Financieel Jaarverslag van het Rijk 2006
nieuwsbericht | 16-05-2007 | Directie Voorlichting
In 2006 zette het economische herstel definitief door. Het bruto
binnenlandse product (BBP) nam fors toe, de koopkracht steeg, het
consumentenvertrouwen was positief, de werkgelegenheid groeide en de
werkloosheid daalde. Daarnaast werden resultaten van het gevoerde
beleid zichtbaar: er kwamen minder mensen in de WAO, meer mensen
gingen van een uitkering naar een baan, het aantal voortijdige
schoolverlaters daalde, de criminaliteit nam af.
Bijzonder aan het jaar 2006 in politieke zin was dat het kabinet
Balkenende III begin juli demissionair werd. Dat is ook de reden dat
het Financieel jaarverslag van het Rijk een beknopte - en zo feitelijk
mogelijke - weerslag biedt van de resultaten van het gevoerde beleid.
De financieel-economische situatie in 2006
Een sterke economie
Het BBP groeide het afgelopen jaar met 2,9 procent, bijna het dubbele
van de groei in 2005. De groei werd niet alleen veroorzaakt door de
export (2006: 8 procent groei), zoals in 2004 en 2005 het geval was,
maar ook door de toegenomen bestedingen van consumenten.
Ondanks de aantrekkende economie, de toegenomen bestedingsdruk en de
gestegen olieprijzen bleven de totale prijsstijgingen (inflatie) in
2006 beperkt tot 1 procent, historisch gezien het laagste niveau in de
afgelopen 16 jaar en het laagste van het eurogebied.
In 2006 was sprake van een duidelijke omslag op de arbeidsmarkt. Voor
het eerst sinds 2002 groeide de werkgelegenheid en daalde de
werkloosheid. De werkgelegenheid steeg met 1,5 procent oftewel ruwweg
150 duizend banen. Het aantal vacatures steeg vorig jaar tot de
recordhoogte van 219 duizend in het derde kwartaal. In sommige
sectoren was er eind 2006 op deelmarkten dan ook sprake van krapte op
de arbeidsmarkt. Het aantal werkloosheidsuitkeringen daalde met 58
duizend, het aantal bijstandsuitkeringen met 27 duizend en het aantal
arbeidsongeschiktheidsuitkeringen daalde met 42 duizend.
De overheidsfinanciën
De positieve ontwikkeling van de overheidsfinanciën in 2005 heeft zich
in 2006 voortgezet. Voor het eerst sinds het jaar 2000 kan weer een
overschot worden gemeld: 0,6 procent BBP. De verbetering in het
EMU-saldo komt vooral door de opleving van de economie, waardoor meer
belasting is ontvangen. Daarnaast waren er meer inkomsten voor de
overheid uit gas en een lager tekort van de lokale overheden.
Het beleid in 2006
Concurrentiekracht neemt toe, administratieve lasten nemen af
In 2006 zijn maatregelen genomen gericht op verder herstel van de
concurrentiekracht. Zo is het tarief van de vennootschapsbelasting
verlaagd van 31,5 naar 29,6 procent en daalden de administratieve
lasten voor het bedrijfsleven verder met 7 procent tot een totale
afname van 16 procent.
Door toedoen van Nederland staan de administratieve lasten nu ook op
de agenda van de Europese Unie. Het streven is dat de Europese
administratieve lasten in 2012 ook met 25 procent zijn verminderd.
Verhogen arbeidsparticipatie
Begin 2006 is de Wet Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA) ingevoerd,
deze wet vervangt de WAO. De instroom hierin valt met 20.000 personen
één derde lager uit dan verwacht. Het aandeel volledig en duurzaam
arbeidsongeschikten is laag: van de 20.000 mensen met een
WIA-uitkering ontvangen ongeveer 4.000 mensen een uitkering via de
Inkomensvoorziening volledig arbeidsongeschikten (IVA).
De re-integratietrajecten voor mensen die niet op eigen kracht werk
kunnen vinden, worden steeds effectiever. In 2006 leidde 46 procent
van de in 2004 gestarte trajecten tot werk. Ook de groeiende economie
hielp mee de deelname op de arbeidsmarkt te verhogen: bij ouderen
steeg deze van 39,7 procent in 2005 tot 41,7 procent vorig jaar.
Onderwijs, kennis en innovatie
Het aantal leerlingen dat de middelbare school verlaat zonder diploma
daalde het afgelopen jaar weliswaar, maar niet snel genoeg. In 2006
waren er 56.000 voortijdige schoolverlaters, een daling met 14.500 ten
opzichte van 2002. Met de nota `Aanval op de uitval; perspectief en
actie' is een groot aantal maatregelen en acties in gang gezet om de
daling te versnellen. Bijvoorbeeld de invoering van de verplichting
voor leerlingen tot 18 jaar dat zij naar school moeten totdat ze een
middelbare schooldiploma hebben gehaald. Ook zijn convenanten
afgesloten met de 14 regio's met de meeste drop outs.
Een veiliger samenleving
Het bereiken van een veiliger samenleving was en is een belangrijk
speerpunt van het regeringsbeleid.
Vooral probleemwijken werden veiliger. Er waren daar 26 procent minder
slachtoffers van geweldsdelicten dan in 2002 en 32 procent minder
slachtoffers van vermogensdelicten. De algemene doelstelling is een
daling van criminaliteit en overlast met 20 tot 25 procent in 2008 tot
2010. Het aantal burgers dat zich wel eens onveilig voelt daalde: van
30,8 procent in 2002 naar 24 procent in 2006. Er was in 2006 geen
cellentekort en er werden geen mensen om die reden eerder uit de
gevangenis ontslagen.
Mobiliteit en infrastructuur
Tot en met 2006 is het achterstallig onderhoud aan de weg met 826
kilometer verminderd. Ondanks de grote hoeveelheid wegwerkzaamheden,
werden hierdoor minder files veroorzaakt dan voorgaande jaren.
Er zijn minder spits- en plusstroken aangelegd en minder wegen
verbreed dan gepland. Dit komt omdat een aantal projecten niet aan de
strenge Europese regels voor luchtkwaliteit kon voldoen. Tot en met
2006 zijn 51 kilometer plus- en 70 kilometer spitsstroken aangelegd.
Het plan was eind 2006 201 kilometer spits- of plusstrook gereed te
hebben. Samen met andere overheden zijn oplossingen gezocht voor de
luchtkwaliteitproblematiek.
Internationale vrede en veiligheid
Het afgelopen jaar zijn 10.547 militairen uitgezonden. Het merendeel,
8.102, is ingezet in Afghanistan. Nederland ondersteunt hiermee de
Afghaanse regering in het brengen van stabiliteit, welvaart en
veiligheid in de provincie Uruzgan. De krijgsmacht werd ook ingezet in
Bosnië, Herzegovina, Soedan en Irak. De omvorming naar een kleinere,
kwalitatief hoogwaardige en volledig inzetbare krijgsmacht is bijna
afgerond. Er werken nu 11.700 mensen minder bij de krijgsmacht.
Het financieel beheer van het Rijk
Het financieel beheer van het Rijk was in 2006 op orde. Het niveau van
rechtmatigheid van de verplichtingen, uitgaven en ontvangsten van het
Rijk is in 2006 gehandhaafd. Het percentage van rechtmatigheid ligt
evenals voorgaande jaren boven de 99 procent. Over de eigen middelen
van de EU en EU-fondsen in gedeeld beheer (uitgezonderd Interreg) is
verantwoording afgelegd via de nationale verklaring. Bij acht
begrotingshoofdstukken wordt in de bedrijfsvoeringsparagraaf melding
gemaakt van rechtmatigheidsfouten en/of -onzekerheden. In totaal gaat
het om negen artikelen waarbij de tolerantiegrenzen zijn overschreden.
Meer informatie
* Samenvatting Financieel jaarverslag van het Rijk 2006
Bijlage | 16-05-2007 | PDF bestand, 176.0 kb
Zie ook
Zie het origineel
* Dossier Jaarverslag en verantwoordingsdag
* Laatst aangepast: 16-05-2007
Ministerie van Financiën