Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

Directoraat-Generaal Wonen Bureau Directeur-Generaal

Rijnstraat 8 Postbus 30941 2500 GX Den Haag

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer www.vrom.nl der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag

Beantwoording kamervragen leden Fritsma en Wilders (PVV)

Datum Kenmerk
DDS 5477629

Uw kenmerk
2060707380

Geachte voorzitter,
Hierbij doe ik u mede namens de minister van Justitie toekomen de antwoorden op de vragen van leden Fritsma en Wilders (beide PVV) over een geheim contract waaruit zou blijken dat de Westermoskee te Amsterdam in handen komt van het Duitse hoofdkwartier van Milli Görüs. De vragen zijn ingezonden op 8 februari 2007 met als kenmerk 2060707380. Zoals bij brief van 3 april jl. is aangegeven zijn de Kamervragen door de Minister van Justitie aan mij overgedragen ter beantwoording.

Hoogachtend,
De Minister voor Wonen, Wijken en Integratie

Drs. Ella Vogelaar

2060707380

Vragen van de leden Fritsma en Wilders (beiden PVV) aan de minister van Justitie over een geheim contract waaruit blijkt dat de Westermoskee te Amsterdam toch in handen komt van de militante Duitse tak van Milli Görüs. (Ingezonden 8 februari 2007)

Vraag 1:
Hoe beoordeelt u het bericht 1), dat het bestuur van de Westermoskee een convenant heeft getekend waarin is opgenomen, dat de moskee "financieel, juridisch en mentaal" onafhankelijk zal blijven van het Europese hoofdkwartier van Milli Görüs in Keulen, terwijl dit bestuur toen allang een contract had getekend waarin staat dat de moskee juist in handen komt van dit Duitse hoofdkwartier? Is hier sprake van misleiding?

Antwoord 1
Op 20 november 2005 is er een protocol getekend door bestuursleden van de vereniging naar Duits recht `Islamitische Gemeinschaft e.v.' (IGMG), de vereniging naar Duits recht `Europaische Moscheebau und Unterstützingsgemeinschaft e.v. (EMUG) en de directeur van Manderen B.V. De vereniging Westermoskee is niet betrokken geweest bij de opstelling van het protocol. De betekenis van het protocol is lastig te duiden aangezien een directeur in het algemeen geen uitspraken kan doen over het al dan niet overdragen van de aandelen door zijn aandeelhouders. Verder is de status en de juridische verbondenheid niet geheel duidelijk.

Naast het protocol is er in september 2006 door Manderen B.V., de drie aandeelhouders van Manderen B.V., de Vereniging Westermoskee Milli Görüs en stadsdeel De Baarsjes het convenant "Werken aan de Toekomst" ondertekend. Deze bij de bouw van de Westermoskee betrokken partijen verklaren onder meer dat zij de liberale koers zullen voortzetten. Onder liberale koers verstaan zij blijkens het convenant het respecteren van de grondslagen van de Nederlandse Grondwet, het blijven verdedigen van de vrijheid van meningsuiting, het blijven bevorderen van de emancipatorische verhoudingen onder de leden, zorgdragen voor de voorbeeldwerking, het tegen gaan van radicalisering onder de leden, de maatschappelijke verantwoordelijkheid van de moskeeën blijven onderschrijven en het stimuleren van het preken in het Nederlands. Aanleiding voor het sluiten van dit convenant was het borgen van de op integratie gerichte koers. Teneinde misverstanden te voorkomen heeft de gemeente Amsterdam als voorwaarde voor verdere samenwerking gesteld dat het protocol met het Duitse hoofdkwartier ingetrokken dient te worden. Het bestuur van de Westermoskee heeft aangegeven aan het protocol geen waarde te hechten.

Vraag 2:
Deelt u de mening dat als gevolg hiervan uw antwoorden op Kamervragen 2) dat "er geen sprake is van overname van de Nederlandse tak van Milli Görüs door de Duitse tak" en dat "alle moskeeën die bij Milli Görüs aangesloten zelfstandige stichtingen zijn die niet in bezit of eigendom zijn van Milli Görüs", niet correct waren?

Antwoord 2
Nee. Zie vraag 1.

Vraag 3:
Kunt u er zorg voor dragen dat deze gang van zaken wordt afgestraft door de bouw van de moskee definitief niet door te laten gaan? Vindt u het ook van belang, dat daarmee een duidelijk signaal wordt afgegeven richting alle moskeeën, dat het niet wordt geaccepteerd dat in Nederland op deze manier met afspraken wordt omgegaan?

Antwoord 3
De inzet van de gemeente Amsterdam, Stadsdeel De Baarsjes, is te voorkomen dat de moskee onder radicale invloed komt. Er is in dat licht geen reden om de bouw te staken. Tegen strafbaar handelen of tegen handelen in strijd met de grondvesten van de democratische rechtsorde kan de gemeente Amsterdam met de daartoe geëigende middelen optreden. Het bestuur van het stadsdeel De Baarsjes heeft in dit kader besloten een nader onderzoek in te stellen naar de financiering van de Westermoskee op Ministerie van VROM DDS 5477629 Pagina 2/4

grond van de Wet Bibob.1 Op grond van de Wet Bibob is het mogelijk een (bouw)vergunning te weigeren of een reeds verleende vergunning in te trekken indien er een ernstig vermoeden bestaat dat de vergunningen misbruikt kunnen worden om strafbare feiten te plegen.

Vraag 4:
Kunt u, in geval er geen juridische mogelijkheden zijn om de bouw van deze moskee definitief te staken, er voor zorgen dat deze worden gecreëerd?

Antwoord 4:
Zie vraag 3.

Vraag 5:
Kunt u de gemeente Amsterdam ertoe bewegen, dat de subsidie voor de vrouwenbeweging van Milli Görüs onmiddellijk wordt stopgezet, en wordt teruggevorderd, voor zover dat op grond van alle berichten over de betrouwbaarheid van de organisatie nog niet is gebeurd?

Antwoord 5
Ik zie geen reden om de op emancipatie en participatie gerichte projecten van de vrouwenbeweging van Milli Görüs stop te zetten dan wel de subsidie voor deze projecten terug te vorderen. Het is aan het gemeentebestuur van Amsterdam om erop toe te zien dat de verstrekte subsidies conform het beoogde doel worden gebruikt. Wanneer het gemeentebestuur constateert dat de subsidies niet conform het beoogde doel worden gebruikt, is het aan het gemeentebestuur om in te grijpen.

Vraag 6:
Hoe beoordeelt u, dat meer Nederlandse moskeeën gelieerd zijn aan Milli Görüs, terwijl deze organisatie opvattingen lijkt te hebben die niet te verenigen zijn met onze westerse normen en waarden en gelet op de schending van de afspraken uit het convenant absoluut niet te vertrouwen blijkt? Welke stappen worden er tegen de overige aan deze organisatie verbonden moskeeën genomen?

Antwoord 6
Zie vraag 1 en 3.

Vraag 7:
Deelt u de mening dat het zeer gevaarlijk is, dat bemoeienis vanuit het buitenland doordringt tot in Nederlandse moskeeën? Kunt u, in het verlengde daarvan, garanderen dat Nederlandse moskeeën buiten de invloedssfeer van radicaal- islamitische landen en organisaties blijven?

Antwoord 7:
Bemoeienis vanuit het buitenland is een gegeven en past binnen de ruimte die de wet hiervoor laat. Deze invloed mag niet gebruikt worden om in Nederland levende gelovigen af te houden van participatie aan onze samenleving of zelfs op te zetten tegen onze samenleving. Indien dit laatste wel het geval is, zal het kabinet ­ met inachtneming van de bestaande vrijheden en beperkingen ­ er alles aan doen om dergelijke ongewenste invloeden tegen te gaan.

Vraag 8:
Deelt u verder de mening dat het niet wenselijk is dat er tientallen moskeeën gebouwd worden in Nederland met buitenlands geld? Bent u bereid om dit een halt toe te roepen?

Antwoord 8:
Vanwege het beginsel van scheiding tussen kerk en staat, de grondwettelijke godsdienstvrijheid en de vrijheid van meningsuiting, mengt de overheid zich niet in de samenstelling, de inrichting, de bekostiging of de theologische koers van religieuze en levensbeschouwelijke organisaties. Wanneer er sprake is van het plegen van strafbare feiten kan de overheid daartegen optreden met de daartoe geëigende middelen.


1 Wet van 20 juni 2002, houdende regels inzake de bevordering van integriteitbeoordelingen door het openbaar bestuur met betrekking tot beschikkingen of overheidsopdrachten (Wet bevordering integriteitbeoordelingen door het openbaar bestuur)

Ministerie van VROM DDS 5477629 Pagina 3/4


1) http://www.ikonrtv.nl/kerknieuws/nieuws.asp?oId=10399
2) Aanhangsel Handelingen, nr. 2002, vergaderjaar 2005-2006

Ministerie van VROM DDS 5477629 Pagina 4/4