Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Langeafstandtransporten van levend vee in Europa

25 mei 2007 - kamerstuk

Kamerbrief over de maatregelen die zijn genomen tegen de transporteur die in 2005 een transport heeft verzorgd met 40 dode varkens. Ook de Europese transportverordening wordt toegelicht.

Meer informatie

* Langeafstandtransporten van levend vee in Europa Kamerstuk | 25-05-2007 | PDF-Document, 66 kB
Voor downloaden van PDF-bestanden: Zie het origineel


uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum onderwerp bijlagen De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal

Postbus 20018
2500 EA 's-GRAVENHAGE

17 april 2007 2060712550 DL. 2007/1184 25 mei 2007 Langeafstandstransporten van levend vee in Europa
Geachte Voorzitter,
Hierbij doe ik u, mede namens de minister van Justitie, de antwoorden toekomen op de vragen van de leden Thieme (PvdD) en Van Velzen (SP) over langeafstandstransporten van levend vee in Europa.
1
Herinnert u uw toezegging om maatregelen te nemen ter verscherping van de controle op de naleving van de regels met betrekking tot diertransporten over lange afstand? Zo ja, welke maatregelen heeft u genomen tegen de veevoertransporteur die op 29 juli 2005 in Italië werd aangetroffen met 40 dode varkens aan boord? Ja. De betreffende veetransporteur is onder een zogenaamd zwaar regime geplaatst. Dit houdt in dat de keuring van de varkens die hij wil exporteren niet in de stal mag plaats-vinden, maar dat de VWA-dierenarts tijdens het opladen van de dieren bij de klep van de wagen staat. Deze wijze van keuren kost meer tijd en meer geld voor de veetransporteur. Daarnaast wordt bij iedere export een volledige administratieve controle uitgevoerd, ook dit kost meer tijd en geld.
2
Kunt u aangeven of het aangekondigde onderzoek van de Algemene Inspectiedienst (AID) dat zou kunnen leiden 'tot schorsing van de erkenning van dit bedrijf' heeft plaats-gevonden? Zo ja, wat was het resultaat? Zo neen, waarom heeft een dergelijk onderzoek niet plaatsgevonden? De gegevens van het bewuste transport zijn tezamen met aanvullende gegevens geanalyseerd door de AID. Deze analyse heeft ertoe geleid dat er op dat moment geen reden dan wel mogelijkheid gezien werd voor een strafrechtelijk onderzoek tegen de transporteur. Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad 25 mei 2007 DL. 2007/1184 2
3
Herinnert u zich uw brief, waarin u stelt dat er betere afspraken zijn gemaakt tussen de Italiaanse overheid en de Nederlandse overheid en dat de overtredingen zijn terug-gelopen? Herinnert u zich tevens dat u zou bekijken of het opgestelde protocol ook gebruikt kan worden in de naleving van transportregels tussen andere landen? Zijn dergelijke afspraken inmiddels gemaakt met andere landen? Zo ja, met welke landen? Zo neen, waarom niet? Ja. Afspraken met andere landen zijn nog niet gemaakt, omdat eerst goed geëvalueerd moest worden in hoeverre het huidige protocol met Italië ook daadwerkelijk het gewenste resultaat heeft opgeleverd, waar nog mogelijke problemen zitten en in welke mate bepaalde afspraken aangescherpt moeten/kunnen worden. Op 18 april heeft de evaluatie plaatsgevonden. Naar aanleiding van het gunstige resultaat zal ik nu bekijken met welke landen het nog meer zinvol kan zijn om een protocol af te spreken, met gebruik van de ervaringen met Italië.
4
Zijn er in Nederland concrete maatregelen genomen om te garanderen dat routeplannen voor diertransporten, zoals voorgeschreven bij Europese regelgeving, volledig en correct worden ingevuld en gecontroleerd door de Rijksdienst voor de keuring van Vee en Vlees (RVV)? Zo ja, welke maatregelen? Zo neen, waarom niet? Ja. Er dient eerst opgemerkt te worden dat sinds 2002 de RVV samen met de KvW (Keuringsdienst van Waren) is ondergebracht in de VWA en dat de routeplannen per 5 januari 2007 zijn vervangen door de in Verordening 1/2005 voorgeschreven reis-journaals. Achteraf dient een kopie van het volledig ingevulde reisjournaal te worden gezonden aan de competente autoriteit van (1) het land van vertrek en (2) het land waar de vervoerder zijn vergunning heeft. De reisjournaals worden in Nederland door het Bureau Vee Transport van de VWA gecontroleerd.
5
Is het waar dat de Europese Verordening inzake de bescherming van dieren tijdens vervoe, lidstaten verplicht doeltreffende, evenredige en afschrikwekkende sancties vast te stellen voor overtreding van voorschriften en er voor te zorgen dat deze sancties worden toegepast? Zo ja, deelt u de mening dat de huidige verordening onvoldoende afschrik-wekkend is om wantoestanden binnen de Europese Unie te voorkomen, getuige de aanhouding van een Deense transporteur op Lets grondgebied? Zo ja, welke inspanningen gaat u verrichten om deze wantoestanden uit te bannen? Zo neen, waarom niet? In de verordening staat dat de lidstaten er voor zorgen dat overtredingen van de bepalingen van de verordening op doeltreffende, evenredige en afschrikkende wijze worden gesanctioneerd. Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad 25 mei 2007 DL. 2007/1184 3 Ik deel uw mening niet dat getuige de aanhouding van een Deense transporteur op Lets grondgebied de conclusie gerechtvaardigd is dat de verordening onvoldoende afschrik-kend is om wantoestanden te voorkomen. Ten eerste vind ik niet dat een dergelijke conclusie kan steunen op één enkel geval en in de tweede plaats is de aanhouding door de Letse autoriteiten van de transporteur een bewijs dat de misstanden opgespoord en aangepakt kunnen worden.
6
Deelt u de mening dat meer controles, een hardere aanpak en strengere sancties van veetransporteurs die in overtreding zijn nodig zijn? Zo ja, hoe wilt u dit in Europees verband oppakken? Zo neen, waarom niet? Nee. In de Transportverordening is al opgenomen dat de maatregelen doeltreffend, evenredig en afschrikkend moeten zijn. Het is nog te vroeg om een oordeel te vellen over de effectiviteit van de controles op de naleving van de verordening. De werking van de verordening kan pas op langere termijn zichtbaar worden, wanneer alle voorschriften van de verordening van toepassing zijn en er meer ervaring is opgedaan door zowel overheid als het bedrijfsleven met de werking van bepalingen van de verordening in de praktijk.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg