College van Beroep voor het bedrijfsleven

Verslag biedt ontoereikende grondslag voor conclusie dat inlichtingenverplichting is geschonden

De Raad is van oordeel dat het verslag van 9 juni 2004 een ontoereikende grondslag biedt voor de conclusie dat appellant de inlichtingenverplichting heeft geschonden. De Raad stelt vast dat dit verslag niet is opgemaakt op ambtseed of ambtsbelofte van een - tot opsporing bevoegde - sociaal rechercheur. Voorts is de verklaring van appellant, anders dan gebruikelijk, tijdens het gesprek op 7 juni 2004 niet aan appellant voorgelezen of ter lezing aangeboden, noch ter ondertekening aan hem voorgehouden. Ook het rapport van 9 juni 2004 met de bevindingen van het huisbezoek en de confrontatie van appellant met de aangetroffen situatie is niet aan appellant voorgehouden. De Raad is op grond van het voorgaande van oordeel dat er onvoldoende waarborgen zijn dat de in het rapport van 9 juni 2004 opgestelde verklaring een juiste zakelijke weergave is van hetgeen appellant met betrekking tot zijn woonsituatie op 7 juni 2004 heeft verklaard.

LJ Nummer:

BA3407

Bron: Centrale Raad van Beroep
Datum actualiteit: 9 mei 2007