Vordering Chipshol door rechtbank Haarlem toegewezen
Haarlem, 12 juni 2007 - De rechtbank Haarlem heeft in een vonnis van
13 juni 2007 de Luchthaven Schiphol veroordeeld om aan Chipshol een
bedrag te betalen van EUR 19.000.000,--. Deze betaling is een
voorschot op de schadeloosstelling die de Luchthaven uiteindelijk, bij
het einde van het geding, aan Chipshol verschuldigd zal zijn. Chipshol
moet bij tenuitvoerlegging van het vonnis wel een bankgarantie afgeven
tot zekerheid van een eventuele terugbetalingsverplichting voor het
geval uiteindelijk in het geding komt vast te staan dat Chipshol recht
heeft op een lager schadebedrag.
Wat ging vooraf:
In het geschil tussen Chipshol en de Luchthaven Schiphol is eerst
vastgesteld (onder meer in eerste aanleg door de rechtbank Haarlem)
dat de Luchthaven Schiphol aansprakelijk was voor door Chipschol
geleden schade als gevolg van waardevermindering van bouwgrond nabij
de luchthaven. Bij vonnis van 30 maart 2005 heeft de civiele kamer van
de rechtbank onder voorzitterschap van mr. Monster vervolgens 3
deskundigen benoemd om de omvang van die schade vast te stellen.
Partijen hebben zich te voren over de te benoemen deskundigen kunnen
uitlaten. Chipshol heeft na de benoeming van de deskundigen
herhaaldelijk verzocht om vervanging van één van de deskundigen. De
genoemde civiele kamer heeft die verzoeken steeds afgewezen.
Op 5 juli 2006 hebben de deskundigen gerapporteerd. Zij hebben de
schade begroot op
EUR 17.350.000,--, te vermeerderen met rente. Daarna hebben partijen
schriftelijke stukken uitgewisseld over het deskundigenrapport en
hebben zij pleidooi gevraagd. Dat pleidooi vond plaats op 15 januari
2007. Omdat met ingang van 1 januari 2007 twee rechters - waaronder de
voorzitter, mr. Monster - van sector waren gewisseld, werd de
behandeling overgenomen door een andere civiele kamer onder
voorzitterschap van mr. Ruitinga.
Deze civiele kamer heeft op 4 april 2007 vonnis gewezen. De rechtbank
heeft het rapport van de deskundigen grotendeels overgenomen en heeft
vastgesteld dat de Luchthaven Schiphol in ieder geval een bedrag van
EUR 16.000.000,-- te vermeerderen met rente aan Chipshol zou moeten
voldoen. Er moest voor een definitieve vaststelling van de schade nog
duidelijkheid komen over één aspect van de waardevermindering, de
belastingschade. Vervolgens heeft Chipshol gevorderd dat voorlopig -
in afwachting van de einduitspraak - de door de rechtbank vastgestelde
schade alvast door de Luchthaven Schiphol zou worden betaald. Die
vordering is dus nu door de civiele kamer onder voorzitterschap van
mr. Ruitinga toegewezen.
LJ Nummers
BA2309
BA7082
Bron: Rechtbank Haarlem
Datum actualiteit: 13 juni 2007 Naar boven
Gerechtelijke organisatie