ChristenUnie


Bijdrage debat over dierenrechtenactivisme

Bijdrage debat over dierenrechtenactivisme

donderdag 28 juni 2007 11:37

De heer Anker (ChristenUnie): Voorzitter. Er is al het nodige gezegd. Wij vragen ons af waarom dit debat een spoeddebat moest zijn; dat moet echt een middel van de Kamer blijven dat alleen in geval van spoed wordt gebruikt.

De stukken die aanleiding voor dit debat zijn, geven een tweeledig beeld: enerzijds lijkt het wat rustiger te worden binnen het gewelddadige dierenactivisme, anderzijds is er radicalisering waar te nemen, een verschuiving naar huisbezoeken en intimidatie. Ik dank de regering voor haar brief. Hoe duiden de bewindslieden deze tweeledigheid en de verschuiving?

Wij zijn blij met het overleg met het Verenigd Koninkrijk over de methoden die daar worden gebruikt. Vaak wordt hier gezegd dat in Nederland voldoende instrumenten beschikbaar zijn, maar waarom beschikken wij niet over de instrumenten die in het Verenigd Koninkrijk worden gebruikt? Ik denk bijvoorbeeld aan de aanwending van de Anti-Social Behaviour Orders, en het bestuderen van financiële stromen en internetgebruik. Waarom doen wij dat niet? Of doen wij dat misschien wel? Een vergelijking was aardig geweest. Ik hoor ook graag van de ministers of zij vinden dat wij voldoende wettelijke mogelijkheden hebben en of die in Nederland voldoende worden gebruikt.

In het stuk van de AIVD wordt geschreven over antistalkingwetgeving. In ons Wetboek van Strafrecht staat hier het nodige over, volgens mij in artikel 285. De analyse van de AIVD wekt echter de indruk dat er meer mogelijkheden zijn om bepaalde activisten uit de buurt van bedrijven en mensen te houden. Ik vraag me af of die indruk klopt, of er inderdaad in Nederland meer mogelijk is en of er meer nodig zou zijn.

Een van de aanleidingen voor dit debat was de constatering van de heer Van Haersma Buma dat er sprake is van een verschuiving van activisme naar terrorisme. De ministers zeggen op dit moment dat er van echte terreur nog geen sprake is. Toch begrijpen we wel hoe de heer Van Haersma Buma tot een dergelijke constatering komt. Wij vragen ons af of de AIVD er ook op die manier tegenaan kijkt en vindt dat er inmiddels moet worden gesproken van terrorisme. Graag hoor ik van de minister of de AIVD dergelijke afwegingen maakt.

Enkele collega's vroegen al aandacht voor gelaatsbedekkende kleding. Ik vind het lastig om te zeggen dat men alleen zonder bivakmuts of wat dan ook mag demonstreren, maar ik kan me wel voorstellen dat zo'n verbod veel kan betekenen voor de opsporing van gewelddadig activisme. Ik hoor graag uitgebreid van de ministers wat er mogelijk en nodig is op dit punt.

De voorzitter: Ik maak u erop attent dat dit debat ooit een spoeddebat was, maar toen was de minister verhinderd. Nu is het een gewoon debat.