Een intelligente prothese is nog geen natúúrlijke prothese
30.05.2007 / 16:57 / Rubriek: Binnenland / Organisatie: Universiteit twente
Universiteit twente
Een beenprothese mag dan steeds beter in staat zijn zich aan te passen aan omstandigheden,
een 'normaal been' wordt pas benaderd als de prothese op een natuurlijke wijze is aan te
sturen door het lichaam. Technologie helpt daarbij in toenemende mate: in de toekomst is
bijvoorbeeld veel te verwachten van neuroprothesen en zelfs brain-computer interfacing.
Dit stelt revalidatiearts prof. Hans Rietman in zijn intreerede als hoogleraar
Revalidatiegeneeskunde en Technologie aan de Universiteit Twente. Rietman, die per 1 juni
ook benoemd is tot wetenschappelijk directeur van Roessingh Research and Development in
Enschede, houdt zijn rede op 31 mei.
'Weer leren lopen' betekent voor veel patiënten 'weer participeren', en ze zijn dan
ook bereid daarin veel te investeren. Rietman gaat in zijn rede in op dit leerproces bij
amputatiepatiënten. De technologische hulpmiddelen worden steeds geavanceerder,
schetst hij: zo zijn er al microprocessorgestuurde kunstknieën en bestaan er al
kunstvoeten die in staat zijn energie op te slaan. Toch zijn dit vooral vormen van
'compensatie' voor het verlies van de ledemaat. Het succes ervan valt of staat met de
mogelijkheid tot motorisch (her)leren en de adaptieve mogelijkheden die de patiënt
heeft. En ook bij dat leerproces kan technologie in toenemende mate helpen, bijvoorbeeld
met Virtual Reality en robots die de patiënt helpen bij de training. Met het
toenemende beroep op dit type zorg wordt het steeds belangrijker om niet alleen maar
afhankelijk te zijn van 1-op-1 patiënt-therapeut oefeningen. Virtual Reality heeft
daarnaast het voordeel dat ook situaties getraind kunnen worden die zich in de veilige
klinische omgeving normaal gesproken niet voordoen.
Energie opslaan
Een prothese nog lang niet vergelijkbaar met een normaal functionerend been. De
patiënt moet in staat zijn te adapteren aan het gebruik van de prothese,
bijvoorbeeld door spiergroepen van het niet aangedane been intensiever te gebruiken.
Lopen kan dan nog steeds onevenredig veel energie kosten. Het probleem van energieopslag
en energieoverdracht tussen de gewrichten is in prothesen nog lang niet opgelost; in onze
gewone loopbeweging doen we dat automatisch. Maar bovenal heeft de patiënt niet het
gevoel dat hij of zij de prothese zelf stuurt; die is niet geïntegreerd met diens
neurale stelsel en geeft ook geen gevoelsprikkels terug.
Brain-computer koppeling
Op dat gebied is nog veel te winnen, stelt Rietman. In onderzoek van de UT en Roessingh
Research and Development wordt bijvoorbeeld nu onderzoek gedaan naar de koppeling van de
prothese met de fysiologisch motorsturing van het lichaam. Rietman verwacht daar veel van
neurale prothesen, die uitgevallen functies van het zenuwstelsel vervangen. 'Dankzij de
snelle technische ontwikkelingen in de micro- en nanotechnologie gaan intraneurale
stimulatie en selectievere aansturing tot de mogelijkheden behoren.' Nog een stap verder
is brain-computer interfacing. Nu al kan een patiënt met een hoge dwarslaesie -nog
in een experimentele setting- een cursor op een computerscherm besturen door louter
hersengymnastiek. In de toekomst zou sensorische informatie (gevoel) direct naar de
corresponderende hersenschorsgebieden gekoppeld kunnen worden. Daarnaar wordt onderzoek
gedaan in het BrainGain consortium waarin ook de UT participeert en dat recent een Smart
Mix-subsidie mocht ontvangen. Tot slot noemt Rietman de groeiende rol van zorg op afstand
-Telemedicine.
Noot voor de pers
Prof.dr. Hans Rietman is als revalidatiearts verbonden aan revalidatiecentrum Het
Roessingh en Medisch Spectrum Twente. Per 1 juni is hij daarnaast wetenschappelijk
directeur van Roessingh Research and Development BV. Hij houdt zijn intreerede, als
hoogleraar Revalidatiegeneeskunde en Technologie aan de faculteit Elektrotechniek,
Wiskunde en Informatica, op 31 mei in gebouw Vrijhof op de campus van de Universiteit
Twente.
De tekst van zijn rede 'Vallen en opstaan' is op verzoek via email toe te zenden.
Contactpersoon voor de pers: Wiebe van der Veen, tel (053)4894244