16.05.2007 / 1
8:30 / Rubriek: Binnenland / Organisatie: Stichting aids fonds
Stichting aids fonds
Persbericht
Aids Fonds/ IAVI, Amsterdam 16 mei 2007
Nieuwe openingen in onderzoek naar aidsvaccin
Twee betekenisvolle ontwikkelingen
Vrijdag 18 mei is het World Aids Vaccine Day. Voormalig president Bill Clinton riep in
1997 deze dag in het leven. Hij vergeleek toen de zoektocht naar een aidsvaccin met de
pogingen van de mens om naar de maan te gaan. Helaas is er in 2007 nog steeds geen vaccin
tegen hiv. Toch heeft het vaccinonderzoek de afgelopen maanden twee belangrijke
ontwikkelingen laten zien die niet onvermeld mogen blijven. Volgens het Aids Fonds en het
International AIDS Vaccine Initiative (IAVI) biedt dit nieuwe kansen voor het
vaccinonderzoek. Het is dan ook van het grootste belang dat de investeringen in vaccins
wereldwijd verdubbeld wordt.
Hieronder een korte beschrijving van de twee ontdekkingen. Voor meer informatie kunt u
contact opnemen met Paul Zantkuijl van het Aids Fonds (06-14390606) of Hester Kuipers van
IAVI: (06-48981340)
Algemeen
Vaccins voorkomen infectie door specifieke afweer in het lichaam op gang te zetten. Dat
kan op twee manieren: door middel van antistoffen (eiwitten) die het virus neutraliseren
of het activeren van immuuncellen (T-cellen/CD8 cellen) die virus-geinfecteerde cellen
opruimen.
1. Afweer d.m.v. antistoffen: ontdekking van de achilleshiel van het hiv-virus
Amerikaanse wetenschappers hebben een kwetsbare plek ontdekt op het aidsvirus. Zij zagen
deze plek nadat zij erin waren geslaagd een afbeelding te maken van de moleculaire
structuur van hiv. De kwetsbare plek betekent dat hiv toegankelijk kan zijn voor
antistoffen. Er is nog veel onderzoek voor nodig om te kijken of hiv op deze manier kan
worden uitgeschakeld. Maar deskundigen zijn het erover eens dat dit een belangrijke stap
is in de zoektocht naar een vaccin.
Wat is dat voor een plek?
De kwetsbare plek is het eiwit dat aan de buitenkant van het aidsvirus ligt: gp 120. Als
gp 120 is uitgeschakeld, kan hiv niet de afweercellen (CD4+ T cellen) van het lichaam
binnendringen. Met andere woorden: hiv kan dan niet toeslaan. Deze plek is kwetsbaar
omdat het niet gevoelig is voor veranderingen. Hiv staat erom bekend snel te muteren.
Daardoor kan het virus het afweersysteem van de mens omzeilen. Tegen de tijd dat het
lichaam voldoende antistoffen heeft aangemaakt tegen hiv, is de structuur van het virus
alweer veranderd en werken de antistoffen niet meer. De zwakke plek blijft echter ondanks
alle mutaties in stand.
Hoe kwetsbaar is deze plek?
Een antistof die mogelijkerwijs het eiwit zou kunnen uitschakelen, is geïdentificeerd
als b12. De antistof b12 werd in 1992 gevonden in het bloed van een hiv-geïnfecteerd
persoon. Deze persoon stond bekend als een zogenaamde long term nonprogressor. Dat is
iemand die geen aids krijgt omdat de vermenigvuldiging van hiv in het lichaam onder
controle blijft. Uit studie is gebleken dat ongeveer 5% van de hiv-geïnfecteerden
longterm nonprogressors zijn. Zij zijn 10 jaar na infectie nog steeds gezond en hebben
geen behandeling nodig met aidsremmers. De resultaten van dit onderzoek duiden aan dat
b12 door binding aan de zwakke plek, kan voorkomen dat hiv de afweercellen infecteert.
B12 fungeert als een stuk kauwgum op een sleutel (de zwakke plek van hiv), zodat het niet
meer in het slot(de afweercellen) past.
Betekenis voor vaccinonderzoek
Veel studie is nog nodig om dit principe door te vertalen naar een aidsvaccin dat
antistoffen genereert die hiv kunnen uitschakelen. Als dit vaccin is ontwikkeld, zullen
er meerdere jaren overheen gaan om de werking van het vaccin te testen. Kortom, we zijn
er nog niet maar het is een opening naar een veelbelovend onderzoekstraject.
2. Afweer d.m.v immuuncellen: hiv-eiwitten en de immuunrespons hierop in kaart gebracht
De andere categorie vaccins zijn dus vaccins die de aanmaak van immuuncellen stimuleren.
Deze immuuncellen herkennen de met het virus geïnfecteerde cellen en ruimen deze op.
Er is nu systematisch onderzoek gedaan naar welke stukje van hiv (stukjes eiwit oftewel
peptiden) de sterkste activiteit van immuuncellen geven. Er is ontdekt dat sommige
combinaties van stukje hiv een sterke reactie tegen hiv geeft. Deze combinaties kunnen
dan in een vaccin worden gedaan voor een hoge immuniteit. Fischer et al. Nature Medicine
13: 100-106, 2007
Studies in mensen
Een vaccin van deze groep dat het verst is in klinische studies is het adeno5-vaccin.
Hierbij zijn hiv-eiwitten verpakt in het adenovirus 5 (een onschuldig virus verwant aan
het verkoudheidsvirus). Dit vaccin wekt immuniteit op via T-cellen die
virus-geïnfecteerde cellen herkennen en opruimen. Vervolgens onthouden de T-cellen
voor altijd wat hiv is en zullen ze alle cellen die daarna geinfecteerd worden
automatisch opruimen. In Zuid-Afrika wordt bescherming met dit vaccin getest in 3000
hiv-negatieve vrijwilligers. Dit is tot nu toe de grootste en de belangrijkste
hiv-vaccinstudie voor Afrika. Dit type vaccin zou overigens ook van belang kunnen zijn
als therapeutisch vaccin, met andere woorden: voor mensen die al geinfecteerd zijn met
hiv. Het vaccin zou deze patiënten kunnen helpen om het virus te onderdrukken.
www.aidsmap.com/en/news/A5617C77-178E-457A-AD3C-0BA8AB9E3E0C.asp