Federale regering Belgie


Toespraak boekvoorstelling Karel De Gucht
(2007-04-26)

Persdienst Eerste Minister

Toespraak van Guy Verhofstadt bij de boekvoorstelling van "Pluche" van Karel De Gucht.
Brussel, 26 april

EMBARGO TOT 11.00 UUR!!!

Beste Karel,
Dames en heren,

Karel De Gucht schrijft graag. "Pluche" is niet zijn eerste pennenvrucht. De voorbije jaren verschenen als ik mij niet vergis reeds drie boeken zijn hand. Doordachte boeken. Dat kon je lezen, en dat lees je nu opnieuw.

Karel De Gucht is niet de enige schrijver-politicus. Er wordt hier en daar regelmatig een boek gepleegd. Maar niemand kan ontkennen dat liberalen veelschrijvers zijn. Onlangs verscheen een nieuw boek van Patrick Dewael. Bart Somers schreef een boek, Herman De Croo, Patricia Ceysens, Marleen Vanderpoorten om de meest recente te noemen. Ikzelf probeer ook af en toe eens iets op papier te zetten.

Het zou evenwel gevaarlijk en onverstandig zijn om Open Vld als een partij van schrijvers, of laat staan intellectuelen te zijn. Want wie boeken schrijft om een verhaal te vertellen dat hij op televisie of in de krant niet kwijt kan, wordt meteen verdacht van een coherente en doordachte visie. Iets wat populisten inderdaad niet kan verweten worden. Hiermee komen we meteen tot de kern van dit boek: wat is populisme, wat zijn haar gedaantes vandaag en waarom is het gevaarlijk voor onze democratie?

Etymologisch start het populisme in de Verenigde Staten met de oprichting van de Populist Party. Die partij werd opgericht vlak voor de Amerikaanse burgeroorlog en kende haar hoogtepunt tijdens de Agrarische Crisis van de jaren 1870 en de Grote Depressie van de jaren '30. Het waren twee periodes van zware economische tegenslag. De arbeiders, boeren en bedienden blijven geslagen achter. Ook zij hadden hun weinige spaargeld op de gecrashte beurzen belegd.

Het was op dat moment, wanneer de bevolking deze economische klap nog niet te boven was gekomen en angstig en onzeker de toekomst tegemoet zag, dat het populisme zich op hen stortte. Het aanvankelijke antwoord van The Populist Party was economisch. Gesloten grenzen en protectionisme zou het land redden. En de Populist Party had met haar eenvoudige oplossingen succes. Onder druk van de populisten nam de Amerikaanse regering tijdens de Grote Depressie zelfs een aantal protectionistische maatregelen. Zo verviervoudigde ze in 1930 de importtaksen. De andere landen reageerden door gelijkaardige maatregelen te treffen, waardoor de internationale handel een historische opdoffer kreeg. Gevolg was dat de werkloosheid op twee jaar tijd met 16% de hoogte inschoot. De volgende stap was, hoe kan het ook anders, dat de Populist Party de schuld van de crisis niet legde bij haar eigen economische maatregelen die ze nam, maar bij de minderheden.

Nochtans kan men de Populist Party niet zomaar in het rechtse kamp schuiven. Net zoals men het populisme zelf niet in één kamp kan onderbrengen. Er bestaat ook links populisme. Kijk maar naar de retoriek van de SP van Jan Marijnissen of de Partito Communista van Fausto Bertinotti. Maar ook dat is geen recent fenomeen. Want, wat anders dan een linkse populist was bijvoorbeeld Robespierre? Aanvankelijk was Robespierre een doctrinair revolutionair die streed tegen de doodstraf en voor de gelijkberechtiging van elke Franse burger. Maar naar mate de revolutie vorderde, meende hij "la volonté générale" te kennen. Op basis van die zogenaamde wil van het volk stemde Robespierre in 1791 voor de doodstraf. Later liet hij zijn tegenstanders zonder proces guillotineren. "La volonté générale" bleek belangrijker dan "les droit de l'homme et du citoyen".

Dames en heren,

Sta mij toe nog even verder terug in de tijd te gaan. Want de eerste populisten waren te vinden in de eerste democratie: Athene. In de Atheense volksvergadering ging het er soms heftig aan toe. Elke burger had het recht om te spreken en te stemmen in de plenaire vergadering. Er zijn getuigenissen te lezen over bijeenkomsten waar de luidste schreeuwer het meeste applaus kreeg. Ook al zei hij het tegenovergestelde van de vorige spreker voor wie dezelfden applaudisseerden. Al is dat niet zo erg natuurlijk. Dat gebeurt ook wel eens bij ons.

Verontrustender waren de sprekers die met hun populisme enkel en alleen de macht nastreefden. Cleon was zo'n voorbeeld. Hij probeerde de opvolger te zijn van Perikles, zij het op een heel andere manier. Aristoteles typeerde hem erg scherp en ik citeer "Hoewel de andere sprekers zich deftig gedragen, is Cleon de eerste die begint te roepen tijdens de Volksvergadering. Met vulgair taalgebruik en een wildzwaaiende toga spreekt hij de bevolking toe." Cleon trachtte de macht te grijpen door Perikles van gesjoemel te beschuldigen. Het werkte en Perikles werd afgezet. En toen Sparta op een bepaald moment vrede voorstelde, gebruikte Cleon zijn populistische retoriek om de Atheense volksvergadering ervan te overtuigen toch met de oorlog door te gaan en hem het opperbevel te geven.

Uiteindelijk sneuvelde Cleon. Maar hij werd al snel opgevolgd door een nieuwe machtslustige populist: Alcibiades. Bij Thucydides lezen we met welke argumenten Alcibiades de stemmen van de Atheners lokte om opperbevelhebber te worden. U zult het niet geloven maar zijn belangrijkste argument was zijn verdienste op de Olympische spelen. Niet dat hij zelf had meegedaan. Maar hij had zeven wagenrennen gecoacht en behaalde daarmee de eerste, de tweede en de vierde plaats. U ziet, de afstand tussen sport en populisme in de politiek is niet heel groot.

Dames en heren,

De rest van het verhaal van Alcibiades bespaar ik u. Maar het interessante aan deze voorbeelden is de conclusie dat in elke democratie populisme om de hoek loert. Demos en populus mogen dan wel hetzelfde betekenen, tussen democratie en populisme gaapt een enorme kloof. Voor democraten is een macht een middel, voor populisten een doel. Voor democraten is politiek staatskunde, voor populisten een vies woord waar ze zich van distantiëren ofschoon ze er deel van uitmaken. Democraten luisteren naar mensen, maar proberen hen ook te overtuigen. Populisten buiten onzekerheid en angst uit. Zij kiezen voor de tribale, gesloten samenleving. Democraten daarentegen werken aan de open samenleving. Overigens is het mijn diepste overtuiging dat het tot stand brengen van die open samenleving en het daarbij aanpakken van de samenlevingsproblemen die de mensen naar het populisme drijft, uiteindelijk de enige remedie is tegen het populistische gedachtengoed.

Weet, populisme mag dan van alle tijden zijn, links of rechts zijn, doorheen de geschiedenis heeft de democratie uiteindelijk altijd overwonnen. Maar dat vraagt inspanning, analyse en debat. Meegaan is eraan toegeven. Slogans overwin je niet met slogans, maar wel met overtuiging. Karel heeft die overtuiging. En hij heeft die neergeschreven in een overtuigend boek. Een boek dat vraagt om zelfkritiek, een boek dat vraagt om moed. Ik kan dan ook alleen maar hopen dat "Pluche" door zoveel mogelijk mensen gelezen zal worden.

Ik dank u.