Ministerie van Algemene Zaken

Speech van de minister-president, Jan Peter Balkenende, ter gelegenheid van de onthulling van het standbeeld van de heer en mevrouw Van Doorne, Deurne, 18 augustus 2007

Mevrouw Hohmann-Van Doorne, meneer Van Doorne, burgemeester, dames en heren,

Het was geweldig om vanmiddag, samen met mevrouw Tiny Hohmann, naar het stadhuis te mogen rijden in een originele DAF 600. Een prachtige ervaring!

Slechts één minpuntje dat ik aan de burgemeester wil meegeven. Jammer dat we zo weinig rode stoplichten tegenkwamen. Want zoals u weet, met een DAF rijd je iedereen eruit bij een stoplicht. Tussen ons: de truc is dat je het gaspedaal niet in één keer fors intrapt, maar tijdens het stilstaan het toerental zo opvoert, dat de koppeling net niet aangrijpt. Maar dat heeft u niet van mij.

Dames en heren, we zijn hier bij elkaar om een van de grootste Nederlandse ondernemers van de 20ste eeuw en zijn echtgenote te eren. Hub van Doorne en Rie van Doorne.

Ik aarzel niet om Hub van Doorne de Nederlandse Henry Ford te noemen. Net zo 'self made'. Net zo innovatief. Net zo doortastend.

Eén voorbeeldje.

U weet natuurlijk allemaal dat Hub van Doorne zeer actief was in de Koninklijke Harmonie Deurne. Op jonge leeftijd was hij tamboer. Later wordt hij voorzitter. En nog later beschermheer.

Eind jaren zestig was het orkest uit zijn jasje gegroeid. Het repetitielokaal was veel te klein geworden. Er kon geen triangel meer bij. Hub van Doorne - inmiddels met pensioen - komt direct in actie. Hij belooft een nieuwe accommodatie. Máár, zegt hij, daar moet wel iets tegenover staan. De Harmonie Deurne moet dan wel kampioen van Nederland worden.

En inderdaad, een paar jaar later is de Koninklijke Harmonie Deurne landskampioen.

Dat vind ik typerend voor hem. Dromen, Doelen stellen, Durven, Doen.

Het is ongekend wat Hub van Doorne met die mentaliteit heeft weten te bereiken. Een van de grootste ondernemers en een van de grootste vernieuwers die we in Nederland hebben gehad.

Stelt u zich eens voor:
Vier jaar lagere school.
Op je tiende aan het werk in de smederij van je vader, die een jaar later overlijdt.
Jaren moeten sappelen.
Op je 28ste samen met je broer een bedrijfje starten, in een werkplaatsje van 4 bij 4 meter.
Twee jaar later een machinefabriek leiden met 100 medewerkers. Let wel: we zitten middenin de crisisjaren. En vier jaar daarna - in 1934 - zo toonaangevend zijn dat minister- president Colijn op werkbezoek komt. En opzien baren op de RAI met een nieuwe generatie opleggers die alle concurrenten het nakijken geeft.

In 1953 kreeg Van Doorne een eredoctoraat in de Technische Wetenschap aan de Technische Hogeschool Delft. De rector-magnificus - prof. Bottema - zei toen dat hij zich eigenlijk een beetje schaamde. Want de prestaties van Hub van Doorne stegen ver uit boven wat Delftse ingenieurs tot stand brengen. Hij zei: 'de heer Van Doorne heeft de T.H. gemist. Maar wat erger is: de T.H. heeft de heer Van Doorne gemist'.

Het is inderdaad indrukwekkend als je kijkt naar de octrooien die Hub van Doorne op zijn naam heeft staan. Met als boegbeeld natuurlijk: de variomatic, het pientere pookje. Het handelsmerk van de DAF.

Nu werd er door sommigen wel smalend gedaan over de DAF en zijn variabele transmissie. Dan had men het bijvoorbeeld over 'een jarretelaandrijving'. Het was lange tijd niet bon ton om de DAF te waarderen. Maar de critici zien dan toch enkele zaken over het hoofd. Want ik vraag u: Met welke auto kun je haaks door de bocht zonder af te remmen? Welke auto gaat harder dan een Ferrari? In z'n achteruit weliswaar, maar toch.
Met welke auto kun je desnoods zware boomstammen uit een bos slepen zonder dat je vast komt te zitten of je koppelingsplaten het begeven?

Juist ja.

Overigens is het niet voor niets dat iemand als Prins Bernhard altijd een warme belangstelling voor DAF heeft gehad. Dat was toch een man die een pittige auto wist te waarderen!

Het waren auto's die hun tijd vooruit waren. Imago zegt niet alles; je moet naar de inhoud kijken.

Het leven van een ondernemer kent veel spannende momenten. Eén voorbeeld wil ik u niet onthouden.

Van Doorne wilde zijn eerste personenauto, de DAF 600, groots presenteren op de RAI van 1958. De eerste Nederlandse personenauto in 50 jaar! Het moest een verrassing worden. Maar vóór de presentatie, moesten er natuurlijk wel testritten worden uitgevoerd.

Nu had de pers er lucht van gekregen dat er in deze contreien iets bijzonders werd uitgebroed. Bij iedere testrit lag het journaille met fotocamera's op de loer. Bijzonder irritant.

Maar er werd iets op gevonden. Voortaan reed er een kleine truck mee waarin Van Doorne of een van zijn mensen achter een dekzeil verborgen zat met een grote schuimblusser. Wie te dicht in de buurt kwam werd 'afgeblust'. Dat hield de pottenkijkers wel op afstand.

We mogen hier misschien spreken van de eerste embargoregeling. Een gewaagde, maar in dit geval uiterst effectieve aanpak. De presentatie op de RAI werd een grote klapper.

Een bedrijf is geworteld in zijn sociale omgeving. Dat was de overtuiging van Hub van Doorne en zeer zeker ook van zijn vrouw Rie. Zij wisten: een ondernemer die oog heeft voor zijn omgeving, maakt zowel zijn bedrijf als zijn omgeving sterker.

Zo ontstaan banden die de jaren doorstaan. Tastbare banden, zoals het ziekenhuis, het Hippisch Centrum en de concertzaal van de harmonie. Maar ook banden van het hart. En ik weet dat de dochter en de zoon van het echtpaar Van Doorne, die we vandaag in ons midden hebben, dat ook zo voelen.

Dames en heren, Hub van Doorne en zijn vrouw laten veel na om trots op te zijn. Hier in Deurne, in de regio en in ons land.

DAF maakte mobiliteit, vrijheid en comfort bereikbaar voor gewone mensen. De innovatieve traditie van DAF is tot op de dag van vandaag springlevend, bijvoorbeeld bij DAF Trucks.

De liefde voor DAF is onverslijtbaar. Op een site van autoliefhebbers kwam ik een berichtje tegen dat geplaatst werd door iemand die André heet:

"Het is gelukt! Mijn allereerste bewust gekochte auto - een Dafke 33 - in de seventies-kleur pindakaasbruin, staat rijklaar in mijn garage. En die gaat dus nooit meer weg."

Het echtpaar Hub en Rie van Doorne heeft - en dat zeg ik met groot respect
- zaken in beweging gebracht.

Ik beschouw het als een eer om straks, samen met hun zoon en dochter, hun standbeeld te mogen onthullen.