Wageningen Universiteit

20 aug 2007

Onderdeel: Animal Sciences Group

Melkveebedrijven die geen antibiotica gebruiken, moeten de aandacht nog meer richten op het voorkomen van ziekten. Dat blijkt uit inventariserend onderzoek op biologische melkveebedrijven, uitgevoerd door het kennisnetwerk voor de Biologische Landbouw en Voeding in Nederland â Bioconnect â in samenwerking met de Animal Sciences Group van Wageningen UR.

Consumenten van biologische producten verwachten een veilig product zonder het risico op residuen van antibiotica. In de biologische melkveehouderij mag, als andere middelen niet effectief zijn, antibiotica curatief worden gebruikt. Om elk risico op residuen uit te sluiten, wordt het dubbele van de wettelijke wachttijd aangehouden. Een aantal melkveehouders gaat verder en is in de loop der jaren nagenoeg antibioticavrij gaan produceren. Nu er ook vanuit de zuivel - zowel in Nederland als in het buitenland - vraag is naar melk geproduceerd op antibioticavrije bedrijven en daar ook een vergoeding tegenover staat, omarmt een groter aantal bedrijven deze productievorm.

Blijven dieren gezond?
De belangrijkste vraag bij het beperken of geheel afzien van het gebruik van antibiotica is of de gezondheid en het welzijn van de dieren voldoende zijn gewaarborgd. Worden behandelingen uitgesteld om het dier zelf meer kans te geven op eigen kracht te herstellen en zijn er aandoeningen waarbij antibiotica niet kan worden gemist? Welke aanpassingen in het management zijn nodig, bijvoorbeeld in fokkerij, huisvesting en voeding? Bij biologische melkkoeien wordt antibiotica vooral ingezet in verband met uiergezondheid, bij geiten en schapen hoofdzakelijk voor gezondheidsproblemen tijdens de opfok. Uit het percentage koeien met een hoog celgetal blijkt dat antibioticavrij voor sommige bedrijven prima te doen is, terwijl andere het management daarop nog onvoldoende hebben aangepast.

Preventie belangrijk
Veehouders blijken ideële, praktische en financiële motieven te hebben om te kiezen voor antibioticavrij produceren. De beste manier om antibiotica te kunnen weren, is te voorkomen dat dieren ziek worden. Zorgen voor een hoge natuurlijke weerstand, waar nodig preventief ontwormen/vaccineren en de besmettingsdruk laag houden, dragen bij aan het gezond houden van de veestapel. Een matige voorziening met mineralen en spoorelementen staat de weerstandsopbouw soms in de weg. Veehouders blijken nauwelijks extra aandacht te besteden aan hygiëne rond het melken en aan de melkmachine en hebben er vertrouwen in dat een deel van de ziekten ook zonder behandeling geneest. Bij melkkoeien worden behandelingen soms uitgesteld en wordt een beroep gedaan op de zelfredzaamheid van de koeien. Naast reguliere handelingen (uitmelken, driespeen maken, afvoeren) en behandelingen past men ook fytotherapie, homeopathie, gedachtekracht en energetisch balanceren toe.Â

Ervaringen uitwisselen
Hoewel de vraag naar melk van antibioticavrije bedrijven nog beperkt is en de exportmogelijkheden niet drastisch zijn toegenomen, zijn de veehouders enthousiast over deze manier van vee houden. Om door te kunnen gaan op de ingeslagen, antibioticavrije weg, wisselen in het biologische bedrijfsnetwerk veehouders ervaringen uit en zoeken ze samen oplossingen om zo min mogelijk antibiotica te gebruiken. Ook in het gangbare netwerk is een groep âantibioticavrije melkveehouderijâ actief. In het onderzoek wordt vooral gezocht naar plantenextracten als effectief alternatief voor antibiotica.

Downloaden onderzoeksrapport
Rapport 49 âDiergezondheid en management op biologische bedrijven die geen antibiotica gebruikenâ kunt u gratis downloaden

Meer over dit onderwerp
Bioconnect
Netwerk Melkveehouderij Antibioticumvrij
Biokennis
Contact
Animal Sciences Group
Gidi Smolders
0320 - 293 439
gidi.smolders@wur.nl