Eerste Kamer debatteert verder over bestuur waterschappen

11.05.2007 / 10:48 / Rubriek: Binnenland / Organisatie: Eerste kamer

Eerste kamer

Eerste Kamer debatteert verder over bestuur waterschappen

De Eerste Kamer debatteert dinsdag 15 mei over het democratische gehalte van de Europese Unie en van de waterschappen in Nederland. Bij het debat over de Europese Unie gaat het vooral om het tijdig invoeren van Europese richtlijnen door aanpassingen van Nederlandse wet- en regelgeving. Een belangrijke rol in het debat speelt een met algemene stemmen aangenomen motie-Jurgens, waarin staat dat de regering in lagere regelgeving niet mag afwijken van bestaande wetten. Ook de verhouding tussen Europese regels en de Nederlandse grondwet is een onderwerp van het debat. In de senaat leeft de opvatting dat Europese regels die afwijken van de Nederlandse grondwet met een meerderheid van tweederden der stemmen aangenomen moeten worden.

Waterschappen
Bij de modernisering van de waterschapsbesturen is ook een interpretatie van de grondwet een belangrijk discussiepunt. Volgens een meerderheid in de senaat zouden bestuursleden van waterschappen gekozen moeten worden omdat zij zijn geëvolueerd naar organen van algemeen bestuur, waarvoor de grondwet verkiezing voorschrijft. Staatssecretaris Huizinga-Heringa is het niet met deze opvatting eens. Zij wijst er in een brief aan de Eerste Kamer van 20 april op dat niet alleen waterschappen de zorg voor het waterbeheer hebben, maar ook de provincies. Watersschappen hebben volgens de Waterschapswet een bepaalde taak: de waterstaatkundige verzorging van een bepaald gebied en zijn daarmee functionele besturen.

Schorsing
Bij een eerdere behandeling van het moderniseringsvoorstel op 6 maart had CDA-senator Wagemakers betoogd, dat bij waterschappen in totaal meer geld omgaat dan bij negen provincies en dat daarom toch wel gesproken kon worden van algemeen bestuur zoals beschreven in de Grondwet. Toen deze opvatting door een meerderheid van de senaat gedeeld leek te worden, vroeg de staatssecretaris schorsing voor nader beraad. In haar brief waarin zij het resultaat van dit beraad verwoordt, houdt staatssecretaris Huizinga-Heringa vast aan waterschappen met functionele besturen die worden samengesteld uit vertegenwoordigers van ingezetenen en vertegenwoordigers van belangengroepen als agrariërs en bedrijven die niet rechtstreeks worden gekozen maar benoemd door hun organisaties en de provincies. Er komt een nieuwe categorie bij: vertegenwoordigers van natuurterreinbeheerders. Deze krijgen net als de agrariërs en de bedrijven geborgde zetels.

Afspraken
De staatssecretaris heeft intussen met de koepelorganisaties afgesproken dat zij de kandidaatstelling van hun beoogde bestuurders transparanter zullen maken via open kandidaatstellingen. Ook de organisaties hechten aan een zo goed mogelijke representatieve vertegenwoordiging, meldt de staatssecretaris aan de Eerste Kamer.

Agenda
13.30 - 14.35 Eerste termijn Kamer

- Versnelde implementatie Europese richtlijnen
(voortzetting debat 14 maart 2006 - 21109, 159)

- Reactie van de regering op het rapport 'De
Nederlandse Grondwet en de Europese Unie'
(26200 VI 65, A)
Hierbij zal ook betrokken worden de brief van de
minister van Justitie over parlementaire
betrokkenheid bij gedelegeerde regelgeving
(30800 VI, C)

14.35 - 15.45 Afronding tweede termijn regering + derde termijn Kamer
Wijziging Waterschapswet en Wet modernisering
waterschapsbestel (30601)

15.45 - 16.30 Antwoord regering

- Versnelde implementatie Europese richtlijnen
(voortzetting debat 14 maart 2006 - 21109, 159)

- Reactie van de regering op het rapport 'De
Nederlandse Grondwet en de Europese Unie'
(26200 VI 65, A)
Hierbij zal ook betrokken worden de brief van de
minister van Justitie over parlementaire
betrokkenheid bij gedelegeerde regelgeving
(30800 VI, C)

16.45 - 17.30 Antwoord regering derde termijn
Wijziging Waterschapswet en Wet modernisering
waterschapsbestel (30601)

17.30 - 18.30 Re- en dupliek

- Versnelde implementatie Europese richtlijnen
(voortzetting debat 14 maart 2006 - 21109, 159)

- Reactie van de regering op het rapport 'De
Nederlandse Grondwet en de Europese Unie'
(26200 VI 65, A)
Hierbij zal ook betrokken worden de brief van de
minister van Justitie over parlementaire
betrokkenheid bij gedelegeerde regelgeving
(30800 VI, C)