Openbaar Ministerie



5 september 2007

Raadslid Smolders veroordeeld voor schending geheimhoudingsplicht

De politierechter te Breda veroordeelt de heer H. Smolders tot een geldboete van 750 euro voor het schenden van de geheimhoudingsplicht als raadslid van de gemeente Tilburg. Smolders heeft dit voorjaar in een bericht aan regionale en landelijke media geciteerd uit een vertrouwelijk verslag van een driehoeksoverleg tussen gemeente, OM en politie. Nadat de gemeente hiervan aangifte had gedaan, heeft hij nogmaals in een persbericht onder de kop âVertrouwelijke stukken nu geheel openbaar na onterechte aangifte tegen raadslid Smolders uit Tilburgâ geciteerd uit dit verslag en twee andere vertrouwelijke verslagen van het driehoeksoverleg en het raadspresidium van de gemeente. Deze passages illustreerden volgens Smolders een door gemeente, politie en justitie gevoerde hetze tegen een Tilburgse horecaondernemer.
Naar het oordeel van de rechter heeft Smolders hiermee opzettelijk geheimen geschonden, die hij zowel uit hoofde van zijn ambt als raadslid als op grond van de Gemeentewet diende te bewaren.

Door de raadsman van Smolders is aangevoerd dat het hier ging om vertrouwelijke informatie, terwijl alleen het openbaar maken van geheime informatie strafbaar zou zijn. De politierechter concludeert echter dat dit onderscheid tussen geheim en vertrouwelijk in het beleid van de gemeente Tilburg niet gemaakt wordt en ook niet klopt met het geldende recht. Bovendien blijkt uit de verklaringen van Smolders duidelijk dat hij wist dat het hier ging om geheime informatie.

Ook heeft de verdediging gesteld dat de gemeente niet bevoegd was om geheimhouding van deze informatie op te leggen, onder meer omdat het presidium geen wettelijke status zou hebben. De rechter oordeelt echter dat de verslagen van het driehoeksoverleg vertrouwelijk zijn toegezonden door de burgemeester. Die is daartoe op grond van de Gemeentewet bevoegd en er is ook op juiste wijze gebruik gemaakt van die bevoegdheid. Eén verslag is afkomstig van het presidium. Dat is volgens de rechter een raadscommissie die ook de bevoegdheid heeft geheimhouding op te leggen.
Het is niet aan de rechter om te beoordelen of de geheimhouding hier ook inhoudelijk gezien terecht is opgelegd.

Tot slot heeft Smolders aangevoerd dat hij niet anders kon dan op deze wijze de vermeende hetze tegen de Tilburgse horecaondernemer aan de kaak te stellen. Dit beroep op noodtoestand wordt door de rechter afgewezen. Smolders had deze kwestie ook aan de orde kunnen stellen zonder uit de vertrouwelijke informatie te citeren.

De rechter oordeelt dat Smolders door zijn handelen zijn democratische rol als gemeenteraadslid heeft miskend. Dat hij het niet eens was met het gemeentelijke beleid was volstrekt onvoldoende reden om zijn geheimhoudingsplicht te schenden. De rechter rekent hem deze schending zwaar aan, nu hij zich hier volkomen bewust van was en er via zijn berichtgeving aan de media ook maximale ruchtbaarheid aan heeft gegeven. Ook acht de rechter het bijzonder kwalijk dat Smolders zijn geheimhoudingsplicht na de eerste aangifte nogmaals heeft geschonden en dit â gelet op de inhoud van het persbericht - niet alleen met het oog op de belangen van de horecaondernemer maar ook uit eigen publicitair belang.

De officier van justitie heeft een geldboete van 750 euro en een voorwaardelijke gevangenisstraf van een week gevorderd. De rechter acht de geldboete voor de overtredingen van Smolders passend en geboden. Hoewel hij gelet op de herhaling van feiten ook een voorwaardelijke gevangenisstraf op zichzelf op zijn plaats acht, legt hij deze niet op. Smolders moet in beginsel als raadslid en fractievoorzitter in het nieuws kunnen treden zonder de dreiging van een voorwaardelijke gevangenisstraf. Ook wil de rechter Smolders niet de gelegenheid bieden om te beweren dat hij door een voorwaardelijke gevangenisstraf is gemuilkorfd.