Jonge trekvogeltjes drie weken te laat voor rupsenpiek
8 mei 2007
Nummer: P033
Nationale Vlindertelling
De extreem hoge temperaturen in april en de maanden ervoor hebben
ervoor gezorgd dat de ontwikkeling van vlinders en planten dit jaar
gemiddeld 24 dagen vroeger is begonnen dan in het koude voorjaar van
2006. Lange afstandtrekvogels als gierzwaluw, koekoek en tapuit
blijken echter maar gemiddeld drie dagen eerder terug te komen. Dat
maakt de kans groot dat dit jaar veel jonge vogeltjes de rupsenpiek
gaan missen. De Nationale Vlindertelling die 12 en 13 mei binnen de
HIER-klimaatcampagne gehouden wordt, moet duidelijk maken hoe de
verschuiving zich doorzet en of de jaarlijkse zomerdip van vlinders in
juni ook naar voren is verschoven.
Dit jaar is een bijzonder jaar voor de vlinders. Doordat de
temperatuur in april bijna 5ºC hoger lag dan normaal zijn de
overwinterende poppen van koolwitjes en het boomblauwtje gemiddeld
ruim drie weken eerder dan normaal tevoorschijn gekomen. Het
oranjetipje wordt normaal gesproken door de meeste mensen rond
koninginnedag voor het eerst gezien. Dit jaar was op die dag de
vliegtijd al zo goed als voorbij. De rupsenpiek die belangrijk is als
voedselbron voor jonge vogels, treedt hierdoor zeer waarschijnlijk ook
drie weken eerder op. Normaal gesproken is er in juni sprake van een
zomerdip in de vlinderstand. De eerste generatie van vlinders als het
klein koolwitje en boomblauwtje is dan voorbij en de vlinders van de
tweede generatie moeten nog komen. De zomerdip zal zeer waarschijnlijk
dit jaar al in mei beginnen.
Onvoldoende rupsen
Uit analyse van de waarnemingen van De Natuurkalender in de jaren 2006
en 2007 blijkt dat de bloei en bladontplooiing van planten dit jaar
gemiddeld 23 dagen eerder plaatsvonden dan in 2006, met uitschieters
naar 46 dagen voor de sleedoorn. 2006 is hiermee vergelijkbaar met de
gemiddelde situatie vijftig jaar geleden en 2007 is nog extremer dan
de voorgaande warme jaren. Opvallend resultaat van de analyses is dat
de terugkomstdatum van de lange afstandtrekkers als gierzwaluw,
boerenzwaluw, tapuit en koekoek dit jaar maar gemiddeld drie dagen
eerder was dan 2006. Er is dus drie weken verschil in timing tussen
dit jaar en vorig jaar. Eerder onderzoek aan de bonte vliegenvanger
toonde aan dat deze een deel van de rupsenpiek mist indien hij niet
eerder terugkomt. De resultaten van De Natuurkalender suggereren dat
dit fenomeen zich dit jaar op grote schaal voordoet.
Nationale Vlindertelling
Om het effect van klimaatverandering op de natuur te bestuderen en
mensen bewust te maken van deze effecten wordt in het weekend van 12
en 13 mei voor het eerst een Nationale Vlindertelling georganiseerd
door De Natuurkalender, IVN Nederland, Stichting Kinderboerderijen
Nederland, De Vlinderstichting en De Kleine Aarde in samenwerking met
de Boerenbond en Welkoop-winkels. De actie vindt plaats in het kader
van de HIER-klimaatcampagne en het Ruimte voor Geo-Informatie
onderzoekprogramma. Het Nederlandse publiek wordt opgeroepen om van
tien vlindersoorten te melden hoeveel ze er dat weekend zien.
Waarnemers kunnen hun meldingen doorgeven via www.hier.nu en
www.natuurkalender.nl. De waarnemingen verschijnen direct op een
inzoombare Google Maps kaart. Bij de honderd nectarkroegen bij
IVN-heemtuinen en kinderboerderijen en bij vlindertuinen van de
Vlinderstichting wordt speciale aandacht besteed aan deze
Vlindertelling met allerlei vlinderactiviteiten, zoals speurtochten en
spellen voor kinderen. Speciale waarnemingsformulieren kunnen
opgehaald en ingeleverd worden bij de winkels van Boerenbond en
Welkoop.