Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

logoocw

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Postbus 20018

2500 EA Den Haag

Den Haag Ons kenmerk Uw brief van Uw kenmerk 11 juli 2007 BVE/Stelsel-2007/28576 30 mei 2007 OCW0700292

Onderwerp
Brief roc Friese Poort inzake examineren van
deelnemers met autisme in het mbo.

Met uw brief van 30 mei 2007 met kenmerk OCW0700292 verzoekt u mij om een reactie op de aan u gezonden brief van roc Friese Poort van 27 april jl. over het examineren van deelnemers met autisme in het mbo.

Roc Friese Poort geeft in zijn brief aan dat veel jongeren met een stoornis in het autistisch spectrum vanwege hun stoornis niet kunnen voldoen aan de exameneisen die een beroepsopleiding op niveau vier stelt. Deze jongeren kunnen qua cognitieve vaardigheden een hogere beroepsopleiding of universitaire opleiding aan, maar kunnen vanwege het ontbreken van een diploma op niveau 4 niet doorstromen. Friese Poort stelt dat het voor veel mbo-scholen niet duidelijk is welke aanpassingen getroffen mogen worden bij toetsing en examinering. In reactie hierop meld ik u het volgende.

Middelbare beroepsopleidingen zijn, met de juiste vooropleiding, in principe voor iedereen toegankelijk. De opleidingen op niveau 1 en 2 zijn zelfs drempelloos. Dit betekent dat vanzelfsprekend ook gehandicapte deelnemers deze opleidingen kunnen volgen. Sinds de invoering van leerlinggebonden financiering in het mbo per 1 januari 2006 doen gehandicapte jongeren dit ook in toenemende mate. Op grond van artikel 2 van de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte zijn de bve-instellingen gehouden, naar gelang de behoefte, voor de gehandicapte (of chronisch zieke) doeltreffende aanpassingen te verrichten, tenzij deze voor de instelling een onevenredige belasting vormen. Hieronder valt ook de aanpassing van opleidingen en de wijze van examinering aan de handicap van de deelnemer, zonder dat dit leidt tot verlaging van het niveau van de opleiding en het examen. Dergelijke aanpassingen zijn voor de instellingen een lastige opgave. Er is immers een veelvoud aan handicaps met ieder hun eigen beperkingen. Juist om die reden is het niet mogelijk om vanuit mijn ministerie hiervoor richtlijnen te verstrekken. De instellingen mogen zelf bepalen op welke wijze zij de opleidingen en examinering aanpassen aan de handicap. De enige voorwaarde daarbij is dat wordt voldaan aan de kwalificatie-eisen, zodat een volwaardig diploma wordt behaald. Het kan niet zo zijn dat er door aanpassingen in opleiding en examinering verschillen ontstaan in landelijk erkende diploma's.
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag T +31-70-412 3456 F +31-70-412 3450 W www.minocw.nl E

blad 2/2

Roc's kunnen in overweging nemen om voor de aanpassing van de opleidingen voor jongeren met een handicap of stoornis, gebruik te maken van de zogenoemde REA-scholingsinstituten. De REA- scholingsinstituten beschikken over een grote deskundigheid op dit terrein. Om de samenwerking tussen roc's en REA-instituten te vereenvoudigen, zal ik op korte termijn met betrokken partijen, waaronder de WEC Raad, overleggen over de mogelijkheid de verplichte inkoop van ambulante begeleiding bij regionale expertisecentra en scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs af te schaffen.

Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Marja van Bijsterveldt-Vliegenthart