Ingezonden persbericht


Branchecentrum Arbeidsmarkt hekelt het gebrek aan resultaat in de reïntegratie van langdurig zieke werknemers

"Te veel partijen bemoeien zich met de reïntegratie van langdurig zieke werknemers"

"Daardoor is er gebrek aan regie, daadkracht, betrokkenheid en resultaat"

Amersfoort, Woerden, 7 mei 2007

Reïntegratie van langdurig zieke werknemers kan een lijdensweg worden wanneer werkgevers niet meewerken, artsen ongeïnteresseerd zijn en hun eigen plan trekken en uitkeringsinstanties administratief falen. Branchecentrum Arbeidsmarkt stelt: te veel partijen bemoeien zich met de reïntegratie van langdurig zieke werknemers. Daardoor is er gebrek aan regie, daadkracht en betrokkenheid. Branchecentrum Arbeidsmarkt gaat de komende tijd best practices en worst cases verzamelen. De meest schokkende uitkomsten zullen worden gepresenteerd aan belangenorganisaties, bestuurders en de politiek.

Een illustratie (de hoofdpersonen zijn geanonimiseerd) Een jonge werkende vrouw van 26 jaar, Thea, loopt bij een ongeval een whiplash op. Na enige tijd hervat ze haar werk als administratief medewerker bij een verhuurbedrijf. Ze houdt echter last van nekklachten en valt regelmatig geheel of gedeeltelijk uit. De werkgever van Thea heeft weinig geduld met haar en laat haar bij wijze van vervangend werk stompzinnige klusjes doen. Aan een spontaan initiatief van collega's om haar met de auto te brengen en te halen verleent hij geen medewerking. Ondertussen lapt de werkgever de verplichtingen uit de Wet Poortwachter aan zijn laars. Haar leidinggevende vraagt zelden hoe het met haar gaat. Er wordt niet samen met Thea een Plan van Aanpak voor haar reïntegratie opgesteld. Pas veel later wordt ze onder zware druk gezet om een Plan van Aanpak te ondertekenen dat ze nog nooit heeft gezien. De werkgever stuurt dan al aan op ontslag. De arbo-arts stelt zich op als verlengstuk van de werkgever en laat Thea ook in de steek. Ze moet maar flink zijn en doorduwen. De arbo-arts doet in 2 jaar geen enkel lichamelijk onderzoek en laat na een whiplashbehandeling te adviseren die het probleem in 3 maanden had kunnen oplossen. Aan Thea zelf ligt het niet. Ze wil maar wat graag weer aan de slag en voelt zich aan alle kanten afgeremd en tegengewerkt. Ze regelt zelf een intensieve revalidatietraining van 9 maanden die uiteindelijk niets oplevert. Ten einde raad gaat ze naar een psycholoog, die haar ook niet veel verder kan helpen. Het UWV raadt Thea af om energie te steken in haar reïntegratie (!) en adviseert haar een advocaat in de arm te nemen om het dreigende ontslag aan te vechten. Volgens de advocaat heeft ze een dijk van een zaak. Tot haar stomme verbazing verliest Thea de zaak en wordt de ontslagvergunning gewoon verleend. Het UWV blijkt positief te hebben geadviseerd (!). Thea heeft geen geld meer en durft het niet aan om verder te procederen. UWV en CWI spreken af dat Thea voorlopig een volledige WIA-uitkering (70% van het laatst verdiende inkomen) krijgt in afwachting van een reïntegratietraject. Thea is bang dat ze straks een deel van de uitkering moet terugbetalen. Ze belt hierover talloze keren met het UWV, wordt steeds doorverbonden en krijgt uiteindelijk geen bevredigend antwoord op haar vragen.

Theo, een kennis van Thea, ziet dat ze langzaam de vernieling in dreigt te gaan. Hij kan het niet langer aanzien en biedt haar aan bij zijn bedrijf te reïntegreren. Theo schakelt een reïntegratiebedrijf in om het traject te begeleiden. Het reïntegratiebedrijf kan Thea naar eigen zeggen voor ¤ 14.000,= weer beter maken. Eerst dient ze echter een pijnbehandeling in een gespecialiseerd ziekenhuis te volgen. Die behandeling is pijnlijk en mislukt volledig. Ten slotte doet Theo een beroep op een ander reïntegratiebedrijf. Dit reïntegratiebedrijf zegt Thea voor minder dan de helft van de genoemde ¤ 14.000,= weer arbeidsgeschikt te kunnen maken. Theo schiet het bedrag voor en het wonder geschiedt: binnen 3 maanden is Thea volledig aan de slag bij het bedrijf van Theo!

Eind goed, al goed? Niet helemaal: het venijn zit in de staart. Op het moment dat Thea weer volledig aan het werk is, zwijgt het UWV al meer dan een jaar lang in alle talen. Thea heeft dan nog steeds geen vaste contactpersoon. Uiteindelijk krijgt ze het bericht waar ze al bang voor was: haar WIA-uitkering wordt met terugwerkende kracht gekort. De aanvraag voor een IRO-budget voor de succesvolle behandeling bij het tweede reïntegratiebedrijf raakt zoek. Een tweede, opnieuw ingediende aanvraag ook. Intussen wordt Thea zwanger. Ze stuurt een zwangerschapsverklaring naar het UWV en krijgt tot op de dag van vandaag geen bericht van ontvangst.

Wat ging hier allemaal mis?

De werkgever:

· had vanaf het begin weinig consideratie met Thea en stelde haar herstelproces vanaf het begin in een negatief daglicht;
· bood vervangend werk aan waarmee Thea niet werd geholpen;
· lapte de eisen van de Wet Poortwachter systematisch aan zijn laars;
· zette Thea uiteindelijk onder druk om een Plan van Aanpak te ondertekenen dat nooit is besproken;
· stuurde al snel aan op ontslag.

De arbo-arts:

· suggereerde dat Thea zich aanstelde;

· voerde in 2 jaar geen enkel lichamelijk onderzoek uit;
· liet na een whiplashbehandeling te adviseren die het probleem in 3 maanden had kunnen oplossen.

Het UWV:

· ontmoedigde Thea om zelf een bijdrage aan haar herstel te leveren;
· adviseerde Thea om een procedure aan te spannen tegen het dreigende ontslag, maar adviseerde uiteindelijk positief inzake de ontslagvergunning;
· reageerde niet op verontruste telefoontjes van Thea over de mogelijke terugbetaling van WIA-premie;
· wees geen vaste contactpersoon voor Thea aan;
· kortte Thea uiteindelijk toch met terugwerkende kracht op de WIA-uitkering;
· presteerde het om 2 aanvragen voor een IRO-budget en een zwangerschapsverklaring zoek te maken.

Het eerste reïntegratiebedrijf:

· adviseerde een pijnbehandeling in een gespecialiseerd ziekenhuis die niet werkte;
· bracht daarvoor twee keer zoveel geld in rekening als het reïntegratiebedrijf dat daarna wel met een succesvolle aanpak kwam.

Thea heeft het goed voor haar kiezen gehad. Haar werkgever werkte niet mee aan haar herstel, de arbo-arts was ondeskundig, de behandelaars faalden, het UWV maakte er een potje van en het eerste reïntegratiebedrijf maakte niet waar wat het beloofde. Als Theo er niet was geweest en een tweede reïntegratiebedrijf niet een betere prestatie had geleverd, was Thea op haar 26e volledig de vernieling ingedraaid. Met als gevolg: onnoemelijk veel persoonlijk leed en frustratie en astronomische kosten voor de gemeenschap.

Wat is er structureel mis?
Bovenstaand verhaal staat niet op zichzelf. In de branche doen ze de ronde: verhalen over gemotiveerde werknemers die langdurig arbeidsongeschikt raken en tijdens de herstelperiode van de regen in de drup raken. Goedwillende burgers die de vernieling indraaien omdat de vele instanties waarmee ze te maken krijgen hen als een nummer beschouwen, hun werk niet doen en langs elkaar heen werken c.q. elkaar tegenwerken.

Een aantal stellingen:

· Veel te veel werkgevers zien hun mensen alleen als productiefactor. Bij ziekte kijken ze alleen naar de gevolgen voor het bedrijf op korte termijn: extra kosten waar geen opbrengsten tegenover staan. Met een bij voorbaat negatieve en zelfs beschuldigende houding ondermijnen ze iedere motivatie van de zieke werknemer om weer snel te reïntegreren. Als het gaat om het bieden van vervangend werk zijn ze weinig creatief. Wat de werkgever daarbij vergeet is dat deze houding hem op de langere termijn vaak veel meer kost.
· Arbo-artsen hebben geen gelegenheid gedegen onderzoek te doen naar de achtergronden van het ziekteverzuim. Ze kijken het dossier vluchtig door en trekken snel een conclusie. Ieder geval is er immers één in een lange rij. Targets zijn belangrijker dan mensen.
· Het UWV kijkt niet naar mensen, maar naar dossiers (en maakt die vervolgens zoek). De interne communicatie is een ramp, om over de communicatie met de klant nog maar te zwijgen. Het UWV is een doodzieke bureaucratische moloch waarin langdurig zieken volkomen de weg kwijtraken.
· De privatisering van de reïntegratie heeft ondernemers wakker gemaakt die mogelijkheden zien om snel veel geld te verdienen. Niet werkelijk betrokken reïntegratieadviseurs bieden standaardpakketten aan en geven de langdurig zieke voor de zoveelste keer het gevoel dat hij maar een nummer is. En aangezien er geen resultaatsverplichting is, komen ze er nog mee weg ook.

Samenvattend lijkt het erop dat de menselijke maat uit het oog is verloren:
· De overheid verzint in een desperate poging om grip op de zaak te krijgen steeds nieuwe administratieve regeltjes en draagt de uitvoerenden (arbo-artsen, het UWV) op om er vooral voor te zorgen dat de dossiers op orde zijn, zodat de targets worden gehaald. Voor extra aandacht voor de langdurig zieke is geen tijd.
· Diezelfde overheid gaat onverdroten door met het ondoordacht privatiseren van allerlei vormen van dienstverlening. Niet gehinderd door een daadwerkelijke resultaatsverplichting springen allerlei snelle jongens in de reïntegratiemarkt. En ook hier is de langdurig zieke het kind van de rekening.

In de komende tijd gaat Branchecentrum Arbeidsmarkt verhalen als dat van Thea verzamelen en bundelen. Daaruit moet blijken wat er mis is in de manier waarop wij in dit land omgaan met langdurig zieken.

Men kan anoniem bellen met de klachtenlijn van Branchecentrum Arbeidsmarkt op 020-5616346

Achtergrondinformatie bij dit persbericht kan worden verkregen bij: De heer A. Smit (VerzuimVitaal; mobiel 06-22406347) of de heer mr. F.J. Woreel (Branchecentrum) Telefoon: (033) 454 66 69
E-mail werk@branchecentrum.nl
Website www.werk.branchecentrum.nl

VerzuimVitaal
Botnische Golf 9a
Postbus 263
3440 AG Woerden
Telefoon: 0348-488070
Telefax: 0348-488071
E-mail: info@verzuimvitaal.nl
Website: www.verzuimvitaal.nl

Branchecentrum Arbeidsmarkt
Ondersteuning van arbeidsbemiddelaars, reïntegratiebedrijven en arbodiensten