Provincie Friesland

PERSBERICHT

Nummer: 157 TR
Datum: 8 mei 2007

Regels voor bestrijding Jakobskruiskruid in Fryslân

Gedeputeerde Staten hebben ingestemd met regels voor de bestrijding van Jakobskruiskruid in Fryslân. Met deze regels wil de provincie er voor zorgen dat groenbeheerders de plant gaan bestrijden wanneer het risico bestaat dat deze zich op ongewenste plekken uitbreidt, in de buurt staat van grazende dieren of in het hooi voor deze dieren terecht kan komen. De verordening waarin deze regels zijn opgenomen, wordt in de vergadering van Provinciale Staten van 28 mei behandeld.

Het Jakobskruiskruid kan een vergiftigende werking hebben op met name paarden. De verordening 'Jakobskruiskruid 2007' is een onderdeel van een aantal maatregelen die de provincie neemt tegen het Jakobskruiskruid. Een aantal grote groenbeheers, zoals Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten, It Fryske Gea en het Wetterskip Fryslân hebben al maatregelen getroffen om de verspreiding van de plant tegen te gaan. De provincie zal de plant in de provinciale bermen terugdringen door een aangepast maaibeheer. Verder wordt de voorlichting over het Jakobskruiskruid geïntensiveerd. Over twee jaar wordt het effect van de maatregelen geëvalueerd en gerapporteerd aan Provinciale Staten.


---- --
VERORDENING OP DE BESTRIJDING VAN JAKOBSKRUISKRUID IN DE PROVINCIE FRYSLAN
(Jakobskruiskruidverordening provincie Fryslân 2007) (Provinciaal blad ....).

Artikel 1.


1. Rechthebbenden van gronden zijn verplicht Jakobskruiskruid, (Senecio Jacobea L.) te verwijderen of te laten verwijderen, dit indien het risico bestaat dat de plant wordt gegeten door landbouwhuisdieren of in veevoer terecht kan komen.


2. Onder de rechthebbende wordt in deze verordening verstaan: De gebruiker, of, bij ontstentenis van deze, de eigenaar, met dien verstande, dat wanneer de gronden in vruchtgebruik, erfpacht of opstal zijn uitgegeven, de zakelijk gerechtigde voor de eigenaar in de plaats treedt.

Artikel 2.

Overtreding van artikel 1, eerste lid, wordt gestraft met geldboete van de eerste categorie.

Artikel 3.

Met de opsporing van de feiten, strafbaar gesteld bij artikel 1, eerste lid, zijn, naast de bij of krachtens artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering aangewezen ambtenaren, belast de daarvoor door gedeputeerde staten aangewezen ambtenaren en functionarissen.'

Artikel 4.


1. Deze verordening treedt in werking op .. .. 2007


2. Deze verordening kan aangehaald worden als "Jakobskruiskruidverordening provincieFryslân 2007".

ALGEMENE TOELICHTING

De verordening
Provinciale Staten van Fryslân hebben in hun vergadering van 4 oktober 2006 bepaald dat er een aantal maatregelen moet worden genomen om te voorkomen dat het Jakobskruiskruid zich binnen de provincie op ongewenste schaal kan uitbreiden en om, zoveel als binnen de bevoegdheid van het provinciale bestuur is gelegen, te voorkomen dat het Jakobskruiskruid kan worden opgenomen door landbouwhuisdieren of in de voedselketen (hooi etc) voor landbouwhuisdieren kan terecht komen. Door een aangepast maairegime zal het Jakobskruiskruid in de provinciale bermen worden bestreden. Hierbij wordt rekening gehouden met natuurdoelstellingen en natuurwetgeving. Bovendien wil de provincie via een nieuwe verordening er voor zorgdragen dat andere beheerders dan de grote groenbeheerders waar al afspraken mee zijn gemaakt, de plant ook gaan bestrijden indien er risico bestaat op ongewenste verspreiding of dat de plant kan worden opgenomen door landbouwhuisdieren of in de voedselketen voor landbouwhuisdieren kan terecht komen.

Doelstelling
Jakobskruiskruid (Senecio Jacobea L.) kan een vergiftigende werking voor landbouwhuisdieren hebben. Dit geldt vooral voor paarden en in mindere mate voor runderen en varkens. In verband met dit risico dient voorkomen te worden dat de plant op risicovolle plaatsen zich te veel kan uitbreiden en de plant met hooi in de voedselketen kan komen. Dit binnen de bestaande wettelijke beperkingen ter bescherming van Natuur en Milieu. Om de verspreiding in de provincie tegen te gaan en zo veel mogelijk buiten risicogebieden voor vee te houden, wordt in deze verordening de bestrijding formeel geregeld. Met de grootste groenbeheerders, namelijk It Fryske Gea;, Staatsbosbeheer;, Natuurmonumenten;, Land- en Tuinbouworganisatie Noord; Wetterskip Fryslân; Rijkswaterstaat Dienstkring Leeuwarden, Provincie Fryslân, sector Provinciale Waterstaat, Prorail Zwolle (spoorwegbeheer), Waterleidingbedrijf Vitens zijn afspraken gemaakt over het tegengaan van de verspreiding van de plant zodat de plant niet in de voedselketen kan komen. Dit laat onverlet dat de verordening ook voor deze partijen geldt. Op basis van deze verordening kan de plant in principe in de gehele provincie bestreden worden.

Uitwerking
In de vergadering van 4 oktober 2006 hebben Provinciale Staten voorgesteld om de bestrijding van Jakobskruiskruid te regelen door aanpassing van de distelverordening (verordening op de bestrijding van distels in de provincie Friesland, provinciaal blad nrs. 15 van 1951, 63 van 1976 en 175 van 1987). Hoewel de distelverordening in de loop van de jaren enigszins is aangepast dateert deze van 1951. Op dit moment wordt door de Friese Milieufederatie en it Fryske Gea en LTO gewerkt aan een advies tot verandering van de distelverordening. Het eenvoudigweg toevoegen van de verplichting tot bestrijding van Jakobskruiskruid aan de distelverordening is ten behoeve van een provinciebrede aanpak van het Jakobskruiskruid ongewenst omdat wij het beter achten de uitvoering en handhaving van de verordening bij de provincie zelf te leggen en niet, zoals in de distelverordening, bij de gemeentelijke overheid. Daarom is er voor gekozen om een aparte Jacobskruiskruidverordening provincie Fryslân 2007 op te stellen.

Wettelijk kader
Deze verordening is gebaseerd op de bevoegdheid die het provinciaal bestuur heeft op basis van de Provinciewet (art. 145 Provinciewet: autonome verordenende bevoegdheid en strafbaarstellen overtreding verordening ex art. 150 Provinciewet).

Het is nadrukkelijk niet de bedoeling om het Jacobskruiskruid binnen de provincie op grote schaal te bestrijden of uit te roeien omdat de plant van nature thuishoort in Nederland en eveneens binnen het natuurlijke milieu een belangrijke rol speelt. Zo trekt de plant zeldzame insecten en vlinders aan waarvoor de plant als nectarplant dient. Het is bekend dat meer dan 150 Nederlandse insectensoorten het Jacobskruiskruid als voedselplant gebruiken. Er zijn daarnaast circa 30 insectensoorten geheel afhankelijk van de plant. Wel is het de bedoeling dat onnatuurlijke of ongewenste verspreiding door middel van deze verordening wordt tegengegaan. Bij de bestrijding van het Jacobskruiskruid dient rekening te worden gehouden met de bepalingen en beperkingen die voortvloeien uit wet- en regelgeving ter bescherming van natuur en milieu. Bestrijding van de plant mag niet zodanig zijn dat hierdoor andere planten of diersoorten in hun voortbestaan worden bedreigd of waardoor beschermde habitats of ecotopen worden aangetast. Evenmin mag bestrijding plaatsvinden door gebruikmaking van niet toegelaten bestrijdingsmiddelen.

Indien wordt geconstateerd dat op gronden het Jacobskruiskruid groeit waarbij op enige aannemelijke wijze het risico bestaat dat deze plant zich op ongewenste schaal kan verspreiden en door landbouwhuisdieren kan worden opgenomen of in de voedselketen van landbouwhuisdieren kan terecht komen dan wordt door of namens Gedeputeerde Staten de rechthebbende van de gronden op basis van deze verordening aangeschreven teneinde deze te verplichten de gronden van Jacobskruiskruid te zuiveren of te doen zuiveren. Op deze aanschrijving zijn de bepalingen van de Algemene Wet Bestuursrecht van toepassing (zie verder onder 'handhaving')

Handhaving
Handhaving van deze verordening kan plaatsvinden op basis van het bestuursrecht en het strafrecht. De Algemene wet bestuursrecht is niet van toepassing op de opsporing en vervolging van strafbare feiten en het opleggen van strafrechtelijke sancties. Deze worden opgelegd door de strafrechter. Ingevolge artikel 2 kan een geldboete van maximaal E 335 worden opgelegd.

Bestuursrechtelijke handhaving vindt plaats op basis van de bepalingen van de Algemene Wet Bestuursrecht. Toezichthouders, aangewezen door Gedeputeerde Staten van Fryslân zijn bevoegd hiertoe constateringen te doen.

Strafrechtelijke handhaving kan plaatsvinden door op basis van artikel 141 Wetboek van Strafvordering aangewezen ambtenaren en de door Gedeputeerde Staten aangewezen ambtenaren en functionarissen.

Om een gelijke uitvoering van handhaving mogelijk te maken en gelijkvormige interpretatie van constateringen te bevorderen is ten behoeve van het toezicht en handhaving in het kader van deze verordening een uitvoeringsdocument opgesteld. In dit document is algemene informatie opgenomen omtrent het herkennen van de plant en de bepaling van de risico's (aantallen, bodemgesteldheid, verspreidingsmogelijkheden) teneinde te kunnen vaststellen of er sprake is van een aannemelijk risico dat de plant kan worden opgenomen door landbouwhuisdieren of in veevoer kan terecht komen.

Voorlichting
In haar vergadering van 4 oktober 2006 hebben Provinciale Staten bepaald dat er over Jacobskruiskruid en de bestrijding ervan voorlichting moet gaan plaatsvinden richting de doelgroepen. In deze voorlichting zal ook aandacht worden besteed aan de verplichtingen die voortvloeien uit deze verordening.

Monitoring
Er wordt een apart monitoringsplan opgesteld om de effecten van de provinciale maatregelen ter bestrijding van het Jakobskruiskruid te kunnen meten. In dit monitoringsplan wordt over meerder jaren onderzocht wat de effecten zijn van de maatregelen. Op basis van deze onderzoeksresultaten zal worden nagegaan of de verordening op enige wijze moet worden aangepast. Provinciale Staten van Fryslân hebben bepaald dat na twee jaar (na inwerkingtreden van de verordening) de maatregelen moeten worden geëvalueerd en dat hierover aan Provinciale Staten moet worden gerapporteerd.

Artikelsgewijze toelichting
Artikel 1, lid 1
Dit artikel regelt in algemene zin de verplichting om op gronden voorkomend Jakobskruiskruid te verwijderen of te laten verwijderen. Het niet naleven van deze verplichting is strafbaar ingevolge artikel 2 van deze verordening. Op grond hiervan zijn gedeputeerde staten tevens bevoegd tot het toepassen van bestuursdwang of het opleggen van een dwangsom bij het niet naleven van dit artikel. De Awb handelt over deze bestuursrechtelijke handhaving en het toezicht. Het is dan ook niet nodig om in deze verordening aparte bepalingen op te nemen inzake het doen van aanschrijvingen en besluitvorming.

Artikel 1, lid 2
Dit artikel bepaalt wie feitelijk verantwoordelijk wordt geacht om het Jakobskruiskruid te bestrijden. De gebruiker van de gronden is de eerst aangewezen rechthebbende daar deze ook is aan te merken als belanghebbende en 'vruchtgebruiker' van de grond. Indien er sprake is van landbouwkundig gebruik van de gronden zal de gebruiker economisch voordeel kunnen hebben om het Jakobskruiskruid niet te bestrijden terwijl er wel risico bestaat dat de plant via deze gronden in de voedselketen van landbouwhuisdieren terecht komt.

Artikel 2
In dit artikel wordt bepaald welke geldboete er kan worden opgelegd in het kader van strafrechtelijke vervolging. Door de strafrechter kan een geldboete van maximaal E 335 worden opgelegd in het kader van de strafrechtelijke handhaving.

Artikel 3
Dit artikel geeft aan welke ambtenaren bevoegd zijn toezicht te houden op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening.


---- --

---