Tropische boer heeft nog veel te leren
10 april 2007
Voedselproducenten in ontwikkelingslanden moeten nog veel verbeteren
om optimaal te functioneren op de wereldmarkt. Dat concluderen
Wageningse wetenschappers naar aanleiding van hun vier jaar durende
onderzoek. Ze bestudeerden vergelijkbare productieketens in
verschillende tropische gebieden. Hun bevindingen schreven ze op in
een boek: ´Tropical food chains, Governance regimes for quality
management'. Donderdag 12 april vindt de presentatie van dit boek
plaats aan de Wageningen Universiteit.
Er moet veel gebeuren voor een ananas bij ons in het winkelmandje
ligt. Hoe bereikt het product op een optimale manier de klant? Hoe
kunnen de kosten zo laag mogelijk gehouden worden? Hoe kan maximale
kwaliteit bereikt worden? Wat is een redelijke vergoeding voor iedere
producent in de keten? Een goede coördinatie tussen de verschillende
partners binnen een productieketen is van groot belang. Het boek gaat
in op al deze factoren.
Drie parallel uitgevoerde promotieprojecten van het NWO-gebied voor
onderzoek naar duurzame ontwikkeling (WOTRO) vormden de kern van het
onderzoek. Emma Kambewa onderzocht de visproductie bij het Keniaanse
Victoriameer. Guillermo Zúñiga-Arias keek naar fruitexport in Costa
Rica. Hualiang Lu deed studie naar de productie van verse groenten in
de Chinese provincie Jiangsu. Kambewa promoveert op 11 april, de
andere twee volgen later dit jaar. Andere postdocs en promovendi deden
onderzoek naar ananas in Ivoorkust, varkensvlees in China, pepers in
Costa Rica, zuivel in Ethiopië, cacao in Ghana en cashewnoten in
India.
Kwaliteit
De Wageningse onderzoekers vergeleken alle productieketens en
bepaalden aan de hand daarvan de sterke en zwakke punten. Uit de
studie naar de Chinese varkensvleesproductie bleek dat meer
geïntegreerd overheidsbeleid zorgt voor betere kwaliteitscontrole. De
Indiase cashewnoten-studie toonde aan dat korte termijn-denken bij
afnemers en producenten zorgt voor een vermindering van kwaliteit en
concurrentie. Het belang van nationale instituten voor
kwaliteitscontrole kwam naar voren uit de Ivoriaanse ananas-studie.
Uit het Ghanese onderzoek daarentegen bleek dat instituten ook een
belemmering kunnen vormen voor kwaliteitsverbetering.
Op verschillende vlakken valt nog veel te winnen. Een betere
coördinatie van prijzen, duidelijkere gedragsregels, betere inzicht in
de markt, risicomanagement en samenwerking tussen kleine producenten.
In vervolgonderzoek willen de Wageningers de belangen hiervan per
keten gaan uitsplitsen en uitzoeken welke bevindingen uit deze studies
toe te passen zijn op andere ketens.
Presentatie boek "Tropical food Chains" en seminar over samenwerking
tussen wetenschappers en voedselproducenten, 12 april 2007, 9.00-17.00
uur, Wageningen International Conference Centre, Lawickse Allee 9,
Wageningen.
..............................
Noot voor de redactie,
Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek