PH Nieuwsbrief 259.10

Wekelijkse nieuwsbrief van de Disciplinegroep Public Health van het Julius Centrum, Utrecht


ZORGKOSTEN STEGEN IN 2006 MET 4,4 PROCENT


In 2006 bedroegen de bestedingen voor de Nederlandse gezondheidszorg 65,7 mld. euro. Dat is 4,4% meer dan in 2005. Al drie jaar ligt de stijging van de zorgbestedingen tussen de vier en vijf procent. In de periode 1998 -2003 bedroeg de gemiddelde stijging 9%. Deze gegevens zijn afkomstig van het CBS. Boeiend is de vraag, of het nieuwe kabinet medio juni in haar beleidsplan terugkeert naar die 9% van het paarse tijdperk of de lijn van Balkenende 1, 2 en 3 doortrekt van 4,5%. Wil je meer weten over de stijging van de zorgbestedingen over de afgelopen jaren? Surf dan naar www.cbs.nl


LANDELIJKE MELDKAMER AMBULANCEZORG START PER 1 JUNI


Op vrijdag 1 juni 2007 om 07.00 uur is het zover: de Landelijke Meldkamer Ambulance Zorg (LMAZ) gaat operationeel, zeven dagen per week en vierentwintig uur per dag. De LMAZ is een meldkamer van én voor de regionale meldkamers ambulancezorg. Na een jaar bouwen is de meldkamer technisch ingericht, zijn verpleegkundig centralisten ingewerkt en is het takenpakket bij de start bekend. De meldkamer begint met het aansturen van traumahelicopters in de nacht. Ook gaat zij de Mobiele Intensive Care Units ondersteunen. En last but not least, zij ondersteunt regionale meldkamers bij lastige klussen, drukte en andere problemen. Hierbij is te denken aan het regelen van besteld vervoer over lange afstanden en het vervoeren van personen zwaarder dan 150 kg. Meer informatie tref je aan op www.meldkamer.nl Tijdens het nationale spoedzorgcongres op 14 juni komen alle recente ontwikkelingen bij ambulancezorg, huisartsenposten en SEH's aan de orde. Voor informatie over dit congres surf je naar www.integratedcare.bl/spoedzorg


VWS ORDENT BELEID IN VIER FASES


De beleidscyclus van VWS is ingedeeld in vier fases: beleidsvoorbereiding, beleidsontwikkeling, beleidsuitvoering en beleidsevaluatie. Bij elke fase zijn andere partijen betrokken en is andere kennis en informatie nodig. In elke fase spelen enerzijds cijfers en feiten en anderzijds gevoelens en opvattingen een grote rol. Het is de kunst voor wetenschappers om hun cijfers en feiten binnen te krijgen in die ander wereld van gevoelens en opvattingen. Deze boodschap had VWS Directeur Generaal Volksgezondheid Hans de Goeij aan 150 Julius onderzoekers tijdens een gastcollege op 24 mei op het UMC Utrecht. De Goeij wist zijn publiek een uur lang te boeien met overzichten van partijen per beleidsfase en doorspekte zijn betoog met concrete voorbeelden en humor. Wil je meer weten over de beleidordening van VWS? Surf dan naar http://www.minvws.nl/folders/mc/2006/maatschappelijke-opgaven-volksgezondheid-en-gezondheidszorg.asp Ook interessant is de webstek www.minvws.nl/kamerstukken/staf/2006/vws-adviesstructuur.asp


PREVENTIE OP RECEPT WORDT VIJF MAAL MOGELIJK


Op 6 oktober 2006 bracht het kabinet de preventienota uit Kiezen voor een gezond leven. Het stelt daarin vijf preventiedoelen, die ik als volgt samenvat: 1. in 2010 20% rokers (nu: 28%) 2. minder alcoholgebruik bij kinderen onder de zestien jaar 3. daling van het aandeel kinderen en volwassenen met overgewicht 4. een stijging van het aantal diabetespatiënten met 15% (en niet: 25%) 5. meer mensen met preventieve hulp tegen depressies. Redenerend vanuit deze vijf doelen heeft het kabinet het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) verzocht om aan te geven, hoe preventieve interventies in de Zorgverzekeringswet op te nemen. De interventies moeten een relatie hebben met de genoemde doelen. Het CVZ heeft het plan om medio juni haar advies openbaar te maken. Behalve de genoemde preventienota gebruikt het CVZ ook de RVZ nota Publieke gezondheid als een belangrijke inspiratiebron. Zij bracht zelf een boeiende Essaybundel uit onder de titel Van preventie verzekerd. Die bundel is te downloaden van www.cvz.nl


HONGARIJE KOPIEËRT NEDERLANDSE ZORGSTELSEL


Hongarije met een bevolking van 10.2 miljoen inwoners spendeert 7.8% van het BNP aan gezondheidszorg. In het systeem zijn de lokale en de districtsoverheden de belangrijkste verantwoordelijken voor het leveren van gezondheidszorg. Zij zijn bovendien eigenaar van de meeste gezondheidszorgvoorzieningen zoals ziekenhuizen, poliklinieken en eerstelijnspraktijken. Hongarije kent net als in Nederland een systeem van zorgverzekeringen, alleen is er daar maar één verzekeraar namelijk het National Health Insurance Fund Administration (NHIAF). Dit Fund wordt overigens sterk gecontroleerd door het Ministerie van Gezondheidszorg. De kosten voor de gezondheidszorg zijn de laatste tijd zodanig gestegen dat er nu over wordt gedacht om binnen het pakket van maatregelen ook meerdere verzekeraars toe te laten en om concurrentie te introduceren in de hoop dat daarmee de kosten van de gezondheidszorg naar beneden gaan. Nederland is hierbij een voorbeeld voor Hongarije. Dat vertelde Peter Gaal van de Semmelweis Universiteit in Boedapest tijdens de Boedapest module van het European Health Executive Programme. Dat programma is bestemd voor directeuren van zorginstellingen en instanties die zich willen laten inspireren door ontwikkelingen in andere Europese landen.Het programma kent 5 modules namelijk in de universiteit van Durham, het Karolinska Instituut in Stockholm, de Technische Universiteit in Berlijn, het Juliuscentrum in Utrecht en zoals gezegd Boedapest. Heb je belangstelling voor het programma in 2008 dan kun jij dit laten weten aan Dr. Henk van der Steeg, coördinator van de Utrechtse module. Hij heeft als emailadres hvdsteeg@euronet.nl je kunt ook rechtstreeks surfen naar EHEP website http://www.dur.ac.uk/european.healthexec/


MEESTE DEENSE HUISARTSEN VERWIJZEN DIGITAAL NAAR APOTHEEK EN ZIEKENHUIS


In Denemarken krijgt een patiënt het recept niet mee van de huisarts. De laatste verzendt dat elektronisch naar een regionale database. Patiënten gaan naar de apotheek die zij zelf willen, die ook toegang heeft tot die regionale, centrale surfer. Daar ontvangen zij hun medicijn. Deense huisartsen sturen eveneens via het Internet digitale verwijsbrieven naar medisch specialisten. Dat gebeurt niet meer per fax of post. Deze mededelingen kreeg ik bij mijn bezoek aan de afdeling voor gezondheidswetenschappen en technologie van de (Deense) Universiteit van Aalborg op 25 mei. Wil je hierover meer weten? Stuur dan een email naar de directeur van de genoemde afdeling prof. Kim Nielsen. Zijn emailadres is kdn@hst.aau.dk


DEENSE DIABETESPATIËNTEN BEPALEN ZELF HUN INSULINE DOSIS


Het softwareprogramma DIASnet adviseert patiënten met type I diabetes hoeveel insuline zij moeten spuiten, nadat zij gegevens hebben ingevoerd over hun bloedsuikers, koolhydratenintake, lichaamsbeweging en andere vormen van energiegebruik. De software is geïnstalleerd op een website van het streekziekenhuis van het Deense Frederikshaven en ontwikkeld in Engeland. De website is toegankelijk voor specifieke patiënten van het ziekenhuis. Een diabetesverpleegkundige heeft toegang tot de website en kan in geval van nood aflezen wat de insulinedosis in de afgelopen dagen is geweest. Deze informatie verschafte promovendus Birthe Diesen tijdens de verdediging van haar dissertatie over telehomecare bij diabetes- en hartfalenpatiënten. Ondergetekende was uitgenodigd om te opponeren. Dat deed ik samen met hoogleraar telemedicine Gunnar Hartvigsen uit het Noorse Tromso. Een promotieplechtigheid in Denemarken is openbaar en duurt drie uren: een uur presentatie door de promovendus en twee uur ondervraging door twee externe experts. Kandidaten lopen de kans dat zij zakken. Aan Birthe Dinesen hebben wij verzocht om haar dissertatie aan te vullen met goede beschrijvingen van haar interventies. Nu bestond haar proefschrift alleen uit een verantwoording van gebruikte onderzoeksmethoden en resultaten. Ik merk op dat de DIAS software nog niet goed functioneerde bij intensieve sportbeoefening en bij lage bloedsuikers in de vroege ochtend. In het International Journal of Integrated Care staat een artikel van Dinesen c.a. Dat blad is te op te surfen via www.ijic.org


MANTELZORGERS VAN HARTFALENPATIËNTEN ZIEN OP TEGEN VERVROEGD ONTSLAG


Het streekziekenhuis van Frederikshaven (zie het bericht hierboven) experimenteert ook met vervroegd ontslag van patiënten met hartfalen en hartritmestoornissen. Via het internet zijn patiënt en mantelzorger verbonden met het ziekenhuis en kan men zowel lichaamswaarden verzenden als vragen stellen. Toch zijn de mantelzorgers ongerust en zien zij op tegen de verantwoordelijkheid. Patiënten zelf zijn wel positief over het eerdere ontslag. Deze gegevens staan in het proefschrift van Birthe Dinesen over de implementatie van telehomecare, waarop zij op 25 mei promoveerde bij de Universiteit van Aalborg, veertig kilometer gelegen van Frederikshaven. Ondergetekende voerde oppositie en gaf de mantelzorgers wel gelijk. Tijdens de onderzoeksperiode lag enkele malen het digitale netwerk plat en was er geen contact mogelijk met het streekziekenhuis. De hartfalen professionals buigen zich nu over een noodplan voor als de software uitvalt. Het ziekenhuis bedenkt nog veiliger netwerken met back-ups en extra glasvezelkabels. De dissertatie van Dinesen is desgevraagd in te zien via Marianne van der Linde, secretaresse van ondergetekende. Haar emailadres is m.l.vanderlinde@umcutrecht.nl


EUROPESE INTERNETZORG WORDT VOORAL KWALITATIEF ONDERZOCHT


De afgelopen week publiceerde het International Journal of Integrated Care (IJIC) en speciaal nummer over telemedicine en andere vormen van internetzorg. Het nummer bevat een serie artikelen over projecten en ontwikkelingen is in te zien via webstek www.ijic.org Die artikelen zijn gebaseerd op kwalitatief onderzoek en geven prima beschrijvingen van interventies, betrokken partijen en ervaren voor- en nadelen. Daar is niets mis mee. Toch had de redactie -ondergetekende is hoofdredacteur- gehoopt op enkele kwantitatieve artikelen. Engelse IJIC redacteuren gaven aan dat in de UK telemedicine nauwelijks kwantitatief wordt onderzocht. Tijdens mijn ontmoetingen met Deense en Noorse collega's op 25 mei in Aalborg gaven zij hetzelfde aan voor de Scandinavische landen. Ook het proefschrift van Dinesen bevat alleen beschrijvingen van kwalitatief onderzoek. Ik begrijp die eenzijdigheid niet zo goed. Bij telemedicine en andere internetzorg wordt toch gewerkt met digitale databases over patiënten. Dan moet het toch eenvoudig zijn om zo'n bestand om te zetten in SPSS en cijfers over een digitale interventie te presenteren? Welke nieuwsbrieflezer kan deze eenzijdige wetenschappelijke ontwikkeling wel verklaren? Of gaat gewoon het verhaal op, dat banketbakkerskinderen geen brood eten?


INFECTIEFILM MAAKT DIEPE INDRUK OP CURSISTEN


De Chinese griep, is Nederland voorbereid op een wereldwijde griepepidemie? Dit is de titel van een 22 minuten durende speelfilm, waarin een Utrechtse beleidsteam van regionale instanties en zorginstellingen gedurende enkele weken wordt gevolgd tijdens een pandemie. In die paar weken wordt meer dan twintig procent van de bevolking ziek. Er vallen meer dan duizend doden in de provincie Utrecht. Bijeenkomsten met veel publiek zoals voetbalwedstrijden worden verboden. Er ontstaan rellen en branden in Utrecht en Amersfoort. Er zijn veel te weinig vaccins en wie krijgt die vaccins wel en niet? De film maakte diepe indruk op Utrechtse gemeente ambtenaren, die een ééndaagse cursus volksgezondheidsbeleid volgden. Die cursus vond plaats op 15 mei onder verantwoordelijkheid van de GGD Midden Nederland en met ondergetekende en onder meer infectieziekte arts Frits Woonink als docent. De film stamt uit 2003 en wordt veel gebruikt bij de introductie van rampenoefeningen. Hij is nog steeds actueel, al zijn thans grotere voorraden vaccins beschikbaar. Alle infectie autoriteiten spelen mee zoals de Rotterdamse viroloog Ab Osterhaus en RIVM expert Jim van Stenbergen. Van de film is ook een Engelse versie beschikbaar. De film is te bestellen bij het Bureau RGF Utrecht en bij genoemde Frits Woonink, die een hoofdrol in de film speelt. Je bereikt hem via directie secretaresse Janny Rosendal op jrozendaal@ggdmn.nl


PRESTATIE INDICATOREN STAAN CENTRAAL IN MASTERCLASS


Door de marktwerking zijn vraagstukken binnen zorginstellingen van karakter veranderd. Kwaliteits- en financiële vraagstukken zijn veel meer met elkaar verbonden. Hierdoor moeten kwaliteitsmanagers, managers bedrijfsvoering en financiële managers veel meer met elkaar samenwerken. Dat vereist van allen andere competenties. Het verbeteren van inzicht, begrip en competenties van lijn-, kwaliteits- en financiële managers vormt het onderwijsdoel van een masterclass die het Julius Centrum en Deloitte samen organiseren voor personen uit deze doelgroepen. De masterclass is zowel bedoeld voor managers uit ziekenhuizen als uit AWBZ instellingen. In 2005 en 2006 startte ook masterclass. De cursisten waren bijzonder tevreden over de docenten van het Julius Centrum en van Deloitte. Ook vielen de vele mogelijkheden voor individuele leertrajecten, onderlinge discussie en vaardigheidsoefeningen bijzonder in de smaak. Wil je meer weten over deze elf dagdelen durende Masterclass die plaatsvindt op het UMC Utrecht en loopt van september 2007 tot maart 2008? Surf dan naar www.deloitte.nl/gezondheidszorg of naar www.integratedcare.nl?nascholing


ARBEIDSSATISFACTIE IS INDICATOR VOOR PATIËNTENSATISFACTIE


Promovendus Kees van Wijk onderzocht de arbeids- en patiëntensatisfactie bij dertien Awbz instellingen. Hij interviewde en enquêteerde 14000 cliënten en duizenden medewerkers. Op basis daarvan schreef hij een Nederlandstalig en goed leesbaar proefschrift met als titel De Service Care Chain. Centraal staat het transactiemoment tussen professional en cliënt. Van Wijk komt tot de conclusie dat een betere arbeidssatisfactie samenhangt met een betere waardering van cliënten voor de dienstverlening. Het verband loopt via de structurering. Een heldere structuur maakt medewerkers tevreden en ook cliënten. Van Wijk verdedigde zijn dissertatie op 24 mei op de Erasmus Universiteit. De oppositie dong af op de generaliseerbaarheid van de relatie. Prof. Guus van Montfort benadrukte dat vooral een persoonsgebonden budget voor alle Awbz instellingen de patiëntensatisfactie kan verhogen. Want via eigen bestedingen kan een consument het beste zijn voorkeuren aangeven. Ondergetekende trad ook op als opponent. Ik wees op het gebrek aan kennis bij Awbz cliënten, zoals ik onlangs in eigen onderzoek aantoonde. Weinig wetende cliënten kunnen niet vergelijken en zijn al gauw tevreden. Toch had Van Wijk wel een punt. Wil je over zijn proefschrift beschikken? Het heeft als ISBN nummer 978-90-9021840-3 Kees van Wijk heeft als emailadres k.vanwijk@erasmusmc.nl


STUDIUM GENERALE OVER PREVENTIE OP 7 JUNI IN UTRECHT


De Universiteit Utrecht organiseert een voor iedereen toegankelijke ofwel een studium generale lezing over preventie in de Aula in het Academiegebouw aan het Domplein. De lezing duurt anderhalf uur, van 2000 -2130 uur. De organisatoren hopen op een opkomst van 400 personen. Ondergetekende houdt het college. De lezing is opgesplitst in een aantal delen: deel 1. de overeenkomsten tussen preventie van chronische ziekten, verkeersongevallen, infectieziekten en zuigelingensterfte. Deel 2. preventie van chronische ziekten en disease management deel 3. de preventie van chronische ziekten in Duitsland, Californië, Japan en Engeland. deel 4. Recente ontwikkelingen in Nederland, zoals de preventienota en het CVZ advies (zie bericht hierboven), gezondheidsonderwijs op middelbare scholen en het rookverbod in restaurants. Het college loopt vooruit op het gezondheidsfestival dat op 9 en 10 juni plaats vindt op allerlei plaatsen in de Utrechtse binnenstad. Wil je meer weten over het Studium Generale? Surf dan naar http://www.sg.uu.nl/prog/2007a/oud.html Het Festival Gezondheid heeft als website http://www.levendegeschiedenisonbegrensd.nl/content/festival_gezondheid


VERANTWOORDING Hierbij ontving je de wekelijkse Nieuwsbrief van de Disciplinegroep Public Health. Wil je meer weten over een bericht? Neem dan contact op. Wil je delen van de nieuwsbrief verspreiden onder collega's, doe dat. Je collega's kunnen zich ook aanmelden voor rechtstreekse toezending. Je meldt je aan en af door een mail te sturen naar PH.Nieuwsbrief@planet.nl Bij afmelding of wijziging graag vermelden welke versie (bv 243.1, 243.2, etc) je ontving.

De nieuwsbrief is gericht aan een aantal relaties van de Disciplinegroep: collega's binnen en buiten het Julius Centrum, pao- en keuzeblok studenten, gastdocenten, stage-verleners aan co assistenten Sociale Geneeskunde, onderzoeksrelaties, subsidiënten en overigen die geïnteresseerd zijn in Utrechts Volksgezondheids onderwijs en in onderzoek naar zorginnovaties, ketenzorg en transmurale zorg. De Nieuwsbrief verschijnt wekelijks op zondag of maandag. Eerdere edities tref je aan vanaf nr 65 op de internetsite www.integratedcare.nl

Heb je belangstelling voor nieuws over ketenzorg en zorginnovaties in het buitenland? Surf dan naar de website van het international Network of integrated Care: www.intergratedcarenetwork.org Wil je wetenschappelijke artikelen lezen over deze onderwerpen? Lees dan het peer reviewed internettijdschrift International Journal of Integrated Care op www.ijic.org Dit is een gratis tijdschrift, dat online publiceert en is opgenomen in Pubmed. Ook submissions van concept artikelen zijn welkom.

Opsteller van deze nieuwsbrief is:

Guus Schrijvers
Hoogleraar Public health in het bijzonder Structuur en functioneren van de
Gezondheidszorg
Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen
en Eerstelijnsgeneeskunde
Universitair Medisch Centrum Utrecht
email: a.j.p.schrijvers@umcutrecht.nl
tel 030 250 9359