Gemeente Spijkenisse


Spijkenisser aanpak voorkomt dreigende ontslagen in de thuiszorg

08 mei 2007

Huishoudelijke hulp
De gemeente Spijkenisse voert een derde vorm van huishoudelijk hulp in. De gemeente geeft daarvoor een passende vergoeding aan de zorgaanbieders. Hiermee heeft Spijkenisse een unieke oplossing gevonden voor de landelijke spelende problematiek rondom huishoudelijke hulp.

Zorginstellingen kunnen op deze manier medewerkers in dienst houden. Voor cliënten wordt voorkomen dat ze in een werkgeversrol terechtkomen die ze, ook financieel, niet aankunnen. Daarnaast voorkomt deze oplossing een verslechtering van de arbeidsomstandigheden van thuiszorgmedewerkers.

Burgemeester en wethouders van Spijkenisse hebben deze oplossing aangedragen bij staatssecretaris Jet Bussemaker en de fracties van de Tweede Kamer. Het college hoopt dat de Spijkenisser aanpak landelijk navolging krijgt.

Spijkenisse hanteert het `handboek gebruikelijke zorg' voor het stellen van indicaties. De richtlijnen in dit handboek werden ook voor de invoering van de Wmo al gehanteerd. Er zijn verschillende vormen van huishoudelijke hulp. De zwaardere vorm van huishoudelijke hulp is voor mensen die niet goed in staat zijn de werkzaamheden in hun huis te regelen. Het grootste deel van de cliënten heeft echter een indicatie voor de lichte vorm van huishoudelijke hulp. Deze vorm is voor mensen die nog de regie hebben over hun huishouden en kunnen aangeven wat schoongemaakt moet worden.

Steeds vaker een alfahulp
Deze `gewone' schoonmaakwerkzaamheden worden echter sinds de invoering van de Wmo steeds meer door alfahulpen gedaan en steeds minder door medewerkers in dienst van de zorgaanbieder. Een alfahulp is een kleine zelfstandige, dus niet in vaste loondienst bij een zorgaanbieder. Een van de nadelen voor de cliënt is dat hij werkgever wordt van de alfahulp en het salaris moet voorschieten. Dat is niet voor iedereen financieel haalbaar.

Het op grote schaal inzetten van alfahulpen wordt veroorzaakt doordat het tarief dat al jaren aan de zorgaanbieders vergoed wordt voor de lichte vorm van huishoudelijke hulp, niet kostendekkend is. Voor de invoering van de Wmo lieten de Zorgkantoren dan ook oogluikend toe dat zorgaanbieders het hogere tarief van de zwaardere vorm van huishoudelijke hulp declareerden. Daar is nu een eind aan gekomen.

Derde vorm huishoudelijke hulp voorkomt onwenselijke gevolgen Het op steeds grotere schaal inzetten van alfahulpen dreigt een aantal zeer onwenselijke gevolgen te krijgen, zoals:

1. Gedwongen ontslagen bij thuiszorgmedewerkers.
2. Cliënten krijgen een werkgeversrol toebedeeld terwijl ze dat, vaak financieel, niet aan kunnen.

3. Er dreigt een groeiend tekort aan alfahulpen, waardoor zorgaanbieders niet meer kunnen voldoen aan de vraag naar huishoudelijke hulp.

Door de invoering van een derde vorm van huishoudelijke hulp met bijpassende vergoeding, namelijk het inzetten van een medewerker in loondienst van een zorgaanbieder, lost Spijkenisse deze problemen op.

De nieuwe werkwijze wordt, mede dankzij de medewerking van de aanbieders van huishoudelijke hulp in Spijkenisse per 1 mei 2007 ingevoerd. Careyn, de grootste aanbieder van huishoudelijke hulp, heeft constructief meegewerkt aan de oplossing. Ook de andere aanbieders, te weten Thuiszorg Rotterdam BV, Stichting Humanitas Thuiszorg en Maatschappelijke Dienstverlening Rotterdam, DAT Thuiszorg BV, Stichting Argos Zorggroep, Gouwe Zorg BV en De Stromen Opmaat Groep, hebben hun akkoord gegeven. Met deze aanbieders wordt een nieuwe raamovereenkomst afgesloten.