Kleine blijvende gedragsveranderingen noodzakelijk voor
gewichtsbeheersing
24-5-2007
Kleine
gedragsveranderingen die iemand lang weet vol te houden leiden tot
minder lichaamsvet. Dit blijkt uit het Nederlands Researchprogramma
Gewichtsbeheersing (NRG), gesteund door de Nederlandse Hartstichting
(NHS). Eenvoudige veranderingen in eet- en beweegpatroon zijn
bijvoorbeeld het minder drinken van suikerhoudende dranken, het vaker
de trap nemen of het eten van meer vezelrijke producten. Vandaag
presenteerden de onderzoekers de richtlijnen voor succesvolle
gewichtsbeheersing, die dit onderzoek heeft opgeleverd.
Tijdens het NHS-NRG onderzoek kregen brugklassers op het VMBO,
jongvolwassenen op het werk en pasgepensioneerden een jaar lang
veranderingsmogelijkheden aangeboden. Na twee jaar controleerden de
onderzoekers of deze veranderingen behouden bleven. Brugklassers
bleken minder suikerhoudende dranken te consumeren en bij
jongvolwassenen en pasgepensioneerden leidde de aanpak tot een hogere
vezelinname. De jongvolwassenen zijn bovendien meer gaan bewegen op
het werk en de pasgepensioneerden gingen meer sporten. De deelnemers
aan dit onderzoeksprogramma slaagden erin om deze veranderingen
grotendeels te handhaven.
De meeste programma's die zich eerder richtten op preventie van
overgewicht verloren hun effect nadat de programma's waren beëindigd.
Het inbedden van preventieprogramma's op scholen of op het werk is een
voorwaarde om een langdurig effect te bewerkstelligen, zo blijkt uit
dit onderzoek. Het blijkt vooral van belang te zijn dat mensen voor
verschillende gedragsveranderingen kunnen kiezen, die gemakkelijk
worden gemaakt in bijvoorbeeld school- of bedrijfskantines.
Het onderzoek laat zien dat omgevingsfactoren een belangrijke rol
spelen bij het ontstaan van overgewicht. Zo maakt het overvloedige
aanbod van voedingsmiddelen het gemakkelijk om te veel te eten en is
lichaamsbeweging tot een minimum te beperken. Om deze situatie te
verbeteren is het van belang gezonde voeding aan te bieden in
bedrijfsrestaurants en lichaamsbeweging onderdeel te maken van het
dagelijkse leven (zoals fietsen naar het werk). Ouders spelen een
belangrijke rol om overgewicht bij hun kinderen te voorkómen. Zij
kunnen het goede voorbeeld geven door gezond te eten en voldoende te
bewegen.
Verontrustende tendensen overgewicht
Naast het aanbieden van veranderingsmogelijkheden, hebben de
onderzoekers ook tendensen in overgewicht in beeld gebracht. Deze
laten nieuwe zorgwekkende ontwikkelingen zien in overgewicht en
ernstig overgewicht (obesitas). Jongere generaties bereiken het
stadium van overgewicht steeds eerder. Ook bij hoogopgeleiden komt
ernstig overgewicht steeds vaker voor. Voorheen was dit vooral te zien
bij mensen met een relatief laag opleidingsniveau. Bij volwassenen is
de gewichtsstijging het sterkst bij jongvolwassenen. Het onderzoek
toont tevens aan dat het lichaamsgewicht boven de leeftijd van 60 jaar
verder stijgt. Dit in tegenstelling tot eerdere verwachtingen dat het
gewicht na het 60ste levensjaar zou dalen.
Over NHS-NRG
NHS-NRG is een multidisciplinair onderzoeksprogramma naar het
voorkómen van gewichtstoename. Het onderzoek, dat is gesteund door de
Nederlandse Hartstichting, resulteerde in richtlijnen voor
gewichtsbeheersing bij verschillende bevolkingsgroepen. In dit unieke
onderzoeksprogramma werkten voedings-, bewegings-,
gedragswetenschappers en epidemiologen van verschillende
onderzoekscentra met elkaar samen (Wageningen Universiteit,
Universiteit Maastricht, Vrije Universiteit Amsterdam, RIVM
Bilthoven).
Nederlandse Hartstichting