via een schriftelijke vragenlijst bij de 26 politiekorpsen onderzoek gedaan naar de uitvoeringspraktijk van de klachtbehandeling. Aan de hand van de beschikbare informatie zijn vervolgens vijf korpsen geselecteerd die naar de opvatting van de Inspectie OOV positief scoorden op de aspecten publieksvriendelijke informatie over de klachtprocedure, duidelijke opbouw van de klachtenregeling en het uitschrijven van wetsartikelen, publicatie van klachten, het omgaan met leermomenten en het nemen van maatregelen. Met deze korpsen is een interview gehouden. In het inspectieonderzoek is er vooral gekeken naar de kwaliteit van de klachtbehandeling en de naleving van de wettelijke bepalingen. Het doel van het onderzoek is om de korpsen, waar nodig, te stimuleren om de klachtbehandeling in de korpsen (op die onderdelen) te verbeteren.

De aanbevelingen van de Inspectie OOV luiden op hoofdlijnen als volgt:
* Stel één landelijk uniforme klachtregeling voor de korpsen op;
* Ontwikkel op korte termijn een landelijk uniform registratiesysteem voor klachten;
* Publiceer de klachtenregeling of de klachtenprocedurebeschrijving uitgebreid en vindbaar op internet;
* Stimuleer en faciliteer de inrichting van (een vorm van) een landelijk platform voor de klachtencoördinatoren.

De aanbevelingen van de Inspectie OOV richten zich op het Korpsbeheerdersberaad en de Raad van Hoofdcommissarissen. De Inspectie stelt deze gremia op korte termijn in kennis van de onderzoeksresultaten.

Ik zal het Korpsbeheerdersberaad en de Raad van Hoofdcommissarissen in een brief om een reactie vragen op de aanbevelingen van de Inspectie OOV. Vanuit het oogpunt van rechtsgelijkheid en herkenbaarheid zal ik daarbij aangeven dat met name de onderdelen over het ontwikkelen van een landelijk uniforme klachtenregeling en een landelijk uniforme klachtenregistratie met voortvarendheid moeten worden opgepakt. De wijze waarop door het Korpsbeheerdersberaad en de Raad van Hoofdcommissarissen aan de aanbevelingen van de Inspectie gevolg wordt gegeven zal ik nauwlettend volgen.

Het onderzoek van de Inspectie OOV bevat waardevolle informatie voor het geplande evaluatieonderzoek naar politieklachten. Eind 2008 (vijf jaar na de inwerkingtreding) wordt de klachtbehandeling bij de politie, zoals deze geldt na invoering van hoofdstuk 9 van de Awb, door mijn ministerie geëvalueerd om te bezien of de regeling nog voldoet.

Het onderzoek geeft geen verklaring voor de onlangs door het Reformatorisch Dagblad geconstateerde stijging van het aantal klachten in de korpsen.

Dit is ook aan de orde is geweest tijdens de begrotingsbehandeling van 24 januari 2007. Op dit moment wordt er vanuit de directie Politie van mijn ministerie nagegaan of er daadwerkelijk sprake is van een stijging van het aantal klachten binnen de verschillende regionale politiekorpsen en wat de mogelijke verklaringen hiervoor zijn. Ik informeer u hier in april aanstaande nader over.

Ten slotte heeft de woordvoerder van de Socialistische Partij tijdens bovengenoemde begrotingsbehandeling de wens uitgesproken om een landelijk jaarverslag in te voeren. Naar mijn mening voegt het invoeren van een landelijk jaarverslag echter niet veel toe. Alle regionale korpsen zijn wettelijk verplicht om jaarlijks te publiceren over de bij hen geregistreerde klachten en hun beslissingen hierop. Wel ben ik bereid om voortaan in het jaarverslag Nederlandse Politie een overzicht te geven van het aantal en de aard van de klachten bij de politie.

DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES,

Mevrouw dr. G. ter Horst


***
Download het originele bericht in PDF-formaat. Zie het origineel