Nederlands Vaccinatie Instituut


Griepvaccin kweken in cellen van rups

vrijdag, 20 april 2007

Een griepvaccin kweken in de cellen van een rups - in plaats van de riskante en onzekere methode van in kippeneieren - is niet alleen veilig, maar ook effectief, zo blijkt uit de resultaten van een (klein) Amerikaans onderzoek, dat op 11 april jl. werd gepubliceerd in The Journal of the American Medical Association (JAMA).

Griepvaccins worden meestal gekweekt in eieren, maar dit procédé vergt veel tijd. Een griepvaccin dat is gebaseerd op een andere techniek zou sneller en in grotere hoeveelheden geproduceerd kunnen worden. Dat is een groot voordeel, niet alleen bij de jaarlijkse griepepidemie, maar ook bij een mogelijke pandemische vogelgriep.

'Eieren kunnen erg lastig zijn om mee te werken,' vertelt onderzoeker John Treanor, de griepexpert van de Universiteit van Rochester Medical Center die de studie van 460 mensen leidde, waarover werd gepubliceerd n het gerenommeerde vakblad JAMA. 'Als je honderden miljoenen bevruchte eieren nodig hebt, krijg je te maken met allerlei landbouwkwesties en wetenschappelijke problemen. Griepvirussen kunnen nogal onberekenbaar zijn, en het is niet altijd eenvoudig om het virus op een makkelijke manier te laten groeien in eieren op de manier zoals je zou willen.'

Mini-fabriekjes

Het gebruik van celculturen om vaccin te kweken waarbij virussen worden gebruikt als mini-fabriekjes die grote hoeveelheden vaccin produceren is een groeiende business. Een zelfde techniek waarbij menselijke cellen worden gebruikt, is toegepast om hepatitis B-vaccin te maken. Ook een van de nieuwe vaccins tegen het humaan papilloma virus (HPV, dat baarmoederhalskanker veroorzaakt), maakt gebruik van dezelfde insektencel-techniek als bij deze studie.

In de studie, geleid door Treanor, testten de onderzoekers een vaccin genaamd FluBlOk. Het vaccin is gebaseerd op het zogenaamde baculovirus, waarmee normaal insecten worden besmet. Het baculovirus wordt ingezet om de belangrijkste componenten van het griepvaccin te produceren in cellen van rupsen.

Goede reactie

De studie werd gedaan onder 460 gezonde proefpersonen tussen de 18 en 49 jaar. Eenderde van de deelnemers kreeg een kleine dosis van het vaccin (75 microgram), eenderde een grote dosis (135 microgram), en eenderde kreeg een placebo-injectie die helemaal geen vaccin bevatte. Alle 'echte' prikken bevatte vaccin dat was gebaseerd op drie griepstammen die tijdens de periode van het onderzoek (winter 2004-2005) waren aangewezen als de grootste griepveroorzakers dat jaar.

Zoals de onderzoekers verwachtten, veroorzaakten zowel de kleine als de grote dosis een immuunreactie die in het algemeen effectief genoeg is om weerstand te bieden tegen de griep, en werkte de grote dosis een sterkere afweerreactie op. De bijwerkingen waren hetzelfde als bij de normale (op eieren gekweekte) griepprik: voornamelijk milde pijn in de arm.

In de maanden die volgden, kregen zeven mensen uit de placebogroep de griep, tegenover twee in de groep met de kleine dosis en nul in de groep met de hoge dosis. Opgeteld zorgen de twee vaccins voor een vermindering van het aantal griepgevallen met 86 procent.

'Ook al was de studie klein, de resultaten zijn wel veelbelovend,' aldus Treanor. 'We hoopten en verwachtten wel dat het zou werken, maar je weet het nooit zeker tot je het getest hebt. We hebben laten zien dat het vaccin ook in de echte wereld werkt.' Het niet meer afhankelijk zijn van eieren is zeker belangrijk in een wereld die mogelijk aan de vooravond staat van een grieppandemie door de vogelgriep.

Maanden winst

Decennia lang is de productie van griepvaccin gebaseerd geweest op het laten groeien van het griepvirus in honderden miljoenen bevruchte eieren, waarbij elk ei slechts een theelepeltje materiaal oplevert dat uiteindelijk bijdraagt aan het vaccin. Met de ei-methode is minstens zes maanden nodig om genoeg griepvaccin te produceren om het volk te beschermen. Door de eieren uit het proces te schrappen, kan er zo'n een tot twee maanden gewonnen worden op de productie, volgens Treanor. In het geval van een vogelgrieppandemie betekent dat dat er veel sneller vaccin beschikbaar is dan met de eieren-techniek.

Bovendien is het te verkiezen om niet afhankelijk te zijn van eieren als de kippen zelf massaal slachtoffer worden van de vogelgriep. De insektencel-technologie heeft ook een ander voordeel boven het ei-procédé: om vaccin te laten groeien in eieren is een levend griepvirus nodig, wat gevaarlijk kan zijn als het om een potentiële vogelgriepstam gaat.

Hogere dosis

De nieuwe technologie maakt het ook mogelijk om de dosis vaccin die patiënten krijgen op te voeren. Dat is vooral cruciaal in de strijd tegen vogelgriep, want zoals Treanor en de andere onderzoekers al in deze experimentele studie aantoonden, is het vaccin pas echt effectief als een hogere dosis wordt gegeven dan nu gebruikelijk is. Het experimentele vaccin verschilt nog op een andere manier van de huidige griepvaccins. Het experimentele vaccin richt zich op een deel van het griepvirus dat bekend staat als hemagglutinine. Hemagglutinine is een oppervlakte-eiwit dat deel uitmaakt van influenzavirussen. Door deze oppervlakte-eiwitten kan het virus zich vasthechten aan het weefsel van de gastcel en deze ook weer verlaten. In tegenstelling tot de conventionele vaccins, bevat FluBlOk geen neuraminidase, een enzym dat ervoor zorgt dat virusdeeltjes, na vermenigvuldiging in cellen, zich van deze cellen kunnen loskoppelen en zich verder kunnen verspreiden. Omdat de meeste vaccins zich richten op het hemagglutinine, waren onderzoekers nieuwsgierig hoe een vaccin zonder neuraminidase zou werken.

Bronnen:

JAMA

persbericht University of Rochester Medical Center