Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht

PB07-031
23 april 2007

Sterke stijging verkeersdoden onder fietsers

In 2006 kwamen 811 mensen in het Nederlandse verkeer om. Dit zijn er 6 minder dan een jaar eerder. Drie jaar geleden overleden er nog bijna 1100 mensen in het verkeer. Onder fietsers steeg het aantal dodelijke slachtoffers met bijna 20 procent. Nederland heeft binnen de Europese Unie op Malta na de minste verkeersdoden per miljoen inwoners. Dit blijkt uit cijfers van het CBS, de Adviesdienst Verkeer en Vervoer (AVV) van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat en Eurostat.

Meer doden onder fietsers, minder onder motorrijders Het totaal aantal verkeersdoden bleef in 2006 ongeveer gelijk. De verdeling over leeftijden en wijzen van vervoer is echter wel fors veranderd. Onder fietsers steeg het aantal dodelijke slachtoffers met bijna 20 procent. Ook vielen er meer slachtoffers onder zestigers en tachtigplussers. Van alle overleden fietsers is bijna 60 procent 60 jaar of ouder. Het aantal verkeersdoden onder dertigers en vijftigers is daarentegen flink afgenomen. Daarnaast waren er minder dodelijk verongelukte motorrijders. Dat aantal nam af met een kwart.

Meeste verkeersdoden onder twintigers De meeste verkeersdoden vallen al jaren onder twintigers. In 2006 waren dat er 137. Dat is nagenoeg hetzelfde aantal als in 2005, maar wel fors lager dan een aantal jaren daarvoor. Twee derde van de twintigers overlijdt als inzittende van een auto.
Relatief gezien vallen de meeste doden echter onder de tachtigplussers. In 2006 zijn 17 op de 100 duizend tachtigplussers dodelijk verongelukt. Van de twintigers kwamen er 7 van de 100 duizend om bij een verkeersongeluk. Ook niet-inwoners dodelijk verongelukt

.. waren vooral inzittenden van auto's. Verkeersdeelnemers uit het buitenland zoals vrachtwagenchauffeurs en toeristen tellen ook mee in de cijfers over verkeersdoden. De afgelopen jaren was 5 tot 9 procent van de verkeersdoden geen inwoner van Nederland. Dit w
Nederland doet het Europees gezien goed w Nederland behoort binnen de EU tot de landen met het minste aantal w verkeersdoden per miljoen inwoners. Alleen in Malta was dat aantal lager. CBS Persbericht PB07-031 pagina 1 van 5

Dat blijkt uit cijfers van Eurostat, het Europees statistisch bureau. In 2004 had Nederland 49 verkeersdoden per miljoen inwoners, Malta 33. Letland telde de meeste verkeersdoden: 222 per miljoen inwoners. Nederland steekt ook gunstig af tegen de ons omringende landen. België had ruim tweemaal zoveel verkeersdoden per miljoen inwoners, Frankrijk bijna twee keer zoveel.

Dalende trend verkeersdoden
In de jaren zeventig kwamen jaarlijks meer dan 3 duizend mensen om in het verkeer. Dat waren de hoogste aantallen ooit. Begin deze eeuw overleden er ongeveer 1 100 mensen per jaar door verkeersongelukken. In 2004 dook het aantal dodelijke verkeersslachtoffers voor het eerst onder de 900. Vorig jaar bedroeg het aantal verkeersdoden 811.

Technische toelichting
Voor de vaststelling van het aantal dodelijke verkeersslachtoffers in Nederland zijn gegevens uit drie bronnen gecombineerd: gegevens uit de door de arts of lijkschouwer ingevulde doodsoorzaakformulieren, de rechtbankdossiers in geval van niet-natuurlijke dood, en de ongevalsrapporten die door de politie zijn opgemaakt. Door de koppeling en integratie van deze gegevens kunnen ontbrekende gegevens in de afzonderlijke bestanden worden aangevuld. De resultaten van deze geïntegreerde benadering van het aantal verkeersdoden zijn beschikbaar vanaf het kalenderjaar 1996. Reeksen met cijfers uit eerdere jaren zijn verkrijgbaar bij de Adviesdienst Verkeer en Vervoer (AVV). Deze tijdreeksen zijn uitsluitend gebaseerd op de ongevalsrapporten die door de politie zijn opgemaakt. De in dit persbericht vermelde aantallen betreffen verkeersdoden die zijn omgekomen als gevolg van een verkeersongeval op Nederlands grondgebied. Er verschijnt vandaag eveneens een persbericht van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat. In beide persberichten staan de gezamenlijke cijfers van het CBS en de AVV. In het persbericht van het Ministerie wordt ook ingegaan op het beleid rondom de verkeersveiligheid.

CBS Persbericht PB07-031 pagina 2 van 5

Tabel 1. Dodelijke slachtoffers van een verkeersongeval in Nederland naar geslacht, 2002-2006
2002 2003 2004 2005 2006 Totaal 1 066 1088 881 817 811 Mannen 790 804 630 594 576 Vrouwen 276 284 251 223 235 Bron: CBS en AVV

Tabel 2. Dodelijke slachtoffers van een verkeersongeval in Nederland naar leeftijd, 2002-2006
2002 2003 2004 2005 2006 Totaal 1 066 1088 881 817 811 0-14 jaar 41 64 36 31 37 15-19 jaar 138 115 85 71 64 20-29 jaar 231 214 182 140 137 30-39 jaar 149 162 103 115 91 40-49 jaar 125 120 104 102 113 50-59 jaar 89 98 94 99 80 60-69 jaar 73 110 72 66 90 70-79 jaar 109 105 104 110 101 80 jaar en ouder 111 100 101 83 98 Bron: CBS en AVV

Tabel 3. Dodelijke slachtoffers van een verkeersongeval in Nederland naar vervoerswijze, 2002-2006
2002 2003 2004 2005 2006 Totaal 1 066 1088 881 817 811 Personenauto 503 496 420 356 340 Bestelauto/vrachtwagen 47 61 22 26 30 Fiets 195 219 180 181 216 Brom- en snorfiets 106 99 87 78 87 Voetganger 108 107 77 89 73 Motor 101 96 91 78 59 Overig/onbekend 6 10 4 9 6 Bron: CBS en AVV

CBS Persbericht PB07-031 pagina 3 van 5

Tabel 4. Dodelijke slachtoffers van een verkeersongeval in Nederland naar ongevalsprovincie, 2002-2006
2002 2003 2004 2005 2006 Totaal 1 066 1088 881 817 811 Groningen 57 53 42 21 31 Friesland 47 64 44 48 39 Drenthe 55 49 34 32 42 Overijssel 65 89 72 70 61 Flevoland 23 34 22 20 12 Gelderland 140 148 131 116 131 Utrecht 53 55 45 50 45 Noord-Holland 137 142 103 113 105 Zuid-Holland 171 157 126 95 120 Zeeland 30 25 25 24 39 Noord-Brabant 202 193 170 169 130 Limburg 86 79 67 59 56 Bron: CBS en AVV

CBS Persbericht PB07-031 pagina 4 van 5

Tabel 5. Dodelijke slachtoffers van een verkeersongeval per miljoen inwoners voor de EU-landen, 2006
1992 1996 2000 2004 België 167 134 144 112 Cyprus 219 195 161 160 Denemarken 112 98 93 68 Duitsland 132 107 91 71 Estland 185 149 149 126 Finland 120 79 77 72 Frankrijk 173 147 137 92 Griekenland 209 202 187 147 Hongarije 203 133 117 128 Ierland 117 125 111 94 Italië 142 117 117 97 Letland 276 223 247 222 Litouwen 226 184 183 218 Luxemburg 177 172 175 109 Malta 31 51 39 33 Nederland 83 76 68 49 Oostenrijk 180 129 122 108 Polen 181 165 163 150 Portugal 310 272 184 124 Slovenië 247 195 157 137 Slowakije 128 115 116 112 Spanje 200 139 144 112 Tsjechië 152 151 145 135 Verenigd Koninkrijk 76 64 61 56 Zweden 88 61 67 53 Bron: Eurostat

CBS Persbericht PB07-031 pagina 5 van 5


---- --