Opinie 19: 'Kwaliteit van groot aantal biografieën is slecht'
De biografie is populair. Loop een willekeurige boekhandel binnen en
omslagen vol portretfoto's grijnzen je toe. Artiesten, politici,
schrijvers... allemaal mensen wiens leven klaarblijkelijk interessant
genoeg is om er een - vaak lijvig - boek aan te wijden. Toch is Hans
Renders, directeur van het Biografie Instituut en hoogleraar aan de
Rijksuniversiteit Groningen, niet onverdeeld enthousiast over de
populariteit van het genre: `Het is hoog tijd om dor hout te kappen.'
`Als biograaf maak je geen leven, maar een boek', aldus Renders.
`Daarom moet ik niets hebben van biografieën die zijn geschreven als
een roman. Sterker nog, ik vind het een belediging voor goed
schrijvende historici. Het lijkt mode te zijn om `mooi' te schrijven.
Maar vaak wordt vooral voor een zogenaamd literaire vorm gekozen om te
maskeren dat er slordig onderzoek aan ten grondslag ligt.'
Populariteit
Van oudsher bestaat in Nederland een arme biografiecultuur. De
calvinistische aard van Nederlanders zou hiervan de oorzaak zijn. De
huidige bloei van het genre wordt vaak toegeschreven aan het afwerpen
van dit calvinisme. Renders ziet dit anders: `De populariteit van
biografieën is veel meer een kwestie van nieuwsgierigheid. We leven in
een wereld waarin mensen steeds meer dingen in de wereld kunnen en
willen begrijpen. Een goede biografie is daarvoor een perfect handvat.
Door het levensverhaal van iemand te lezen, leer je niet alleen die
persoon beter begrijpen, maar ook de omstandigheden waarin bepaalde
keuzes zijn gemaakt. Grote problemen worden tot menselijke proporties
teruggebracht.'
Bestaansrecht
Wat Renders betreft had een groot aantal biografieën ongeschreven
mogen blijven: `Een biografie heeft alleen bestaansrecht als je door
een inkijkje in het persoonlijk leven iets kunt verduidelijken over
het werk van die persoon.' Dat gaat dus niet op voor een boek over het
leven van bijvoorbeeld Frans Bauer, een voetballer of een soapie. Toch
is het juist dit type biografie waarmee de winkels vol liggen.
Slapend monster
Er is nog een voorwaarde waaraan een goede biografie moet voldoen,
volgens Renders. Namelijk dat de persoon in kwestie dood is. `Dat
klinkt wat cru, maar de nalatenschap is een soort slapend monster. Het
begint pas te leven als iedereen in de omgeving van die persoon dood
is. Vanaf dat moment komen brieven en eventuele andere relevante
teksten terecht in archieven en kun je echt inzicht krijgen in zijn of
haar leven.'
Goed geschreven
Natuurlijk hoeft een biografie niet alleen te bestaan uit feiten.
Renders: `Je hoeft een levensverhaal niet te romantiseren om er een
goed geschreven verhaal van te maken. Er bestaat een groot vooroordeel
over biografieën die geschreven zijn door wetenschappers. Die boeken
zouden altijd suf, saai en slecht geschreven zijn, maar dat is beslist
niet waar. Ik zie het als mijn taak als directeur van het Biografie
Instituut om dat aan mensen duidelijk te maken. Niet door er over te
praten, maar door het te laten zien door middel van de biografieën die
binnen ons instituut tot stand komen.'
Curriculum Vitae
Hans Renders (1957) studeerde geschiedenis en Nederlands in Tilburg en
Nijmegen. Hij promoveerde aan de Universiteit van Brabant op een
biografie van de dichter Jan Hanlo. Tot 1998 was hij als stafdocent
werkzaam bij de Academie voor Journalistiek in Tilburg. Daarna werd
hij universitair docent bij het Instituut voor
Geschiedenis/Journalistiek van de RUG. Renders publiceerde onder meer
een biografie van de dichter Jan Campert (2004) en is directeur van
het in 2004 opgerichte Biografie Instituut van de Groningse
Letterenfaculteit. Vanaf 1 maart is hij bijzonder hoogleraar met als
leeropdracht geschiedenis en theorie van de biografie./MS
Noot voor de pers
dr. Hans Renders, tel. (050) 363 5816 of 06 53 216 666, e-mail:
j.w.renders@rug.nl
Rijksuniversiteit Groningen