Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport


praktijkondersteuner huisartsenzorg GGZ

Voorhang beleidsregel bekostiging praktijkondersteuner huisartsenzorg GGZ

Kamerstuk, 26 april 2007
De Voorzitter van de Eerste en Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018 / 20017
2500 EA DEN HAAG

CZ-2759531 / CZ/EKZ-2759588

27 april 2007


1. Inleiding

Aanleiding
Jaarlijks zoeken ruim 1 miljoen mensen hulp voor psychische problemen bij de eerstelijns geestelijke gezondheidszorg. De meeste mensen met psychische problemen komen eerst bij de huisarts. De huisarts doet de diagnostiek en start de behandeling of verwijst door naar de eerste- of tweede lijn, als dat nodig is. Daarnaast hebben cliënten nog andere ingangen in de eerste lijn, waar zij zonder tussenkomst van de huisarts terecht kunnen (bijvoorbeeld algemeen maatschappelijk werk en (eerstelijns)psycholoog).

Het aantal mensen met psychische problemen neemt toe en zal naar verwachting verder groeien. Mijn beleid is erop gericht om de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) voor iedereen toegankelijk te houden. Hiervoor is een sterke, samenhangende en doelmatige eerstelijnsgezondheidszorg nodig, waar het merendeel van de mensen met psychische problemen wordt opgevangen en onnodige verwijzingen naar de specialistische tweedelijns GGZ worden voorkomen. Door het werk in de eerste lijn slimmer te organiseren, kan de beperkte menskracht doelmatiger worden ingezet.

De overheveling van de geneeskundige GGZ per 1 januari 2008, waarbij ook acht zittingen eerstelijnspsychologische zorg (EPZ) in de basisverzekering worden opgenomen, is één van de stappen in de richting van een sterke en toekomstbestendige eerstelijnszorg. Een andere stap is het introduceren van een ondersteuningsfunctie GGZ in de eerste lijn, de zogenaamde praktijkondersteuner huisartsenzorg GGZ (POH GGZ). Deze richt zich op het ondersteunen van huisartsen bij de zorg aan mensen met psychische problemen.

In deze brief informeer ik uw Kamer over mijn voornemen om de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) op grond van artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) een aanwijzing te geven voor het vaststellen van een bekostigingssystematiek voor de functie POH GGZ. De financiering van deze functie zal per 1 januari 2008, tegelijk met het in werking treden van de geneeskundige GGZ-prestaties onder de Zorgverzekeringswet (Zvw), in de eerstelijnszorg mogelijk moeten zijn.

Overeenkomstig genoemd artikel zal tot het geven van de aanwijzing niet eerder worden overgegaan dan nadat dertig dagen verstreken zijn na verzending van deze brief.


2. Zakelijke inhoud aanwijzing

Achtergrond
In de afgelopen jaren heeft mijn ministerie een stimuleringsprogramma GGZ ingezet om de eerstelijns GGZ kwalitatief en kwantitatief te versterken. Eén van de maatregelen in dit programma is de stimuleringsregeling consultatiegelden GGZ (consultatieregeling). Deze regeling loopt tot en met 2007 (zie paragraaf `Beschikbare budget'). De regeling maakt het mogelijk om gespecialiseerde tweedelijns GGZ-deskundigheid in de eerste lijn beschikbaar te stellen met als doel de zorgverlening bij psychische problemen te optimaliseren. Het hoofddoel van de regeling is om huisartsen, algemeen maatschappelijk werkenden (AMW) en eerstelijnspsychologen (ELP) de mogelijkheid te bieden advies te ontvangen van de tweedelijns GGZ en zo de deskundigheid op het gebied van GGZ-problematiek in de eerste lijn te vergroten. Op deze manier kunnen meer hulpvragen binnen de eerste lijn worden behandeld, wordt de verwijsfunctie verbeterd en neemt de samenwerking tussen de eerste- en tweede lijn toe.

Praktijkondersteuner huisartsenzorg GGZ (POH GGZ) De consultatieregeling bleek een groot succes. Veel projecten hebben zich ontwikkeld tot gebruikelijke zorg; van subsidieregeling naar zorg gefinancierd via de AWBZ. Uit onderzoek van het Nivel (2006) bleek 90% van de consultatievragers huisarts te zijn, 4% is maatschappelijk werker (AMW) en 2% is eerstelijnspsycholoog (ELP). De meest frequente reden voor huisartsen om consultatie te vragen was de behoefte aan advies over verwijzing (60%) en onduidelijkheid over de diagnose (45%). De consultatiegevers waren voornamelijk sociaal psychiatrisch verpleegkundigen (SPV'ers, 76%). De patiënten/cliënten die zij zien, zijn vaak mensen met (meerdere) psychische klachten waarbij de zorgvraag niet helder is evenals wie de klacht(en) het beste kan behandelen. Zowel huisartsen als patiënten zijn tevreden over de consultatieregeling, zo bleek uit het onderzoek. Patiënten krijgen laagdrempelige zorg, dicht bij huis en vrij van stigma's. En de werkdruk van huisartsen wordt verminderd.

Uit bovengenoemde cijfers blijkt een duidelijke behoefte van huisartsen aan een vorm van ondersteuning bij de vraagverheldering van mensen met psychische klachten. Omdat huisartsen niet uitgebreid de tijd hebben voor deze cliënten of de vaardigheid daarvoor niet in huis hebben, is ondersteuning bij dit proces nodig. Patiënten vinden een goede vraagverheldering belangrijk, is de algemene conclusie van de Nederlandse Patiënten/Consumenten Federatie (NPCF). Daarnaast is het voor patiënten belangrijk dat eventuele problemen op andere terreinen niet worden geïsoleerd, maar dat er sprake is van een geïntegreerde benadering van de hulpvraag. Tot slot is het voor patiënten/cliënten van belang dat zij snel bij de juiste zorgverlener(s) terecht kunnen en dat zij de zorg zo dicht mogelijk bij huis ontvangen. Daarom wil ik een ondersteuningsfunctie GGZ in de eerste lijn introduceren, de zogenaamde praktijkondersteuner huisartsenzorg GGZ (POH GGZ). Evenals bij de praktijkondersteuner huisartsenzorg voor de somatische zorg, verwacht ik van deze ondersteuningsfunctie dat deze de poort tot ons zorgsysteem zal versterken; zowel in kwalitatief als kwantitatief opzicht. De functie van POH GGZ zal naar verwachting:

De bekendheid van het aanbod van de GGZ hulpverlening in zowel de eerste- als tweede lijn vergroten;
Onnodige verwijzingen naar de tweede lijn voorkomen; Bijdragen aan de doelmatigheid van het zorgstelsel; Het oplossend vermogen van de eerste lijn vergroten, door efficiëntere inzet van beschikbare capaciteit en kwaliteit.

Kortom de functie van POH GGZ is een middel om een sterkere, meer samenhangende eerstelijns GGZ te realiseren, waarbij patiënten sneller de zorg krijgen die zij nodig hebben. Dit is zowel goed voor de patiënten als voor het systeem van de eerstelijnsgezondheidszorg.

Bekostiging POH GGZ
De consultatieregeling was bedoeld voor het versterken van de eerstelijnsgezondheidszorg bij het verlenen van zorg aan mensen met psychische klachten. Bij het zoeken naar een bekostigingssystematiek voor de financiering van de POH GGZ staat dit doel én onze huidige visie op het versterken van de eerste lijn centraal: namelijk dat een doelmatige, laagdrempelige, patiëntvriendelijke en kwalitatief goede generalistische GGZ het beste in de eerste lijn kan worden gerealiseerd. De functie praktijkondersteuner huisartsenzorg GGZ is er ten behoeve van de eerste lijn en vindt plaats in de eerste lijn.

Omdat het bij de functie van de POG GGZ gaat om het ondersteunen van huisartsen bij de zorgverlening aan mensen met psychische problemen is het logisch dat het financieren van deze functie aan de huisartsenbekostiging wordt gekoppeld.

Beschikbaar budget
De twee financieringsbronnen voor de huidige stimuleringsregeling consultatiegelden GGZ (consultatieregeling) vervallen per 1 januari 2008 door de overheveling van de geneeskundige GGZ naar de Zvw:

a. Vanaf 1999 bestaat de CTG-beleidsregel consultatiegelden GGZ (2006: EUR5,45 miljoen). Deze beleidsregel vervalt op 31 december 2007 en per
1 januari 2008 worden de financiële middelen overgeheveld naar de Zvw.

b. Consultatie werd vanaf 2003 steeds meer op reguliere basis door GGZ-instellingen zelf gefinancierd via het product dienstverlening in de CTG-beleidsregel loon- en materiele kosten GGZ (AWBZ). Door de overheveling van de geneeskundige GGZ per 1 januari 2008 naar de Zvw verdwijnt ook het product dienstverlening. Bureau HHM heeft becijferd dat er in 2005 EUR 32,75 miljoen omgaat in consultatie en advies via het product dienstverlening. Ook dit bedrag wordt overgeheveld naar de Zvw.

Het totale financiële beslag op jaarbasis van de consultatieregeling is dus EUR 38,2 miljoen. Deze middelen zijn vanaf 1 januari 2008 structureel beschikbaar voor de financiering van de functie POH GGZ.


3. Aanwijzing NZa

In mijn aanwijzing zal ik de NZa het volgende verzoeken:
1. een bekostigingssystematiek vast te stellen voor de POH GGZ;
2. deze bekostigingssystematiek af te stemmen met de bekostigingssystematiek voor de huidige praktijkondersteuners huisartsenzorg;

3. de bekostigingssystematiek te voorzien van prikkels om de kosten te beheersen.

De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

dr. A. Klink