Nieuw-Vlaamse Alliantie


Bourgeois bepleit uitbreiding bronnengeheim (03/05/07)

Nederland kende het afgelopen jaar heel wat incidenten rond het recht op bronbescherming voor journalisten. De journalistieke noorderburen kijken dan ook met bewondering naar de wettelijke regeling hieromtrent bij ons. Vlaams minister van Media Geert Bourgeois nam hiervoor in 2003 als federaal parlementslid mee het initiatief. In 2005 was de wet een feit. Vandaag, naar aanleiding van de Internationale Dag voor de Persvrijheid, is Bourgeois de eregast bij de Wereldomroep in Hilversum, waar hij voor meer dan 200 journalisten, politici, directies van mediabedrijven en anderen zijn wet op de bescherming van het journalistiek bronnengeheim toelicht. Hij pleitte er ondermeer voor om de wet uit te breiden zodat ook de inlichtingendiensten de bronnenbescherming van journalisten in de toekomst moeten respecteren.

De wettelijke bescherming van het journalistiek bronnengeheim in België behoort zonder enige twijfel tot de meest verregaande in Europa. De wet, gebaseerd op Bourgeois wetsvoorstel van 2003, garandeert dat gerecht en politie journalisten en redactiemedewerkers niet kunnen dwingen hun informatiebronnen bekend te maken, inlichtingen te verstrekken of documenten te overhandigen, indien dat als gevolg kan hebben dat hun informanten kunnen worden geïdentificeerd. Het gerecht mag dus ook geen opsporings- en onderzoeksmaatregelen uitvoeren met betrekking tot die bronnen. Voorts kunnen journalisten niet meer vervolgd worden wegens heling of medeplichtigheid wanneer zij hun bronnen niet vrijgeven, een techniek die vroeger wel eens werd toegepast. Enkel als de fysieke integriteit van personen in gevaar is, bijvoorbeeld bij gijzelingen, ontvoeringen en terroristische misdrijven, kan een rechter een journalist verplichten om zijn bronnen vrij te geven. Zelfs bloggers, die op regelmatige tijdstippen nieuwsfeiten of opinies online publiceren, vallen volgens een recent arrest van het Arbitragehof, onder deze bescherming.

Door de wet is er een einde gekomen aan de praktijk van grootscheepse huiszoekingen op redacties en bij journalisten. Toch wordt de wet niet overal met evenveel enthousiasme toegepast. Zo liet een Antwerpse onderzoeksrechter enkele maanden geleden nog het gsm-verkeer van journalist Joris van der Aa van Het Laatste Nieuws natrekken in het kader van een strafonderzoek naar mogelijke schending van het brongeheim door politiemensen. Een Brugse onderzoeksrechter stelde journalist Douglas De Coninck in verdenking van bendevorming en aanslagen omdat hij weigerde zijn bronnen bekend te maken. Een derde incident deed zich voor in Wallonië, waar een journaliste van de RTL zwaar werd aangepakt door het comité P dat wilde achterhalen bij welke bronnen zij haar informatie had gehaald.

Bourgeois waarschuwt dan ook voor een nonchalante omgang met de wet: De minister van Justitie moet krachtdadig optreden en schuinmarcheerders in de pas doen lopen. Als we nu al het signaal geven dat de politiediensten, de parketten en de onderzoeksrechters het niet te nauw moeten nemen met deze jonge wet, is het immers een lege doos, aldus de minister.

Maar een minstens even groot gevaar schuilt in het wetsontwerp van de minister van Justitie om de inlichtingendiensten in ons land verregaande bevoegdheden te geven om in milieus te infiltreren en mensen af te luisteren. Die plannen dreigen het bronnengeheim ernstig uit te hollen, aldus de minister.

Hij pleit er dan ook voor het wettelijke bronnengeheim uit te breiden zodat een journalist het niet alleen kan inroepen tegenover politie en gerecht, maar ook tegenover de inlichtingendiensten. Ik hoop dat niemand terug wil naar Big Brother-toestanden, en ik heb het niet over het televisieprogramma. Persvrijheid met een adequate bescherming van het bronnengeheim is de hoeksteen van de democratie.

Auteur:
Vlaams minister van Media
Geert Bourgeois

Meer informatie:
Contactpersoon: Ben Weyts, woordvoerder
Telefoon: 02 284 58 62
E-post: persdienst.bourgeois@vlaanderen.be
Url: www.ministergeertbourgeois.be