Ingezonden persbericht


Persbericht
Amsterdam, 10 mei 2007

Migranten gulle gevers aan religieuze doelen

Onderzoek geeft inzage in geefgedrag zes migrantengroepen Uit onderzoek naar het geefgedrag van migranten aan goede doelen in Nederland en hun land van herkomst, blijkt dat zij in de afgelopen twaalf maanden in totaal 45.400.000 euro gaven aan goede doelen. Bijna vier van de tien gevers (39 procent) zegt te geven aan levensbeschouwelijk doel. Naast het hoogste percentage gaat het hier ook om het hoogste gemiddeld bedrag per persoon, namelijk 43 euro. In opdracht van draagvlakorganisatie NCDO onderzocht de werkgroep Filantropische studies van de Vrije Universiteit (VU) het geefgedrag van in Nederland woonachtige migranten uit ontwikkelingslanden.

Drie maal meer geld naar land van herkomst dan aan goede doel Nederland Nog meer dan aan een goed doel in Nederland geven allochtonen aan doelen in hun land van herkomst. De afgelopen 12 maanden stuurden ze 152 miljoen euro in geld en goederen (zogenoemde remittances) naar het land van herkomst. Het overgrote deel van dit geld en deze goederen (95 procent) is bestemd voor familieleden, die deze vervolgens gebruiken voor primaire levensbehoeften zoals voedsel, onderwijs, onderdak en medische zorg. Daarnaast zegt vier van de tien (42 procent) van de respondenten dat remittances voor sociale behoeften bestemd zijn, zoals kleding, luxeartikelen, mobiele telefoon of een trouwfeest. Bijna een vijfde (17 procent) stuurt geld of goederen bedoeld voor geldgenererende activiteiten en een op de tien migranten (11 procent) zegt geld en goederen te sturen voor het verbeteren van de infrastructuur in het land van herkomst.

Achtergrond onderzoek
Deze en andere bevindingen komen uit het tweejaarlijkse onderzoek "Geven in Nederland" van de VU. Voor dit onderdeel werd het veldwerk uitgevoerd door Foquz Etnomarketing. De data werden verzameld door middel van persoonlijke interviews onder 917 allochtonen van zes etniciteiten: Turken, Surinamers, Marokkanen, Antillianen en (inclusief Arubanen en inwoners van Curaçao en Sint Maarten), Somaliërs en Ghanezen. Per etniciteit werden 150 respondenten ondervraagd waarbij elke groep representatief verdeeld is naar leeftijd en geslacht. Het veldwerk vond plaats in het najaar van 2006. Aan de respondenten werden vragen gesteld over hun kennis van goede doelenorganisaties, het geven aan goede doelen, het versturen van geld en goederen naar hun land van herkomst en hun aandeel in vrijwilligerswerk.

Einde persbericht