'Stille ramp' op Madagascar 15 mei 2007, Antananarivo - In het zuiden van Madagascar is een 'stille ramp' aan de gang. Bijna de helft van de kinderen jonger dan vijf jaar is hier ondervoed, maar helaas heeft de wereld er niet zo veel aandacht voor.

Ranto Andriantsara, arts van een regionaal ziekenhuis in het zuiden van Madagascar, noemt de ondervoeding van de kinderen een chronisch probleem. "In tijden van ernstige droogte, zoals in de laatste drie maanden van 2006, zien we het aantal ernstig ondervoede kinderen toenemen. Sinds oktober vorig jaar hebben wij in ons ziekenhuis 140 kinderen behandeld."

Moeders en kinderen voor het voedingscentrum in Ambovombe in Zuid-Madagascar. Foto: Unicef/2007/Chinyama Moeders en kinderen voor het voedingscentrum in Ambovombe in Zuid-Madagascar. Foto: Unicef/2007/Chinyama

Voedingscentra

De regering van Madagascar heeft in januari 2007 om hulp gevraagd. Het Wereld Voedsel Programma (WFP) en andere hulporganisaties zorgden voor voedselhulp en Unicef en het ministerie van Gezondheid hebben voedingscentra opgezet, waarin ondervoede kinderen kunnen aansterken. Eind maart waren er meer dan 5.000 kinderen in deze centra behandeld.

Begin 2007 werd Madagascar getroffen door een reeks cyclonen. Hoewel ze veel ellende veroorzaakten, brachten ze ook regen. Boeren konden daardoor maïs, sorghum en cassave planten, maar er is te weinig regen gevallen voor een goede oogst.

Driemaal per dag rijst
Madagascar kampt met lange periodes van droogte en voedseltekorten, maar er zijn nog meer factoren die bijdragen aan de hoge ondervoedingscijfers op het eiland. "Het zuiden ligt erg geïsoleerd en er zijn weinig tot geen communicatiemogelijkheden. De mensen leven van wat ze op het land verbouwen," zegt Antoine Deligne van de door de Europese Unie gefinancierde hulporganisatie GRET. Veel inwoners van Madagascar eten driemaal per dag alleen rijst en hebben daardoor een gebrek aan belangrijke voedingsstoffen. Door dit eenzijdige dieet verzwakt de weerstand van kinderen, zodat ze makkelijker mazelen, malaria of diarree krijgen.

Een grootmoeder met haar kleinkind voor het voedingscentrum. De moeder van het kind is werk gaan zoeken in een andere stad. Foto: Unicef/2007/Chinyama
Een grootmoeder met haar kleinkind voor het voedingscentrum. De moeder van het kind is werk gaan zoeken in een andere stad. Foto: Unicef/2007/Chinyama

Bevolking moet voorbereid zijn

Unicef zoekt naar structurele oplossingen voor het ondervoedingsprobleem. Twee keer per jaar krijgen moeders en kinderen onder de vijf jaar vitamine A ter versterking van hun weerstand en ontwormingstabletten. Gezinnen moeten daarnaast voorbereid zijn op de komst van nieuwe voedseltekorten. Dat kan door zwangere vrouwen van ijzertabletten te voorzien, door te zorgen voor muskietennetten ter bescherming tegen de malariamug, door malariapatiënten te behandelen, door het geven van borstvoeding te stimuleren en door kleine kinderen te vaccineren.

Paola Valenti, werkzaam voor Unicef Madagascar: "We willen dat gemeenschappen zelf de groei en de ontwikkeling van kinderen in de gaten gaan houden. Zo kunnen ze tijdig hulp voor kwetsbare kinderen inschakelen, voordat die ernstig ondervoed raken of overlijden."