Wereld Natuur Fonds Nederland

Persbericht van het Wereld Natuur Fonds 15 mei 2007

Terugdringen van 80 procent broeikasgassen haalbaar voor Nederlandse bedrijfsleven

Het terugdringen van 80 procent van de uitstoot van broeikasgassen in 2050 is technisch haalbaar voor het Nederlandse bedrijfsleven, volgens onderzoek van het Wereld Natuur Fonds, uitgevoerd door Ecofys. Het rapport, getiteld A Low-Carbon Vision for The Netherlands, laat zien dat de vijf Nederlandse sectoren die met hun uitstoot het meest bijdragen aan klimaatverandering, via energiebesparing en de inzet van duurzame energie hun uitstoot met tientallen procenten omlaag kunnen brengen.

"De Nederlandse regering kondigde eerder dit jaar ambitieuze doelstellingen af. Het Nederlandse bedrijfsleven neemt vooralsnog, op een enkele uitzondering na, een afwachtende houding aan. Maar waarom?", zegt Johan van de Gronden, algemeen directeur van het Wereld Natuur Fonds, "De technische mogelijkheden om energiegebruik te reduceren zijn voorhanden en de economische winst is groot. Nu investeren om verdere opwarming van de aarde tegen te gaan, voorkomt hoge kosten later".

Volgens het laatste IPCC-rapport moet de uitstoot van broeikasgassen in 2050 wereldwijd met 50 tot 85 procent zijn teruggebracht om verdere opwarming van de aarde tegen te gaan. Om 80 procent reductie te halen moet de uitstoot in Nederland worden teruggebracht van 215 miljoen ton in 1990 naar 43 miljoen ton in 2050.

Alleen al met energiebesparing is in alle Nederlandse sectoren veel te winnen. Het besparingstempo bleef tot nu toe beperkt tot ongeveer 1 procent per jaar, maar volgens het onderzoek van WNF is tot 4 procent per sector technisch mogelijk. In de industriesector kunnen efficiëntere motorsystemen en materialen worden gebruikt en reclyclingprocessen worden verbeterd. Denk voor de transportsector aan energiezuinige vrachtwagens en auto's. Verbeterde warmte-isolatie en slimmer gebouwenontwerp zijn in de gebouwde omgeving belangrijke maatregelen om warmteverlies te voorkomen. Andere maatregelen zijn het toepassen van energiezuinige verlichting, passieve en actieve zonnewarmte, passieve koeling en hoogefficiënte boilers. In de dienstensector kan veel bereikt worden door energiegbruik buiten kantoortijden te besparen. Veel energie wordt verspild via ventilatoren, stand-by stand van computers en verlichting die blijft branden. Hiervan kan 27 procent eenvoudig worden bespaard door toepassing van tijdschakelaars en door het gebruik beter in de gaten te houden.

De meeste mogelijkheden om duurzame energie toe te passen, liggen bij de energiesector. In een dichtbevolkt land als Nederland met weinig ruimte ligt de capaciteit voor de produktie van duurzame energie in wind, biomassa en het nuttig toepassen van warmte die vrijkomt in de industriesector en bij elektriciteitscentrales.

De kosten om tot een reductie van 80 procent te komen bedragen jaarlijks 2,3 miljard euro. Dat komt overeen met 0,4 procent van het Bruto Nationaal Produkt in 2005. Hierbij is zelfs nog geen rekening gehouden met de extra opbrengsten die lager fossiel energiegebruik met zich mee brengt. Denk aan minder kosten voor energie, minder kosten voor import van kolen, olie en gas en minder luchtvervuiling.

In een internationaal rapport, dat het internationale Wereld Natuur Fonds (WWF) vandaag publiceert, blijkt eveneens dat er wereldwijd voldoende duurzame energie en technologie beschikbaar is om klimaatverandering te stoppen en tegelijkertijd aan de vraag naar energie te blijven voldoen. Wel moeten binnen 5 jaar alle maatregelen worden doorgevoerd om klimaatverandering daadwerkelijk tegen te kunnen gaan.

////////////////////