Gemeente Zoetermeer

Zienswijze Zoetermeer op hoogspanningsverbinding Wateringen Zoetermeer

Wij hebben met belangstelling kennis genomen van bovengenoemde startnotitie. De geprojecteerde hoogspanningsverbinding loopt niet over het grondgebied van onze gemeente. Niettemin menen wij er vanuit onze belangen als gemeente goed aan te doen de volgende punten onder uw aandacht te brengen.


1. Ondergrondse of bovengrondse aanleg

In de PKB Randstad 380kV verbinding en in de startnotitie wordt ervan uitgegaan dat de hoogspanningsverbinding in principe bovengronds wordt aangelegd. Uit een oogpunt van kosten en herstelmogelijkheden in geval van calamiteiten kunnen wij deze keuze op zich billijken. Niettemin menen wij dat deze keuze ten principale moet worden heroverwogen. De doorslaggevende overweging is voor ons dat het ondergronds aanleggen van de verbinding weliswaar een grotere investering vergt, maar dat het uit een oogpunt van dubbele grondgebruiksmogelijkheden voor de Randstad een toekomstbestendigere oplossing is. Wij merken op dat in het recente verleden de meerkosten ook geen beletsel zijn geweest om een substantieel deel van de HSL-Zuid ondergronds aan te leggen.


2. Masten en windturbines

Wij vinden het een gemis dat de keuze voor een nieuw type mast voor een eventueel bovengronds tracé niet gemaakt en uitgewerkt is voordat de startnotitie in procedure is gebracht. Van dit nieuwe type mast bestaan hooggespannen verwachtingen ten aanzien van de reductie van de elektromagnetische veldsterkte als gevolg van de leiding. Als hierover vooraf duidelijkheid had kunnen worden gegeven, had mogelijk veel maatschappelijke onrust in delen van onze gemeente voorkomen kunnen worden.

Wat de masten betreft wijzen wij er op dat parallel aan het tracé langs de zogenaamde Landscheiding (tussen de hoogheemraadschappen van Rijnland en Schieland en de Krimpenerwaard) in het Streekplan Zuid-Holland West de realisering van een aantal grote windturbines is voorzien. Het is een punt van aandacht om de landschappelijke inpassing van eventuele masten en de windturbines op elkaar af te stemmen.

In dat verband vragen wij u om in het kader van de m.e.r. ook aandacht te schenken aan de effecten van masten op deze plaats voor de vogeltrek en de obstakelverlichting in verband met de nabijheid van Rotterdam Airport.


3. Stationsontwikkeling Bleizo

Zoals wij in reactie op de PKB in onze brief van 14 februari 2007, kenmerk RU/SO/ROM/07/3260, reeds hebben aangegeven is de aansluiting van de hoogspanningsleiding op het 380kV-station Bleiswijk voor ons een zwaarwegend punt van aandacht. Tussen het genoemde station en het 150kV-station Zoetermeer is het tracé geprojecteerd van de zogenaamde ZoRo-verbinding als onderdeel van de tweede fase RandstadRail.

Wij hebben er in dat verband voor gepleit het 380kV-station te verplaatsen naar de zuidzijde van de A12. Dit met name om te voorkomen dat de stationsontwikkeling en de hoogspanningsverbinding wederzijds ruimtelijke belemmeringen veroorzaken. Dit klemt te meer nu te zijner tijd vanaf het 380kV-station een 380kV-verbinding Zoetermeer-Beverwijk zal moeten worden aangelegd die de ontwikkeling van het bedrijventerrein Prisma doorkruist. In het gebied is voorts in het kader van het project Stedenbaan aan de lijn Den Haag-Gouda de realisering voorzien van de halte Bleizo. Voorts zal, hoewel dit in de startnotitie formeel niet aan de orde is, naar wij begrepen hebben, de realisering van de verbinding een verdubbeling van de oppervlakte van het 380kV-station Bleiswijk betekenen. Ten slotte zal een over de Goudselijn doorgetrokken bovengrondse ZoRo-verbinding de thans geprojecteerde leiding minimaal één keer kruisen. Ter plaatse zullen daarom bij voorbaat hogere masten dan nu voorzien moeten worden geprojecteerd. Een en ander is een bijkomend argument voor een ondergrondse ligging van de hoogspanningsverbinding.


4. Voorkeurstracé

In par. 4.2.5. van de startnotitie is als voorlopig voorkeurstracé een bovengronds ligging (alternatief 5.1) aangegeven die als belangrijkste voordeel heeft dat de Groenblauwe Slinger wordt vermeden. Uit hetgeen wij hiervoor hebben aangegeven zal het duidelijk zijn dat onze voorkeur uitgaat naar een ondergrondse ligging (alternatief 5.4). Wij vragen dan ook bijzondere aandacht voor de inpassing en de afstemming van ontwikkelingen rond het 380kV-station Bleiswijk en het 150kV-station Zoetermeer.

Wij gaan ervan uit dat u bij de vaststelling van de startnotitie met onze reactie rekening zult houden.

Burgemeester en wethouders van Zoetermeer