Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

De Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 der Staten-Generaal 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1 A Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA S GRAVENHAGE Fax (070) 333 40 33 www.szw.nl 2513AA22XA

Contactpersoon Uw brief 2060712350 Doorkiesnummer Ons kenmerk UB/K/2007/14643 Datum 8 mei 2007 Onderwerp Kamervragen van het lid Van Gent.

Hierbij zend ik u de antwoorden op de Kamervragen van het lid Van Gent (GroenLinks) over huisbezoeken aan uitkeringsgerechtigden.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(ing. A. Aboutaleb)

Ons kenmerk UB/K/2007/14643

2060712350

Vragen van het lid Van Gent (GroenLinks) aan de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over huisbezoeken aan uitkeringsgerechtigden. (Ingezonden 13 april 2007)


1
Hebt u kennisgenomen van de uitspraak van de rechter over de toelaatbaarheid van huisbezoeken bij uitkeringsgerechtigden?1 Herinnert u zich ook het algemeen overleg handhaving van 28 maart jongstleden?

Antwoord 1:
Ik kan beide vragen bevestigend beantwoorden.


2
Hoe geeft u gevolg aan de uitspraak van de rechter, dat uitkeringsgerechtigden een huisbezoek door controleurs mogen weigeren?


3
Deelt u de mening dat deze uitspraak in principe toepasbaar is op alle controleurs in de sociale zekerheid, dus ook op huisbezoeken bij cliënten van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV), de Sociale Verzekeringsbank (SVB) en de Informatie Beheer Groep (IBG)? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 2 en 3:
De Centrale Raad van Beroep heeft uitspraak gedaan in vier zaken die betrekking hebben op de toepassing van de Wet werk en bijstand (WWB). Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de WWB en ik vertrouw er op dat zij zullen handelen overeenkomstig de kaders die de Centrale Raad van Beroep heeft aangegeven in deze uitspraken. De uitspraken van de Centrale Raad van Beroep bieden overigens ruimere mogelijkheden voor het doen van huisbezoeken dan de eerdere uitspraak van de voorzieningenrechter d.d. 16 maart 2007 in het kort geding tegen de Sociale Verzekeringsbank. De Sociale Verzekeringsbank heeft tegen dat vonnis hoger beroep ingesteld en zal naar aanleiding van de uitspraken van de Centrale Raad van Beroep aan de voorzieningenrechter vragen of deze de aan de Sociale Verzekeringsbank opgelegde voorziening, namelijk een verbod tot het afleggen van huisbezoeken als daar niet enige aanleiding voor is, wil opheffen. Ik wacht de uitkomst hiervan af en beraad mij over de implicaties en de gevolgen voor de uitvoering van andere sociale zekerheidsregelgeving dan de WWB.


1 De Volkskrant, 12 april 2007

---

Ons kenmerk UB/K/2007/14643


4
Hebt u zich laten overtuigen door de uitspraak van de rechter dat mensen tegen wie geen concrete verdenking van fraude bestaat, niet als verdachten behandeld mogen worden en dus een huisbezoek mogen weigeren? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 4:
Een huisbezoek ter controle op de Wet werk en bijstand is geen strafrechtelijk onderzoek en betrokkenen worden niet als verdachte in de zin van het Wetboek van Strafvordering aangemerkt en dus ook niet als zodanig behandeld. De Centrale Raad acht voor het afleggen van een huisbezoek overigens niet van belang of er enige concrete verdenking van fraude bestaat maar of de belanghebbende om toestemming is gevraagd en er daarbij op is gewezen dat het weigeren van die toestemming als zodanig geen consequenties voor de uitkering kan hebben.


5
Herinnert u zich uw uitspraken tijdens genoemd algemeen overleg, dat u bij een uitspraak zoals gisteren is gedaan een wetswijziging zou gaan voorbereiden? Is dit plan inmiddels van tafel?

Antwoord 5:
Ik wacht de procedure van de Sociale Verzekeringsbank tegen het oordeel van de voorzieningenrechter af, waarna ik de implicaties ten aanzien van controlemogelijkheden op rechtmatigheid van uitkeringen over het gehele spectrum van de sociale zekerheid kan overzien. Alsdan kan ik beoordelen of nadere wetgeving noodzakelijk is en zal ik de mogelijkheden daarvoor bezien.


6
Bent u bereid om controleurs van gemeenten, het UWV en de SVB te instrueren over de toelaatbaarheid van huisbezoeken en de bejegening van cliënten?

Antwoord 6:
Het instrueren van medewerkers van UWV en SVB en gemeenteambtenaren is een verantwoordelijkheid van de betreffende organisaties. Het is mij bekend dat betrokken instanties hun verantwoordelijkheid nemen in deze.


---

Ons kenmerk UB/K/2007/14643


7
Kunt u tot slot uiteenzetten welke acties u heeft ondernomen naar aanleiding van uw toezegging om gemeentelijke sociale diensten klantgerichter te laten werken door onder meer bijzondere bijstandsbrigades in het leven te roepen om het niet-gebruik van sociale voorzieningen terug te dringen?2

Antwoord 7:
In reactie op de aangehouden motie Van Gent en Karabulut (Kamerstukken II 2006/07, 17 050 nr. 336), heb ik aangegeven dat ik bereid ben dit punt in het reguliere overleg met UWV, SVB en gemeenten aan de orde te stellen. Het is mijn voornemen uw Kamer voor het zomerreces te informeren over de uitkomsten van dit overleg.

2 (Aangehouden) motie Van Gent en Karabulut (Kamerstukken II 2006/07, 17 050 nr. 336)
---