Mededeling consultaties Cotonou
Mededeling van de Commissie aan de Raad betreffende het openen van
overleg met Fiji op grond van artikel 96 van de Overeenkomst van
Cotonou.Datum Raadsdocument: 18 januari 2007
Nr. Raadsdocument: 5447/07
Nr. Commissiedocument: COM (2007) 14 definitief
Eerstverantwoordelijk ministerie: BZ i.o.m. FIN Behandelingstraject in
Brussel: ACS Werkgroep, Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen.
* Achtergrond, korte inhoud en doelstelling van het voorstel
* Subsidiariteit en proportionaliteit
* Consequenties
* Nederlandse belangen en eerste algemene standpuntbepaling
Achtergrond, korte inhoud en doelstelling van het voorstel
De Europese Commissie heeft de Raad op 17 januari 2007 een mededeling
toegezonden waarin zij voorstelt de Fijische autoriteiten
overeenkomstig de artikelen 9 en 96 van de Overeenkomst van Cotonou
tot overleg uit te nodigen teneinde met de interimregering van Fiji
tot een akkoord te komen over een routekaart voor het herstel van de
democratie en de constitutionele rechtsorde.
Na de staatsgreep op Fiji en de gevangenneming van gijzelaars in mei
2000 heeft de Commissie in juni 2000 ook al voorgesteld overleg
overeenkomstig artikel 96 van de Overeenkomst van Cotonou te starten.
In juli heeft de Raad zich unaniem daarmee akkoord verklaard, en in
oktober 2000 is het overleg geopend. N.a.v. het overleg is daarop in
2001 besloten tot een gedeeltelijke schorsing van de
ontwikkelingssamenwerking. Vervolgens zijn op 7 november 2003 de
laatste sancties opgeheven en de betrekkingen tussen de EU en Fiji
weer genormaliseerd. Aangezien Fiji in 2006 met een nieuwe militaire
machtsovername werd geconfronteerd, is het duidelijk dat de
democratische instellingen en de democratische cultuur te zwak zijn.
Na bijna twee maanden van spanningen tussen de regering en het
militaire apparaat in Fiji werd de democratisch verkozen regering van
minister-president Laisenia Qarase op 5 december 2006 omvergeworpen
door de strijdkrachten onder leiding van commandant Voreqe
Bainimarama. Het ging om de vierde militaire staatsgreep in Fiji sinds
1987. Daarbij moet worden benadrukt dat de regering-Qarase in mei 2006
door algemene verkiezingen aan de macht was gekomen. De commandant
heeft de uitvoerende macht aan president Iloilo onttrokken,
minister-president Qarase ontslagen, de noodtoestand afgekondigd en
geleidelijk de macht van de militairen geconsolideerd.
De staatsgreep vormt een belangrijke achteruitgang voor de democratie
in Fiji en is in de hele wereld, ook door de EU, veroordeeld. De EU
verklaarde op 11 december 2006: `De Raad veroordeelt de militaire
machtsovername in Fiji en het verwijderen van de democratisch gekozen
regering. Hij betreurt de acties van legerleider Bainimarama, hoofd
van de strijdkrachten van de Republiek Fiji, die de premier heeft
afgezet en de politieke macht in het land heeft overgenomen. De Raad
doet een dringenbde oproep om de democratie volledig te herstellen en
zo spoedig mogelijk een nieuwe burgerbestuur te vormen'.
In artikel 9, lid 2, van de ACS-EG-Partnerschapsovereenkomst tussen de
Europese Unie en de ACS-staten, met inbegrip van Fiji, die op 23 juni
2000 in Cotonou is ondertekend en op 25 juni 2005 in Luxemburg is
herzien, worden de essentiële elementen vastgesteld waarop het
partnerschap berust. Eerbiediging van de democratische beginselen, de
rechtsstaat en de mensenrechten liggen ten grondslag aan het
binnenlands en internationaal beleid van de partijen en vormen de
essentiële elementen van de overeenkomst. Als één van de partijen naar
het oordeel van de andere partij niet voldoet aan de essentiële
elementen, kan de andere partij - na het benutten van de mogelijkheden
voor politieke dialoog - consultaties opstarten in het kader van
artikel 96 van de overeenkomst. Deze consultaties kunnen in het
uiterste geval leiden tot zogenaamde passende maatregelen, waaronder
het opschorten van de hulp. Consultaties duren nooit langer dan 120
dagen. Eventuele passende maatregelen, zoals opschorting van de hulp,
kennen geen tijdslimiet.
Overeenkomstig artikel 9 en in het licht van de omstandigheden van de
machtswisseling in Fiji is de Commissie van oordeel dat een dialoog
zoals beschreven in artikel 96 met de nieuwe machthebbers in het land
noodzakelijk is om duidelijkheid te krijgen met het oog op de volgende
punten:
1) snelle vreedzame terugkeer naar de democratie binnen het bestaande
juridische kader en onder volledige naleving van de grondwet;
2) aanwijzing van een regering met een mandaat van en een meerderheid
in het parlement van Fiji, dat in mei 2006 na vrije en eerlijke
verkiezingen is geïn stalleerd, of organisatie van vroegtijdige vrije
en eerlijke verkiezingen, waarbij een langdurige periode met een
interim-regering wordt vermeden;
3) een plan met doelstellingen en toetsingscriteria, alsmede een
tijdschema voor bovengenoemde punten;
4) volledige eerbiediging van de mensenrechten met bijzondere aandacht
voor de vrije meningsuiting;
5) volledige eerbiediging van de rechtsstaat.
Een dialoog zou de nieuwe machthebbers van Fiji de gelegenheid bieden
hun standpunt ten aanzien van bovenstaande punten uiteen te zetten en
de EU de mogelijkheid bieden om uitgaande daarvan te beoordelen of zij
de inspanningen van het land voor een betere naleving van de
essentiële elementen van de herziene Overeenkomst van Cotonou kan
ondersteunen dan wel passende maatregelen overeenkomstig artikel 96
zal nemen. De EU zal de betrokken partners en actoren op de hoogte
houden.
De Commissie acht het wenselijk dat de lopende samenwerking, in het
bijzonder in het kader van het zevende, het achtste en het negende
Europees Ontwikkelings-Fonds (EOF), tijdens de overlegperiode wordt
voortgezet, op voorwaarde dat de financieringsovereenkomsten worden
nageleefd. Deze lopende samenwerking is vooral gericht op
ondersteuning van de onderwijssector. Uit het achtste EOF worden ook
nog enkele infrastructuurprojecten gefinancierd. Daarnaast wordt
voorgesteld samenwerkingsactiviteiten uit te voeren die de terugkeer
naar de democratie bevorderen en leiden tot beter bestuur.
Rechtsbasis van het voorstel: niet van toepassing het betreft een
mededeling.
Besluitvormingsprocedure en rol Europees Parlement: n.v.t het betreft
een mededeling.
Instelling nieuw Comitologie-comité: niet van toepassing het betreft
een mededeling.
Subsidiariteit en proportionaliteit
Subsidiariteit: Strikt genomen niet van toepassing, want het betreft
een mededeling. Voorzover tot een beoordeling dient te worden
overgegaan, luidt het oordeel: positief. De Cotonou-overeenkomst is
een gemengd akkoord waarbij zowel de EG als de lidstaten partij zijn
en waarbij de EG en lidstaten hun optreden naar buiten toe
coördineren. Nederland steunt daarom het voorstel van de Commissie dat
de Raad namens de EG en de lidstaten op EG niveau op zal treden.
Proportionaliteit: Strikt genomen niet van toepassing, het betreft een
mededeling. Voorzover tot een oordeel dient te worden gekomen, luidt
het antwoord: positief. Het voorstel van de commissie is het geëigende
middel om de raad voor te stellen de consultaties onder artikel 96 van
de Cotonou overeenkomst te starten.
Consequenties
Consequenties voor de EU-begroting: geen
Financiële, personele en administratieve consequenties voor de
rijksoverheid, decentrale overheden en/of bedrijfsleven en burger:
niet van toepassing.
Vervolgtraject financiële afspraken: niet van toepassing.
Consequenties voor nationale en decentrale regelgeving/beleid,
(informatie over het inschakelen van nationale agentschappen /
zelfstandige bestuursorganen e.d., implementatie en uitvoering,
notificatie en handhaving en/of sanctionering): niet van toepassing.
Voorgestelde implementatietermijn (bij richtlijnen) dan wel
voorgestelde datum inwerkingtreding (bij verordeningen en
beschikkingen) met commentaar t.a.v. haalbaarheid:niet van toepassing.
Consequenties voor ontwikkelingslanden: niet van toepassing.
Nederlandse belangen en eerste algemene standpuntbepaling
Nederland voert geen actief beleid ten opzichte van Fiji. Nederland
deelt de analyse van de Commissie en kan daarom instemmen met het
voorstel als zodanig.
* Ministerie van Buitenlandse Zaken
* Bezuidenhoutseweg 67
* Postbus 20061
* 2500 EB Den Haag
* Tel.: 070-3 486 486
* Fax: 070-3 484 848
* Internet: www.minbuza.nl
Ministerie van Buitenlandse Zaken