Beantwoording vragen leden Van der Staaij, Van Baalen, Voordewind, Ferrier
en Peters over ontheemdenproblematiek in Colombia
02-07-2007 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen
gesteld door de leden Van der Staaij, Van Baalen, Voordewind, Ferrier
en Peters over ontheemdenproblematiek in Colombia. Deze vragen werden
ingezonden op 25 juni 2007 met kenmerk 2060719020.
De minister voor Ontwikkelingssamenwerking,
Bert Koenders
Antwoord van de heer Koenders, minister voor
Ontwikkelingssamenwerking, op vragen van de leden Van der Staaij
(SGP), Van Baalen (VVD), Voordewind (CU), Ferrier (CDA) en Peters
(Groen Links) over de ontheemdenproblematiek in Colombia.
Vraag 1
Kunt u de Kamer informeren over de actuele ontwikkelingen rond de
problematiek van ontheemden in Colombia?
Antwoord
De problematiek van ontheemden in Colombia is onverminderd ernstig. In
Colombia strijden leger en politie en de illegale gewapende groepen om
de territoriale controle van strategisch belangrijke gebieden
(aardolie, drugsproductie, doorgangsroutes). Dat resulteert in
gewapende confrontaties verspreid over het land, verdwijningen,
bedreigingen en moorden. De strijd wordt gevoerd ten koste van de
bevolking. Wegtrekken is voor duizenden Colombianen de enige manier om
te ontkomen aan misdragingen van illegaal gewapende elementen. Zelfs
in hun toevluchtsoorden kunnen ontheemden te maken krijgen met terreur
van illegale groeperingen.
UNHCR gaat uit van 2 miljoen ontheemden. Elk jaar komen er tussen de
150.000 tot 250.000 nieuwe ontheemden bij. Deze mensen hebben
bescherming nodig en toegang tot basisvoorzieningen. De nationale
overheid is hiervoor primair verantwoordelijk. Colombia beschikt
weliswaar over uitgebreide wetgeving ter bescherming van ontheemden
maar een adequate implementatie blijft achter. Wel heeft de
Colombiaanse regering in 2005 twee miljard USD gereserveerd voor de
opvang van ontheemden tot 2010. Een deel hiervan wordt gebruikt voor
de eerste levensbehoeften van ontheemden via het Wereldvoedsel
Programma (WFP). Desalniettemin duren de problemen voort, ondermeer
omdat de overheid niet overal in het land effectief gezag heeft. Het
blijft van belang dat de internationale gemeenschap de inspanningen
van de Colombiaanse autoriteiten ondersteunt en aanvult.
Vraag 2
Wat is uw huidige inzet met betrekking tot de problematiek van
ontheemden in Colombia? Acht u deze inzet voldoende, gezien de enorme
schaal en intensiteit van deze problematiek? 1) Bent u bereid, indien
nodig, uw inzet op dit terrein te intensiveren, zowel financieel als
anderszins?
Antwoord
Nederland geeft, gezien de ernst van de situatie, dit jaar opnieuw IE
3 miljoen humanitaire hulp aan Colombia. Deze hulp richt zich op alle
door het intern gewapend conflict getroffen burgers. Het gaat vooral
om ontheemden, soms om hun gemeenschappen van opvang en tevens om in
de conflictgebieden achtergebleven gemeenschappen. De Nederlandse
steun draagt bij aan bescherming, toegang tot basisgezondheidszorg,
water en sanitatie, voedsel voor training en een betere humanitaire
coördinatie. Neutraliteit, toegang tot de getroffen bevolking en
veilig kunnen opereren gelden als voornaamste voorwaarden voor
Nederlandse humanitaire financiering. Mede daarom gaat de voorkeur uit
naar het versterken van de presentie van de internationale gemeenschap
via VN en het Internationale Rode Kruis. Als voornaamste partners zijn
daarom het ICRC, UNHCR, WFP en OCHA geïdentificeerd. ICRC ontvangt een
omvangrijke flexibele financiering (tenminste IE 25 mln per jaar) die
naar eigen inzicht, ook in Colombia, kan worden ingezet.
Vraag 3
In het licht van de motie- Ferrier c.s. 2), wat is de rol en wat zijn
mogelijkheden van de UNHCR ten aanzien van ontheemden in Colombia?
2) In deze motie is de regering verzocht om stappen te zetten op
nationaal en internationaal niveau om de rol van de UNCHR inzake de
bescherming van o ntheemden te versterken en te onderzoeken of
hiervoor financiële middelen vrijgemaakt kunnen worden.
Antwoord
In Colombia heeft UNHCR -naast zijn vluchtelingenmandaat- sinds 1998,
op verzoek van de autoriteiten, tevens een mandaat voor ontheemden.
Het gaat daarbij met name om de traditionele protectie-rol van UNHCR
als pleitbezorger voor ontheemden richting de overheid. UNHCR
versterkt de capaciteit van de autoriteiten en maakt gemeenschappen
van ontheemden weerbaar, via gemeenschapsprojecten en door het
vergroten van de internationale aanwezigheid. De organisatie brengt
vanuit het mandaat voor vluchtelingen, expertise en capaciteit in die
van buitengewone waarde is voor de bescherming van ontheemden. Sinds
2006 is Colombia bovendien eén van de pilotlanden voor de zogenaamde
clusterbenadering, een verbeterde vorm van humanitaire coördinatie
tussen VN en andere hulporganisaties. Dit heeft de coördinerende
positie van UNHCR op het gebied van ontheemden in Colombia versterkt,
hetgeen tot een betere afstemming en een meer gezamelijke
prioriteitstelling moet leiden. Ik volg deze ontwikkelingen op de
voet.
Om zijn programma's in Colombia te kunnen uitvoeren heeft UNHCR sinds
2005 bijna IE 3,5 miljoen van Nederland ontvangen.
Vraag 4
In hoeverre worden in dialogen tussen de internationale gemeenschap
(EU, e.a.) en de Colombiaanse overheid, de belangen van ontheemden
meegenomen? Wat zijn hiervan tot nu toe de resultaten? Bent u bereid
om er bij de Colombiaanse overheid op aan te dringen de rechten van
ontheemden te erkennen en te garanderen?
Antwoord
De ontheemdenproblematiek staat, naast andere onderwerpen met
betrekking tot de humanitaire crisis in Colombia, hoog op de agenda
van de bilaterale en de EU-dialoog. In bilateraal verband werd het
onderwerp besproken tijdens het bezoek van de Nederlandse
mensenrechtenambassadeur aan Colombia in februari jl. Ook wordt het
onderwerp door de G-24 aan de orde gesteld in de tripartite dialoog
tussen Colombiaanse overheid, civil society en internationale
gemeenschap.
In Colombia bestaat uitgebreide wetgeving op het gebied van rechten
van ontheemden, hetgeen erkenning zijdens de overheid van de
problematiek impliceert. Bovendien heeft de Colombiaanse regering in
het concept Nationaal Ontwikkelingsplan 2007-2011 een uitgebreide
paragraaf met betrekking tot de onderhavige problematiek opgenomen.
Dit plan zal worden gepresenteerd tijdens de Derde Internationale
Conferentie over Samenwerking, Mensenrechten en Ontwikkeling
(follow-up Londen-Cartagena) in november aanstaande in Bogotá.
Implementatie van de wetgeving blijft achter en de problemen duren
voort, ondermeer omdat de overheid niet overal in het land effectief
gezag heeft.
Vraag 5
Bent u bereid om de aanbevelingen die u onlangs ontving van een aantal
hulporganisaties in het kader van de `WWKidz-actie voor Colombia' in
serieuze overweging te nemen en deze zo nodig te verwerken in uw
beleid? Op welke wijze wilt u dit (financieel en anderszins) gestalte
geven?
Antwoord
Ik ben bereid die aanbevelingen serieus te overwegen en zo mogelijk te
verwerken in het beleid. Nederland schenkt inmiddels ruimschoots
aandacht aan de dialoog over de ontheemdenproblematiek met de
Colombiaanse overheid, zowel bilateraal als in EU- en G-24-verband.
T.a.v. uw aanbeveling als donorgemeenschap een analyse te maken van de
oorzaken van de humanitaire crisis, teken ik aan dat meerdere gedegen
analyses beschikbaar zijn, waaronder die van de International Crisis
Group, OCHA en het International Monitoring Displacement Centre.
* Ministerie van Buitenlandse Zaken
* Bezuidenhoutseweg 67
* Postbus 20061
* 2500 EB Den Haag
* Tel.: 070-3 486 486
* Fax: 070-3 484 848
* Internet: www.minbuza.nl
Ministerie van Buitenlandse Zaken