Universiteit Twente

Losse eindjes binden zich onverwacht

Modelsysteem voor complexe samenspel eiwitten

Virussen en bacteriën weten zich aan cellen te koppelen dankzij kleine herkenningspunten op het celmembraan. Het virus gaat met al die punten zwakke interacties aan, en zo ontstaat een samenwerking. Dit complexe samenspel druist soms compleet tegen de intuïtie in, concluderen onderzoekers van het MESA+ Instituut voor Nanotechnologie van de Universiteit Twente. Zij zijn erin geslaagd de zwakke interacties na te bootsen in een modelsysteem en publiceren hierover deze week in de gezaghebbende Proceedings of the National Academy of Sciences (PNAS).

Een virus herkent een cel aan de herkenningspunten waarmee de cel normaal gesproken communiceert met de buitenwereld. Het virus koppelt zich daarbij aan meerdere punten, allemaal via zwakke interacties die onderling gaan samenwerken. Het is daarbij zelfs in staat de cel te vervormen om zoveel mogelijk interacties aan te gaan. Dit complexe samenspel is nu door promovenda Olga Crespo en postdoc Choon Woo Lim onderzocht met een modelsysteem. Bolvormige dubbelwandige blaasjes, zogenaamde vesicles, staan in hun onderzoek model voor het celmembraan. Deze vesicles zijn uitgerust met receptoren, vergelijkbaar met de herkenningspunten op het celmembraan. Deze receptoren herkennen specifieke moleculen.

Het virus zoekt meerdere herkenningspunten op het celmembraan en vervormt daarvoor zelfs het membraan

Losse eindjes

Die moleculen binden zich op hun beurt aan metaalionen. Het type metaal bepaalt hoe sterk de binding is. En daar treedt een verrassend effect op dat geheel tegen de intuïtie ingaat: juist een zwákker bindend metaal als nikkel geeft sterke samenklontering van de vesicles, terwijl bij een sterk bindend metaal geen samenklontering optreedt. In hun PNAS-publicatie geven de onderzoekers hiervoor een verklaring. Koper laat door sterke interacties geen `losse eindjes' vallen: er zijn geen ongebruikte bindingsplaatsen aan de vesicles. Nikkel, dat zwakker bindt, gaat daardoor `slordiger' te werk, zodat er wél bindingsplaatsen zijn. Vesicles klampen zich dan aan elkáár vast: de oppervlakken herkennen elkaar en gaan de meervoudige interacties aan die ook kenmerkend zijn voor de binding tussen cel en virus. Simpele en kleine moleculen leiden daarmee, door samenwerking tot complexe interacties. Het onderzoek geeft daarmee veel inzicht in het proces van moleculaire herkenning, dat ook toe te passen is in bijvoorbeeld chips die eiwitten herkennen.

Moleculen binden zich aan de receptoren op het oppervlak van de vessicle en aan de andere kant binden ze zich via koperionen. Koper bindt sterk en laat geen ruimte voor losse eindjes die een verbinding aangaan met andere vessicles

Bij nikkel is dat anders, daar zijn wel losse uiteinden, al dan niet met een nikkel-ion.

Die koppelen zich aan meerdere losse uiteinden van andere vessicles, waardoor de vessicles samenklonteren

De onderzoekers zijn werkzaam in de groepen Molecular Nanofabrication van prof. Jurriaan Huskens en Supramolecular Chemistry & Technology van prof. David Reinhoudt; beide groepen maken deel uit van het MESA+ Instituut voor Nanotechnologie van de UT.

Het artikel `Intravesicular and intervesicular interaction by orthogonal multivalent host-guest and metal-ligand complexation' van Choon Woo Lim, Olga Crespo-Biel, Marc C. A. Stuart, David N. Reinhoudt, Jurriaan Huskens en Bart Jan Ravoo verschijnt nog in druk en is online te vinden in de Early Edition van de Proceedings of the National Academy of Sciences of the USA (PNAS), www.pnas.org

Contactpersoon voor de pers: Wiebe van der Veen, tel (053) 4894244

Top
Laatst gewijzigd op 17-04-2007 09:38:35 door Webmaster