Verdachte in onderzoek terrorisme in vrijheid gesteld
9 mei 2007
In een strafrechtelijk onderzoek naar werving van radicale moslims
voor de internationale jihad is vandaag door het Openbaar Ministerie
een verdachte in vrijheid gesteld. De betrokkenheid van de 23-jarige
man uit Irak bij het werven voor de gewapende strijd is zodanig dat de
voorlopige hechtenis de grens nadert van een mogelijk op te leggen
gevangenisstraf.
Â
De strafzaak tegen een andere verdachte, een 20-jarige man uit
Amsterdam, is geseponeerd. Het onderzoek tegen hem heeft geen bewijs
opgeleverd voor betrokkenheid bij strafbare feiten. De voorlopige
hechtenis van de man was al op 22 november vorig jaar opgeheven.
Â
Het onderzoek door de Nationale Recherche heeft aan het licht gebracht
dat rekruten voor de jihad zijn geworven met haatdragende en opruiende
teksten en films. Centraal in de ideologische ontwikkeling staat de
vermeende plicht van elke moslim om deel te nemen aan de jihad.
Door de Nationale Recherche is onderzocht of de verdachten een
criminele organisatie met een terroristisch oogmerk hebben gevormd.
Daarvoor is geen bewijs gevonden.
Â
Â
De rechtbank Rotterdam behandelt 15 mei a.s. in een tweede proforma
zitting de strafzaak tegen zes verdachten.
Voor informatie: Wim de Bruin
Openbaar Ministerie