Wageningen Universiteit

24 mei 2007

Onderdeel: Animal Sciences Group

Op 10 mei is in Lelystad een drukbezocht internationaal symposium gehouden over klauwgezondheid met sprekers uit het Verenigd Koninkrijk, Zweden en Nederland.
Laura Green benadrukte dat er behalve niet beïnvloedbare risicofactoren voor het ontstaan van klauwproblemen (bijvoorbeeld seizoen, lactatiestadium, leeftijd) ook vermijdbare risicofactoren zijn, zoals bijvoorbeeld matig koecomfort en hygiëne. Adviezen voor verbetering van klauwgezondheid worden slechts gedeeltelijk opgevolgd, maatregelen die weinig geld of tijd kosten worden het best opgevolgd. De invloed van voeding op het ontstaan van niet infectieuze klauwaandoeningen moet niet overschat worden en de invloed van mechanische belasting niet onderschat volgens Christoph Mülling. Het zijn vooral chronische problemen. Regelmatig en op de juiste wijze bekappen draagt bij aan het voorkomen ervan.
Volgens Wijbrand Ouweltjes bleek uit onderzoek op de Waiboerhoeve dat koeien op vloeren met een rubber toplaag in vergelijking met betonnen vloeren minder zoolbloedingen hadden en actiever waren. Op een zachte ondergrond wordt de klauwzool minder zwaar belast en vangt de sterkere klauwwand meer gewicht op, dit is meer in overeenstemming met de natuurlijke klauwbelasting. Rik van der Tol heeft daarom een alternatieve bekapmethode voorgesteld, waarbij getracht wordt het klauwbeentje te ontlasten en enig hoogteverschil tussen de binnen- en de buitenklauw in stand mag blijven. Uit onderzoek op de Waiboerhoeve zijn vooralsnog geen voor- of nadelen van deze bekapmethode gebleken, maar het onderzoek is nog niet afgerond. Ook Christer Bergsten benadrukte het belang van koecomfort, en rekent daar onder andere ook de ligplekken bij. Het blijkt dat koeien een duidelijke voorkeur hebben voor zachte loopvloeren boven harde vloeren. Zweedse roodbonten hebben gemiddeld minder klauwproblemen dan Holsteins, ook binnen de rassen zijn er aanzienlijke verschillen in klauwgezondheid tussen dochtergroepen. Er zijn mogelijkheden voor fokkerij op klauwgezondheid indien de juiste gegevens worden verzameld.
Ter bestrijding van besmettelijke klauwaandoeningen als Mortellaro en tussenklauwontsteking worden voetbaden toegepast. Opvallend is dat in de verschillende landen binnen de EU verschillende middelen worden gebruikt als gevolg van verschillende regelgeving. Overal bestaat echter de behoefte aan alternatieve middelen vanwege de nadelen van de nu veel gebruikte middelen. Vooralsnog is tweewekelijks gebruik van een doorloopbad met 4% formaline volgens Menno Holzhauer binnen de Nederlandse regelgeving een goede strategie voor de bestrijding van Mortellaro. Volgens Dörte Döpfer (epidemiologe ASG) kan deze aandoening op veel bedrijven echter niet helemaal geëlimineerd worden maar wel geminimaliseerd door het nemen van gerichte maatregelen. Analyse van bedrijfsgegevens met een epidemiologisch rekenmodel kan daarbij als hulpmiddel worden gebruikt.

Contact
Wijbrand Ouweltjes
Tel. 0320 - 293 437
wijbrand.ouweltjes@wur.nl