Gerechtshof Arnhem


rechtspraak

Militaire kamer veroordeelt drie militairen

Arnhem, 25 mei - De militaire kamer van de rechtbank Arnhem heeft vandaag drie uitspraken gedaan.

Uitspraak 24-jarige sergeant
De militaire kamer van de rechtbank Arnhem heeft een 24-jarige sergeant veroordeeld tot een geldboete van EUR 1.000,= en een ontzegging van de rijbevoegdheid voor de duur van 6 maanden, waarvan 3 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren.

Bewezen is verklaard dat deze militair op 26 oktober 2006 te Harskamp, gemeente Ede, als bestuurder van een personenauto op een weg met twee rijstroken (max. snelheid 80 km/u) een vrachtauto is gaan inhalen. Daarbij is de bestuurder op de rijstrook voor het tegemoetkomende verkeer, vóór een bocht naar links, op een tegenligger gebotst waardoor de bestuurster van die tegenligger zodanig gewond is geraakt dat zij enige tijd niet heeft kunnen werken. Verder is bewezen dat de militair op 29 april 2006 in Eindhoven een taxi heeft beschadigd door daartegen te trappen.

Uitspraak 23-jarige soldaat
Een 23-jarige soldaat is door de rechtbank Arnhem veroordeeld tot een voorwaardelijke militaire detentie van 2 maanden met een proeftijd van 2 jaren en een werkstraf van 180 uren onvoorwaardelijk, met aftrek van 12 uren.

Deze militair heeft op het terrein van de Oranjekazerne in Schaarsbergen met een puntig kogeltje uit een luchtbuks geschoten op een collega militair die op een afstand van ongeveer dertig meter liep. Dit gebeurde door een raamopening vanaf de legeringskamer. Dit kogeltje raakte de militair in de borst. De wond moest worden gehecht. De rechters vinden dit een poging tot zwaar lichamelijk letsel. De soldaat heeft van meet af aan volgehouden dat hij gericht vóór de voeten van die lopende militair heeft geschoten. De militaire kamer vindt de lezing van de soldaat op grond van de objectief vastgestelde feiten onjuist en legt die terzijde. Zij acht bewezen dat de soldaat heeft gericht op het bovenlichaam van de andere militair en heeft geschoten terwijl die militair in beweging was, zodat sprake is van voorwaardelijk opzet. De militaire kamer houdt bij de strafoplegging rekening met het feit dat de soldaat inmiddels doordrongen is van het feit dat het schieten met een luchtbuks op personen zeer ernstige gevolgen kan hebben.

Uitspraak 21-jarige tolk
De militaire kamer van de rechtbank Arnhem heeft een 21-jarige tolk veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 1 maand en een werkstraf van 200 uren voor het opzettelijk aan zijn dienstverplichting onttrekken in Afghanistan. Veroordeelde heeft zich tijdens zijn uitzending naar Afghanistan meerdere malen onttrokken aan de vervulling van de dienstverplichting tot het af- en/of uitluisteren van radioverbindingen. Als rechtstreeks en onmiddellijk gevolg daarvan is schade te duchten geweest voor de bestrijding van gemeen gevaar voor personen en/of goederen, dan wel voor de operatie.

De reden die veroordeelde heeft aangegeven voor het onttrekken aan zijn verplichting, te veel werkuren maken, wordt niet als geldige reden geaccepteerd om een dergelijke belangrijke dienstverplichting te weigeren. De militaire kamer merkt daarbij overigens nog op dat uit de stukken niet aannemelijk is geworden dat verdachte deze reden op het moment van de weigering aan zijn meerderen kenbaar heeft gemaakt. Verdachte heeft met zijn weigering gevaarzetting veroorzaakt. Doordat als gevolg van zijn onttrekking geen radioverkeer werd afgeluisterd kunnen essentiële inlichtingen verloren zijn gegaan en was er wellicht minder informatie over de Taliban beschikbaar. Het feit dat verdachte zich bewust was van de risico's die dit handelen kon hebben voor de veiligheid van de eenheid rekent de militaire kamer verdachte zwaar aan.

Bron: Rechtbank Arnhem
Datum actualiteit: 25 mei 2007 Naar boven