Gemeente Utrecht


schriftelijke vragen 2007, nr. 71 inzake binnentuin Centraal Museum

2007 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
71 Vragen van mevrouw N.R. Schipper en de heren N.J.H. Gravesteijn, M. van Ditmarsch en drs. W.G. Rietkerk
(ingekomen op 4 mei 2007)

Ons is ter oren gekomen dat de directie van het Centraal Museum overweegt de binnentuin van het Centraal Museum her in te richten. Aan deze overweging zouden vraagstukken ten aanzien van aantrekkelijkheid, bruikbaarheid en onderhoud ten grondslag liggen.

Het Centraal Museum van Utrecht bestaat sinds 1838. Het museum bezit een rijke en gevarieerde verzameling oude, moderne en toegepaste kunst. Bovendien bezit zij collecties stadsgeschiedenis. In 1921 is de stedelijke collectie van het stadhuis samengevoegd met verschillende particuliere en stedelijke collecties in een nieuw 'gecentraliseerd museum'. Het nieuwe Centraal Museum vestigt zich vanaf 1921 in het gebouw van het oude Agnietenklooster aan het Nicolaaskerkhof. Zij groeit daar uit tot wat het nu is: een stedelijk museum met een rijke en gevarieerde collectie. De vijf C's in het huidige logo van het Centraal Museum weerspiegelen de vijf pijlers van de collectie: stadsgeschiedenis, oude kunst, moderne kunst, toegepaste kunst en mode.
Het museum is grotendeels gevestigd in een voormalig middeleeuws klooster. Andere delen van het gebouw hebben dienst gedaan als weeshuis, militaire paardenstal en psychiatrisch ziekenhuis. Het museum bestaat uit een verzameling gebouwen rond een grote binnentuin.

De binnentuin
De oorspronkelijke tuin van het Centraal Museum is aangelegd in 1922, een half jaar na openstelling van het museum. In het ontwerp is aansluiting gezocht bij de stijl van de oude kloostergebouwen en is men uitgegaan van 16e eeuwse tuinvormen.
In 1979 is besloten de tuin van het Centraal Museum weer te beplanten volgens de oorspronkelijke uitgangspunten. Wel zijn er in 1979 enige wijzigingen aangebracht.

GroenLinks, de PvdA, CU en CDA komen met onderstaande vragen opdat de afwegingen bij een eventuele herinrichting van de binnentuin van het Centraal Museum, zorgvuldig worden gemaakt. Een met zorg aangelegde tuin kan snel verdwenen zijn.

Vragen
1. Is het College van mening dat de binnentuin van het Centraal Museum heringericht zou moeten worden?
2. Vormt de tuin, naar mening van het College, onderdeel van de historische stadscollectie van het Centraal Museum?
3. Is het College zich bewust van het unieke 'historische' karakter van de binnentuin, zowel qua inrichtingsstructuur als botanisch?
4. Indien overgegaan zal gaan worden tot herinrichting van de tuin, welke elementen spelen daarbij dan een rol voor het College? Hierbij kan gedacht worden aan o.a.:
a. Het oorspronkelijke tuinontwerp uit 1922?
b. De tuin als onderdeel van de collectie van het museum?
c. De aantrekkelijkheid van de tuin voor museumbezoekers en/of bewoners van de binnenstad?


---- --


---- --