Wmo Nieuwsbrief
Nummer 20, september 2007
Deze Wmo Nieuwsbrief is een uitgave van Programma Versterking
CliëntenPositie (VCP). Programma VCP is een initiatief van de Chronisch
zieken en Gehandicapten Raad Nederland (CG-Raad) en de ouderverenigingen
van mensen met verstandelijke beperkingen. Programma VCP stimuleert op
lokaal niveau de belangenbehartiging van mensen met een handicap of een
chronische ziekte.
1. Algemeen Overleg over de Wmo
Eind september 2007 zal de vaste kamercommissie van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport (VWS) in een Algemeen Overleg (AO) spreken over de Wet
maatschappelijke ondersteuning (Wmo).
In dit AO zullen in ieder geval de resultaten van een rapport over de
Europese aanbesteding in de Wmo aan bod komen. Bovendien worden de
resultaten van een onderzoek besproken in hoeverre de indicatiestelling
voor huishoudelijke verzorging recht doet aan de compensatieplicht.
2. Nieuwe modelverordening individuele voorzieningen Wmo
De Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) komt met een nieuwe model-
verordening individuele voorzieningen Wmo. Hiervoor heeft de VNG overleg
met de landelijke belangenorganisaties.
De VNG schrijft: 'het doel is dat er een aanzet komt tot een nieuwe
modelverordening, gebaseerd op het
bestuurlijke en inhoudelijke uitgangspunt van de Wmo in plaats van op de
uitgangspunten van de Wvg en de AWBZ. Het resultaat van het project moet
zijn een voorstel voor een geheel andere modelverordening.'
Inhoud
1. Algemeen overleg over de Wmo
2. Modelverordening individuele voorzieningen Wmo
3. Knelpunten in de Wmo
4. Indicatie intramurale zorg en HV
5. Cadeautje mantelzorgers in het geding
6. Cliëntenraden Wwb onder zware druk door Wmo
7. Thuiszorg verkeert in problemen
8. SP start publiekscampagne thuiszorg
9. Netto PGB in de Wmo
10. Belangrijke rechterlijke uitspraak voorzieningen Wmo
11. Lokale signalen
12. Aan het woord: Jan Wilgenhof
13. Signalering
14. Contact
In april heeft de CG-Raad een eerste inhoudelijk gesprek gehad met de VNG
over de nieuwe Wmo modelverordening.
De nieuwe modelverordening zal op zijn vroegst eind 2007, begin 2008 gereed
zijn.
In de volgende nieuwsbrief informeert Programma VCP u over de voortgang.
Gemeenten
Veel gemeenten zijn op dit moment al bezig om een modelverordening
individuele voorzieningen Wmo vast te stellen. Dit komt omdat ze in 2007
alle aanvragen conform Wvg en AWBZ hebben afgehandeld. Andere gemeenten
hebben hun verordening - mede op verzoek van de lokale belangenorganisaties
- voor de periode van 1 jaar vastgesteld.
In beide situaties dienen deze gemeenten in de herfst van 2007 een nieuwe
modelverordening aan het college van Burgemeester en Wethouders voor te
leggen. Anders is de nieuwe verordening niet van kracht per 1 januari 2008.
Helaas zullen deze gemeenten nog niet beschikken over de eventuele
verbeteringen in de modelverordening van de VNG.
Wat doen?
Indien uw gemeente voor 2008 een verordening gaat vast stellen, dan kunt u
het volgende doen:
wijs de gemeente erop dat er in 2008 een nieuwe modelverordening
individuele voorzieningen Wmo van de VNG komt;
wijs de gemeente op de uitspraak van de rechter in Groningen (zie elders in
deze nieuwsbrief) en bepleit dat de gemeente de gevolgen van deze uitspraak
op het gebied van indicatiestelling en huishoudelijke verzorging verwerkt
in haar nieuwe modelverordening;
bepleit dat de gemeente haar verordening slechts voor 1 jaar vaststelt,
aangezien er in 2008 een nieuwe modelverordening van de VNG komt. Bovendien
zal er in 2008 de nodige jurisprudentie over de Wmo komen.
Meer informatie in de VCP-handreikingen, getiteld:
'Het toetsingskader Wmo', november 2006
'Strategie richting raad - verordening individuele voorzieningen Wmo',
september 2006
'Reactie op verordening individuele voorzieningen Wmo van de VNG', augustus
2006.
Indien u al een reactie heeft opgesteld op een eerdere Wmo-verordening, dan
kunt u deze reactie aanpassen aan het nieuwe voorstel van de gemeente.
Bovendien kunt u kijken welke van de genoemde knelpunten in de Wmo (elders
in deze nieuwsbrief) ook van toepassing zijn in uw gemeente.
3. Knelpunten in de Wmo
Via www.meldpuntwmo.nl kunt u lezen welke knelpunten er over de Wmo gemeld
zijn.
Hieronder staan de belangrijkste knelpunten over voorzieningen op grond van
een inventarisatie onder consulenten van Programma VCP. Mogelijk kunt u bij
de evaluatie van de Wmo laten onderzoeken of deze knelpunten ook in uw
gemeente voorkomen.
Mocht u deze knelpunten herkennen dan kunt u oplossingen hiervoor inbrengen
bij de gemeente, indien zij een nieuwe verordening individuele
voorzieningen Wmo vast gaan stellen.
Geen compensatieplicht
De gemeente hanteert geen compensatieplicht, maar een ingeperkt Wvg-beleid
en AWBZ-beleid voor de huishoudelijke verzorging. Voorbeelden hiervan zijn:
primaten in de verordening (gedwongen verhuizing)
alleen het verstrekken van sportrolstoelen en niet van andere
sportvoorzieningen.
In dat geval is het verstrekkingenboek ook niet gebaseerd op de
compensatieplicht, maar op de Wvg en huishoudelijke verzorging in de AWBZ.
In een aantal gemeenten is het helaas al voorgekomen dat terminale mensen
niet tijdig hun voorziening krijgen door te lange procedures of discussie
welke instantie de voorziening moet verstrekken.
Huishoudelijke verzorging
Knelpunten in de huishoudelijke verzorging zijn al vaker in de publiciteit
geweest. Vandaar dat we ze hier kort opsommen:
alphahulp in plaats van huishoudelijke verzorging
geen vervanging tijdens de vakantie van de alphahulp
allochtonen, die de Nederlandse taal onvoldoende beheersen leveren
huishoudelijke verzorging
vrijwilligers en uitkeringsgerechtigden leveren huishoudelijke verzorging
geen huishoudelijke verzorging, omdat je een gezonde partner hebt
thuiszorgorganisaties dreigen geen huishoudelijke verzorging meer te
leveren.
PGB
Mensen vragen geen persoonsgebonden budget (PGB) aan, omdat het PGB 75
procent of minder is van de voorziening in natura. Dit in tegenstelling tot
de wet, die zegt dat het PGB vergelijkbaar moet zijn aan een voorziening in
natura.
Het PGB is in een aantal gemeenten geen vrije keuze. De gemeenten bepalen
wie een PGB krijgt.
Mantelzorg
Gemeenten doen een groot beroep op mantelzorgers, die daardoor overbelast
dreigen te raken. Ook krijgen mantelzorgers en vrijwilligers geen
individuele voorziening op grond van de Wmo.
Eigen bijdrage
Gemeenten vragen maximale eigen bijdragen voor voorzieningen, waardoor
mensen met beperkingen in financiële problemen komen. Gemeenten gebruiken
begrippen als forfaitair bedrag en financiële tegemoetkoming om zo weinig
mogelijk aan voorzieningen te hoeven betalen.
Wmo: Uw mening telt!
De landelijke belangenorganisaties willen een beter beeld krijgen van de
aard en omvang van de problemen rond de Wmo. Zo kunnen de
belangenorganisaties de Kamerleden beter informeren over wat goed en wat
niet goed loopt in de dagelijkse praktijk en uitvoering van de Wmo.
U kunt daar bij helpen door uw ervaringen te melden bij het landelijke Wmo
Meldpunt op www.wmomeldpunt.nl. En door uw achterban op te roepen om
ervaringen aan het meldpunt door te geven. Dan kunnen al die meldingen
worden meegenomen naar de Kamerleden.
Het meldpunt verzamelt álle signalen over de Wmo. Dus over problemen bij
een aanvraag, het opheffen van een lokaal platform, maar ook meldingen over
gemeenten waar het goed geregeld is.
Uw melding telt mee als de Tweede Kamer in september de Wmo opnieuw
behandelt. Doe mee en tel mee!
Lees verder op: www.wmomeldpunt.nl.
Bussemaker zit gemeenten achter de broek
Staatssecretaris Jet Bussemaker gaat gemeenten die geen zin hebben om
huishoudelijke verzorging in de vorm van een persoongebonden budget uit te
keren achter de broek zitten. Klanten van de thuiszorg hebben daar recht
op.
VVD-Kamerlid Anouchka van Miltenburg kwam met een lijst van gemeenten die
zich hier met een jantje-van-leiden vanaf proberen te maken. Sommige
gemeenten proberen zelfs klanten van de thuiszorg ertoe te bewegen af te
zien van een persoonsgebonden budget, stelde Van Miltenburg.
De staatssecretaris zei in het overleg met de Tweede Kamer deze vorm van
'naming and shaming' wel over te willen nemen. Ze gaat gemeenten op de
vingers tikken en waar nodig hun besluitvorming terugdraaien. Gemeenten
vinden het uitkeren van de budgetten soms te veel gedoe. Ze zien liever dat
zorginstellingen de hulp in natura leveren.
4. Indicatie intramurale zorg en HV
Mensen die een verblijfsindicatie hebben voor intramurale zorg, maar die
daarvan nog geen gebruik kunnen of willen maken, konden tot 1 januari 2007
thuis huishoudelijke verzorging (HV) krijgen vanuit de AWBZ. Mensen die in
deze situatie komen te verkeren ná 1 juli 2007, krijgen eveneens hun HV
vergoed vanuit de AWBZ (in termen van een zorgzwaarte pakket).
Voor diegene van wie de indicatie afloopt tussen 01-01-2007 en 01-07-2007
zou er een probleem ontstaan omdat er vanuit de AWBZ geen indicatie voor HV
meer gegeven kan worden en een indicatie HV bij de gemeente aangevraagd
moet worden.
Het ministerie van VWS heeft geconstateerd dat er voor die groep mensen een
overgangsregeling moet komen, zodat zij niet opeens te maken krijgen met
twee verschillende aanvragen voor vervolgindicatie: één voor de AWBZ-
functies en één voor de HV (Wmo). VWS heeft de regeling getroffen dat voor
deze groep mensen de indicatie met een aantal maanden administratief moet
worden verlengd.
Doelgroep
De regeling heeft uitsluitend betrekking op cliënten die aan de volgende
criteria voldoen:
de cliënt heeft een indicatie voor verblijf en ontvangt de zorg extramuraal
de indicatie loopt af tussen 01-01-2007 en 01-07-2007
de cliënt vraagt een verlenging met gelijkblijvende zorg.
Het verzoek van de staatssecretaris is om de indicatiebesluiten te
verlengen. Door het bestaande besluit te verlengen wordt voorkomen dat er
een nieuw besluit moet worden afgegeven waarin de HV komt te vervallen.
Tijdelijke beschikking
Als blijkt dat de gemeente de herindicatie van alle overgangscliënten niet
vóór 1 januari 2008 kan afronden, dan kan de gemeente volgens de VNG de
overgangscliënten die voor 1 januari 2008 nog niet zijn geherïndiceerd
voorzien van een tijdelijke ambtshalve beschikking. In deze beschikking
staat dat de cliënt tijdelijk recht op zorg heeft zoals de cliënt dit ook
had onder de AWBZ. Daarnaast zal de beschikking aan moeten geven dat de
gemeente in 2008 nader onderzoek zal doen en hiervoor op korte termijn
contact zal opnemen met de cliënt.
Wmo beschikking HV en WVG
Voor ongeveer 300.000 cliënten loopt eind 2007 het overgangsrecht Wmo af.
Als voortzetting van de huishoudelijke verzorging en Wvg-voorzieningen in
2008 voor deze cliënten nodig is, is het van belang dat zij voor het eind
van 2007 een Wmo-beschikking ontvangen.
De gegevens over de cliënten die op grond van het overgangsrecht
huishoudelijke verzorging krijgen, zijn beschikbaar bij het Centrum
Indicatiestelling Zorg (CIZ). Deze gegevens mogen in het kader van de
privacy niet zomaar overgedragen worden aan gemeenten. Cliënten moeten
hiervoor toestemming geven.
Belangrijk is om spoedig met uw gemeente te overleggen hoe de gemeente de
overgang van deze cliënten naar de Wmo voor het eind van 2007 zo goed
mogelijk regelt.
5. Cadeautje mantelzorgers in het geding
Maar heel weinig mantelzorgers zullen dit jaar het cadeautje van 250 euro
ontvangen. De regeling van ex-staatssecretaris Ross is te ingewikkeld en
tijdrovend.
Het had zo mooi kunnen zijn. In november, op de dag van de mantelzorgers,
zouden 223.000 onbezoldigde verzorgers een cheque van 250 euro ontvangen.
Een cadeautje van de overheid voor het vele werk dat zij doen voor familie,
buren of vrienden.
De uitvoering en het aantal aanvragen vallen zo tegen dat het potje van 65
miljoen euro nagenoeg onaangeroerd blijft.
Mezzo, de belangenorganisatie van mantelzorgers, vindt dat staatssecretaris
Bussemaker de regeling zo snel mogelijk moet aanpassen.
Sinds de mantelzorgvergoeding op 1 april werd ingevoerd, wordt bij de
nieuwe indicatiestelling het werk van de mantelzorger geregistreerd bij het
CIZ. In het nieuwe systeem wordt opgenomen hoeveel en wat voor mantelzorg
iemand ontvangt naast de betaalde AWBZ-zorg. Die gegevens over de
mantelzorg worden tegenwoordig doorgestuurd naar de Sociale
Verzekeringsbank (SVB), die het extraatje voor de onbetaalde helpers
uitkeert.
De regeling die oud-staatssecretaris Ross achterliet, lijkt onwerkbaar. Zo
moeten mensen die al jaren thuiszorg ontvangen een herindicatie aanvragen
om ook een mantelzorgvergoeding te krijgen. En mensen die helemaal geen
zorg uit de AWBZ afnemen, moeten toch een indicatie aanvragen bij het CIZ
als zij hun mantelzorger de 250 euro willen geven.
Ondersteuning mantelzorgers en de vrijwilligerszorg op de tocht
In veel gemeenten staat de ondersteuning van mantelzorgers en de
vrijwilligerszorg op de tocht. Dit komt omdat er sinds de invoering van de
Wmo hiervoor minder geld beschikbaar is dan tot dusverre. Dit staat haaks
op de doelstellingen van de Wmo en staat haaks op het beleidsprogramma van
het kabinet.
Er dreigt een patstelling te ontstaan omdat noch het kabinet noch de
gemeente verantwoordelijkheid neemt voor de ontstane situatie. Veel
Steunpunten Mantelzorg en Vrijwilligerszorg zullen hun aanbod moeten gaan
inkrimpen of zelfs beëindigen. Zij zullen door de terugloop van middelen op
korte termijn medewerkers moeten gaan ontslaan.
6. Cliëntenraden Wwb onder zware druk door Wmo
Er komen steeds meer alarmerende berichten binnen dat cliëntenraden Wet
werk en bijstand (Wwb) worden opgeheven of worden ondergeschoven bij een
algemene cliëntenraad of adviesraad Wmo.
De Landelijke Cliënten Raad (LCR) en het Landelijk overleg cliëntenraden
Sociale Zekerheid (LocSZ) doen een oproep om dit soort gegevens uit de
lokale praktijk door te geven.
Meld uw ervaringen bij de LCR: info@lcr-suwi.nl.
De ervaringen worden gebundeld en meegenomen in een overleg van de LCR met
staatssecretaris Aboutaleb in oktober.
7. Thuiszorg verkeert in problemen
Thuiszorgorganisaties in grote delen van Nederland zitten met de handen in
het haar. Er is een schreeuwend tekort aan huishoudelijke hulpen. In de
gemeente Ede is in september al een zorgstop. In Den Bosch wordt zelfs
kennissen en familie gevraagd of ze willen bijspringen.
Bij de Thuiszorg Centrale Flevoland zijn er 120 vacatures, zegt John
Woudenberg, zorgconsulent bij deze organisatie. Collega-instellingen
spraken ook van een groot aantal openstaande functies. "De situatie is
zorgwekkend", meent hij. "We moeten met steeds minder mensen het werk
doen." Opleiding naar een hoger niveau van bestaande medewerksters en een
gebrek aan motivatie bij mensen met een uitkering zijn er volgens
Woudenberg de oorzaak van dat het aantal vacatures voor eenvoudig
huishoudelijk werk alsmaar oploopt. "Ze zijn in veel gevallen te beroerd om
huishoudelijk werk te doen."
Bij Icare, met thuiszorg actief in Flevoland, Drenthe en Overijssel, valt
het aantal vacatures nog mee, maar over enige tijd zal er een groot tekort
ontstaan aan alphahulpen, zegt Esther van Dalen. Alphahulpen zijn freelance
huishoudelijke hulpen. "Na invoering van de Wmo is het aantal alphahulpen
van 20 naar 80 procent gestegen. Veel van deze medewerksters willen echter
vast werk en zullen een andere werkkring zoeken. We hopen dat gemeenten op
dit punt hun verantwoording pakken. Anders zitten ze binnenkort met een
groot probleem."
Volgens beroepsvereniging Verpleeg-kundigen en Verzorgenden is een slecht
imago van het beroep er de oorzaak van dat openstaande functies niet
vervuld worden. "Daarnaast heeft de invoering van de nieuwe wet tot
onaanvaardbare bezuinigingen geleid", aldus woordvoerster Monique Verkerk.
De overheidscampagne 'Trots op de zorg' moet 6000 nieuwe medewerkers
opleveren.
Ouderen nemen zelf thuiszorg in dienst
Noodlijdende thuiszorgorganisaties zetten cliënten onder druk om hun
vertrouwde thuiszorghulp zelf in dienst te nemen. Dat zadelt cliënten op
met een verantwoordelijkheid die ze niet aan kunnen, zegt de Landelijke
Organisatie Cliëntenraden (LOC). Dat kan hen in financiële problemen
brengen.
Veel thuiszorgorganisaties hebben het moeilijk nu ze geen klanten en dus
geld meer via de gemeente krijgen. Met een truc, via een PGB proberen de
verliezers hun klanten te behouden.
De noodlijdende organisaties hopen dat de klant graag de eigen vertrouwde
thuiszorghulp houdt en zo indirect voor hun bureau kiest. Een klant die
geen PGB wil, moet 1 januari 2008 overstappen naar een door de gemeente
gekozen organisatie.
Werknemers van de organisaties hebben moeite met de 'PGB-truc'. Zij hebben
het gevoel cliënten te moeten 'ronselen' om hun baan te kunnen behouden.
De LOC vreest dat cliënten de administratie niet aankunnen, vooral omdat ze
aan het eind van het jaar moeten verantwoorden waar het geld aan is
uitgegeven. Wie daar niet uitkomt, betaalt uiteindelijk alles zelf of moet
een dure kracht inhuren voor de administratie.
Belangenvereniging voor budgethouders Per Saldo spreekt van oneigenlijk
gebruik van het PGB. Die mensen kiezen niet voor een eigen budget, maar
voor die thuishulp. Ze hebben geen idee wat het inhoudt. De vereniging
voorziet dat de noodgreep thuiszorgorganisaties niet zal redden. Daar is in
veel gemeenten de vergoeding voor een uur huishoudelijke verzorging via een
PGB te laag voor. Als ze het daarvan moeten hebben, gaan ze hartstikke
failliet. En wat moeten die cliënten dan?
8. SP start publiekscampagne thuiszorg
Het comité 'Zorg geen Markt', dat is opgericht door Tweede Kamerlid Agnes
Kant en tientallen mensen die werkzaam zijn in de zorg, is een actie
begonnen onder de slogan: Stop Uitverkoop Thuiszorg!
Op meer dan 15 publieke en commerciële radiozenders worden de komende weken
honderden spotjes uitgezonden met de oproep om de actie te steunen. Ook
wordt er geadverteerd in tijdschriften en op websites.
De verzamelde protesthandtekeningen zullen dit najaar tijdens een
manifestatie in Den Haag worden aangeboden aan het kabinet en de Tweede
Kamer.
Meer informatie: www.zorggeenmarkt.nl.
9. Netto PGB in Wmo
Bij de invoering van de Wmo wilden gemeenten het PGB Wmo netto aan cliënten
kunnen uitkeren (dan zijn eigen bijdragen al van het PGB afgetrokken). Al
snel werd duidelijk dat gemeenten dat volgens de wet niet mochten. Alleen
het Centraal Administratie Kantoor (CAK) mag de eigen bijdrage vaststellen,
opleggen en innen (art.16 Wmo). Gemeenten konden dus alleen een PGB bruto
verstrekken.
Door Per Saldo en gemeenten is aangedrongen om te zoeken naar een manier
waarop gemeenten, binnen de kaders van de wet, toch een netto PGB konden
uitvoeren.
Oplossing
De VNG, Per Saldo en het CAK zijn tot de onderstaande oplossing gekomen. In
deze variant worden de budgethouder en gemeenten zo min mogelijk
administratief belast.
Gemeenten vragen aan het CAK om over de te verstrekken netto PGB's de eigen
bijdrage te berekenen.
Het CAK berekent de maximale eigen bijdragen en stuurt een kennisgeving en
beschikking aan de PGB-houder.
Het CAK bericht aan gemeenten de berekende maximale eigen bijdragen voor de
PGB's in een periodiek overzicht per gemeente.
De gemeente kan aan haar burger een netto PGB uitkeren.
Tussen de gemeenten en het CAK volgt geen onderlinge verrekening van de
eigen bijdragen ten aanzien van de PGB.
Een gemeente kan het administratieve proces rond de netto PGB's uitbesteden
aan een derde partij, nadat de netto-variant berekend is.
De gemeente kan vanaf 1 augustus 2007 een netto PGB uitkeren, maar hoeft
dat niet te doen. Omdat een netto PGB voor klanten veel inzichtelijker is,
kunt u als lokale belangenorganisatie er op aandringen bij de gemeente om
met een netto-PGB te werken.
PGB onbekend
Meer dan 40 procent van mensen met een beperking kent het persoonsgebonden
budget (PGB) niet. Zo blijkt uit de SCP-publicatie 'Meedoen met
beperkingen. Rapportage gehandicapten 2007' die op 10 juli is verschenen.
Uit het rapport blijkt verder dat mensen met een ernstige (chronische)
beperking hun PGB voornamelijk inzetten op het gebied van huishoudelijke
verzorging (97%), persoonlijke verzorging (21%) en verpleging (14%). Meer
dan de helft van deze mensen (56%) koopt zorg in bij een particuliere hulp.
Een derde van deze budgethouders betaalt informele hulpen uit het PGB en
bijna 25 procent de thuiszorg.
Uit het onderzoek blijkt dat bijna alle budgethouders met een matige tot
ernstige (chronische) beperking tevreden zijn met de hulp die zij inkopen
met het PGB. Meer dan 75 procent van deze mensen vindt wel dat een PGB voor
veel administratieve rompslomp zorgt en 61 procent van deze budgethouders
vindt het moeilijk om goede hulp te vinden.
Meer informatie over dit onderzoek vindt u op www.scp.nl.
10. Belangrijke rechterlijke uitspraak voorzieningen Wmo
Het college heeft een persoonsgebonden budget (PGB) toegekend voor
huishoudelijke verzorging. Hierbij valt belanghebbende in klasse 1 (HV1),
waarbij 0 tot en met 1,9 uur hulp per week kan worden toegekend. Het PGB
bedraagt 10,87 euro per uur.
De voorzieningenrechter van de rechtbank in Groningen overweegt dat, gelet
op artikel 4 Wmo, niet alleen kan worden uitgegaan van de vraag van
belanghebbende. Hiermee heeft het college een te beperkte invulling gegeven
aan haar eigen verantwoordelijkheid in het kader van de Wmo. Die eigen
verantwoordelijkheid brengt mee dat, rekening houdend met de hulpvraag van
de belanghebbende, op grond van een zelfstandig onderzoek door het college
de zorgbehoefte van de belanghebbende wordt vastgesteld.
Onderdeel van de compensatieverplichting is dat zorgvuldig onderzoek wordt
gedaan naar de beperkingen en zorgbehoefte van belanghebbende en de (omvang
van de) voorzieningen die getroffen moeten worden. Van het college mag
worden verwacht dat op inzichtelijke en toetsbare wijze onderzoek wordt
gedaan naar de (aard van de) beperkingen en de omvang van de voorzieningen
die noodzakelijk zijn om de beperkingen van de belanghebbende op te heffen
of te verminderen. Het college heeft de indicatiestelling ter beoordeling
van aanvragen voor huishoudelijke verzorging in het kader van de Wmo niet
uitbesteed. Het rapport voor deze aanvraag is opgesteld door een bij de
gemeente werkzame ambtenaar. Dit rapport voldoet om de volgende redenen
niet aan de eisen die daaraan mogen worden gesteld:
op basis van het advies kan niet worden vastgesteld of de rapporteur over
de deskundigheid beschikt om een indicatie te stellen;
uit het advies kan niet worden afgeleid of de indicatiestelling aan de hand
van een protocol of bepaalde richtlijnen heeft plaatsgevonden;
uit het advies kan niet worden opgemaakt welke activiteiten zijn ondernomen
om tot de indicatie te komen.
Het beleid van de gemeente is dat, bij een eenpersoonshuishouden en een
huis met twee kamers, de omvang van indicatie 1 x 3 uur per 14 dagen of 90
minuten per week bedraagt. Door het college is niet inzichtelijk gemaakt
waar deze normen op zijn gebaseerd. Voorts lijkt bij deze normstelling geen
ruimte te zijn gecreëerd voor het meewegen van de omstandig-heden van het
individuele geval, behoudens een beperkt aantal opgesomde
uitzonderingsgevallen. Met dit beleid heeft het college op onjuiste wijze
invulling gegeven aan de op haar rustende compensatieverplichting.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat niet valt in te zien dat het PGB
van 10,87 euro per week voldoende kan zijn om de geïndiceerde hulp in te
kopen. Hierbij wordt in aanmerking genomen dat de bij de
voorzieningenrechter bekende PGB-tarieven 2007 voor de AWBZ aanmerkelijk
hoger liggen.
Tenslotte stelt de voorzieningenrechter dat de motivering, die op grond van
artikel 26 Wmo in de beschikking moet worden opgenomen, ontbreekt. Het
college heeft dan ook de op haar rustende motiverings-plicht geschonden.
Uw gemeente?
Deze uitspraak is mogelijk ook in uw gemeente van belang. Wel is het zo dat
een andere rechter in een vergelijkbare situatie toch een andere uitspraak
kan doen.
De uitspraak kan op uw gemeente van toepassing zijn indien de gemeente
hetzelfde of een lager PGB hanteert als deze gemeente. De uitspraak is ook
van toepassing op gemeenten, die bij de indicatiestelling geen onderzoek
doen naar de beperkingen en op grond daarvan noodzakelijke voorzieningen.
Bovendien dient de indicatiesteller volgens deze uitspraak te beschikken
over de deskundigheid om een indicatie te stellen volgens protocollen of
richtlijnen.
11. Lokale signalen
1. Almere - problemen inning eigen bijdrage
Zo'n 3500 mensen uit Almere wachten al sinds het begin van dit jaar op de
inning van de eigen bijdrage in het kader van de Wmo.
1. Arnhem - Wmo Meldweek
De Gehandicaptenraad Arnhem (GRA) en MEE Gelderse Poort hebben samen een
eerste onderzoek gedaan naar de Wmo-ervaringen bij cliënten in Arnhem. Dit
hebben zij gedaan tijdens een Wmo-meldweek.
Tijdens de Wmo-meldweek:
zijn 1000 enquêtes verstuurd naar een breed bestand van de gemeente Arnhem
en MEE
konden burgers bellen, mailen en chatten
was er de mogelijkheid om een huisbezoek aan te vragen.
Enkele knelpunten
Verplaatsen
Veel cliënten gaven aan problemen te hebben met verplaatsing via bus en
trein:
openbaar vervoer wat niet goed toegankelijk is voor mensen die gehandicapt
zijn
stations die niet goed bereikbaar zijn
ontevredenheid over de regiotaxi en Valys.
Problemen met verplaatsingen beperkt de mobiliteit van mensen met een
beperking, maar beperkt hun vooral in hun sociale contacten en in hun
deelname aan de maatschappij.
Meedoen in de samenleving
Het aanbod op het gebied van sport- en ontspanningsactiviteiten voor mensen
met een beperking is minimaal.
Het blijft moeilijk om je goed te informeren over het aanbod wat er
mogelijk is voor gehandicapten op het gebied van sport, cultuur,
ontmoeting. De gemeentegids is niet toereikend. Een ontmoetingsplek voor
mensen met een chronische ziekte of een verstandelijke handicap wordt
gemist. Buurthuizen zijn niet toegankelijk voor deze doelgroepen.
Gemeentelijk loket
Het gemeentelijk loket is niet voor iedereen bereikbaar. Veel opmerkingen
zijn gemaakt over de slechte bejegening en communicatie, te weinig privacy
en te lange wachttijden bij het loket.
Overleg met de gemeente Arnhem
De resultaten van de enquêtes, telefoontjes en huisbezoeken zijn besproken
met verantwoordelijke beleidsmedewerkers van de gemeente Arnhem.
1. Bolsward - samen gezellig eten
In Bolsward is in het kader van de Wmo een project gestart: Samen gezellig
eten.
Doelstelling is om voor een groep die in een geïsoleerde situatie zit met
regelmaat een 'tafeltje dekje' te organiseren. Hierdoor kunnen mensen die
geïsoleerd leven of weinig financiële mogelijkheden hebben uit hun
isolement worden gehaald en een gezellige avond met een goedkoop diner
beleven.
1. Breda - aanpassing tarief PGB Wmo
De Gemeente Breda past de hoogte van het persoonsgebonden budget (PGB) voor
de huishoudelijke verzorging in de Wmo aan.
De tariefswijziging is een aanzienlijke verbetering voor burgers die lichte
huishoudelijke verzorging krijgen. Het PGB voor deze categorie wordt
verhoogd van 11,40 naar 17,40 euro per uur. De gemeente Breda hanteert dit
nieuwe tarief met terugwerkende kracht vanaf de datum van toekenning.
Burgers met een PGB voor zware huishoudelijke verzorging gaan echter minder
ontvangen. Dit bedrag wordt 17,40 euro (was 18,23 euro) per uur. Het nieuwe
tarief gaat, voor burgers die op dit moment een persoonsgebonden budget
ontvangen, in op 1 november 2007.
Breda was al de eerste gemeente die afziet van de verantwoording van het
PGB door de budgethouders.
1. Den Bosch - debat Wmo als een rechtszaak
Een rechter, twee advocaten, een paar getuigen, een jury en kruisverhoren;
niet iets wat je zou verwachten in een debat over de Wmo.
De gemeente Den Bosch en zorginstelling Divers hebben op een ongewone
manier discussie gevoerd over de Wmo.
De stelling die in het 'kort geding' werd behandeld: 'Zorginstellingen
missen de sociale infrastructuur in de wijk. Dit werkt belemmerend voor de
participatie van mensen met een beperking. Het is hoog tijd dat het
welzijnswerk zijn verantwoordelijkheid ten aanzien van deze doelgroep
neemt.' Ofwel, mensen met een verstandelijke en lichamelijke handicap
kunnen niet genoeg meedoen in de wijk. En dat terwijl 'meedoen' één van de
doelen is van de Wmo.
1. Dordrecht - Wmo-stage gemeenteraad
Gemeenteraadsleden in Dordrecht gaan stage lopen bij circa 15
maatschappelijke instellingen in de stad om een bijdrage te leveren aan het
beleidsplan Wmo. Stageadressen zijn bijvoorbeeld het Leger des Heils,
thuiszorgorganisaties en woningcorporaties.
De ervaringen van de stagiaires worden beschreven in het boekje 'Stage in
de stad' (deel 3) dat in het najaar, als de stages zijn afgerond, wordt
gemaakt. Meer informatie: www.dordrecht.nl/raad.
1. Haaren - aanvullende gemeente-lijke overgangsregeling Wmo
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Haaren heeft
ingestemd met de 'Aanvullende gemeentelijke overgangsregeling Wmo (2007)'.
Deze regeling houdt in dat cliënten in 2007, bij een ongewijzigde situatie,
dezelfde huishoudelijke verzorging ontvangen, zoals zij die onder de AWBZ
ontvingen. Dus als er geen wijzigingen zijn opgetreden in de persoonlijke
situatie, behouden de cliënten uit de gemeente, na herindicatie, hetzelfde
aantal uren huishoudelijke verzorging zoals voorheen. Ook het PGB verandert
niet. De nieuwe situatie zal voor hen pas ingaan op 1 januari 2008.
1. Hoorn vraagt geen eigen bijdrage Wmo
De gemeente Hoorn gaat voorlopig geen eigen bijdrage vragen voor
individuele voorzieningen in de Wmo. De gekozen variant van de eigen
bijdrageregeling is voor het Centraal Administratie Kantoor (CAK) te
ingewikkeld om nu al uit te voeren.
In de Verordening maatschappelijke ondersteuning heeft de gemeenteraad
vastgelegd dat mensen die hulp bij het huishouden of een individuele
voorziening (met uitzondering van rolstoelen) ontvangen daarvoor een eigen
bijdrage betalen.
Variant
De raad heeft in december 2006 gekozen voor een variant waarin mensen met
een inkomen tot 120 procent van het voor hen geldende sociale minimum geen
eigen bijdrage zouden hoeven te betalen. Bij een inkomen boven 120 procent
wordt een inkomensafhankelijke eigen bijdrage gevraagd.
Nieuwe problemen
Het (CAK) dat de eigen bijdrage berekent en int, kan deze variant tot zeker
januari 2008 niet uitvoeren. Het bleek lastig om mensen met een inkomen tot
120 procent te compenseren. Iedere oplossing leek nieuwe problemen met zich
mee te brengen, zoals klantonvriendelijkheid, rechtsongelijkheid of een te
zware belasting voor de uitvoerders.
Teruggestort
De gemeente Hoorn heeft er nu voor gekozen dat mensen met een individuele
voorziening geen eigen bijdrage hoeven te betalen. Alle aanmeldingen die
tot nu toe bij het CAK zijn gedaan voor individuele voorzieningen worden
ingetrokken en wie de eigen bijdrage al had betaald, krijgt het bedrag
teruggestort.
1. Krimpen aan den IJssel helpt vrijwilligersorganisaties
De gemeente Krimpen aan den IJssel constateert dat het
vrijwilligersorganisaties maar moeilijk lukt genoeg vrijwilligers te
vinden.
Om de vrijwilligersorganisaties te ondersteunen heeft de gemeente een
subsidieregeling in het leven geroepen. Vrijwilligersorganisaties kunnen
hier terecht voor subsidies en mogelijk ook trainingen en cursussen. Per
jaar stelt de gemeente 8.000 euro ter beschikking.
1. Nuth - Wmo vervoer gratis
Met ingang van 1 juli is in de gemeente Nuth het vervoer met de Regiotaxi
voor 65 plussers met een Wmo-indicatie in de daluren gratis. Het gratis Wmo-
vervoer is een onderdeel van het eerder gestarte experiment 'Gratis
Openbaar Vervoer voor ouderen'. In dit kader reizen senioren gratis met de
bus tijdens daluren.
Dit experiment is een initiatief van Parkstad Limburg, gemeente Nuth en het
ministerie van Verkeer en Waterstaat. Het experiment met het gratis Wmo
vervoer loopt - net als het experiment met gratis busvervoer - tot 31
december 2007. Dan zal bekeken worden of er meer senioren gebruik maken van
het openbaar vervoer. Dan wordt besloten of het wenselijk en mogelijk is om
ook in de toekomst het openbaar vervoer gratis aan te bieden.
1. Rotterdam - extra geld voor mantelzorg
Rotterdammers die langdurig een zieke of gehandicapte naaste verzorgen,
krijgen de komende jaren extra hulp van de gemeente Rotterdam. Het
gemeentebestuur heeft daarvoor 2,4 miljoen euro uitgetrokken.
Rotterdam heeft zo'n zestigduizend mantelzorgers. Er zijn vier groepen die
speciale aandacht van de gemeente krijgen.
verzorgers van mensen met dementie
allochtone mantelzorgers
mantelzorgers van patiënten met een psychische aandoening
ex-mantelzorgers.
Mantelzorgovereenkomst
Rotterdammers die een zieke of gehandicapte naaste verzorgen, kunnen met
hun deelgemeente een zogenaamde mantelzorgovereenkomst afsluiten. Ze hebben
dan recht op ondersteuning. Die ondersteuning kan heel verschillend zijn.
Zo krijgt de ene mantelzorger een pas om gratis te parkeren bij het huis
waar de zorg wordt verleend. Een ander krijgt sneller hulpmiddelen of kan
cursussen en trainingen volgen. Als het de verzorger even te veel wordt of
als hij bijvoorbeeld op vakantie gaat, regelt de deelgemeente professionele
vervanging. Andere mogelijkheden zijn extra kinderopvang en
boodschappenhulp. De deelgemeente helpt eventueel ook bij administratieve
zaken, zoals de aanvraag van voorzieningen.
SCP voorziet groei van aantal mantelzorgers
Tussen 2006 en 2020 neemt het aantal informele zorgverleners toe van 1,4
tot 1,6 miljoen. Dat is een van de conclusies uit de SCP-publicatie
'Blijvend in balans'. Hierin wordt een beeld geschetst van het toekomstige
aanbod en het gebruik van informele zorg.
Ongeveer 200.000 65-plussers helpen zieke of gehandicapte familieleden,
vrienden of bekenden. Het Sociaal Plan Bureau (SCP) merkt dat deze groep
mantelzorgers in aantal het snelst stijgt. Het is ook een kwetsbare groep,
die vaker last heeft van gezondheidsproblemen.
De toename van het aantal ontvangers van mantelzorg groeit naar verwachting
met drie procent, terwijl het aantal helpers stijgt met twaalf procent. De
ontvangers zullen in dat geval meer helpers tot hun beschikking hebben,
maar of de zorg voldoende is, blijft een vraag.
Meer informatie: www.scp.nl.
1. Terneuzen - Zorgsaam betaalt zieke alphahulp zelf
Cliënten van Zorgsaam in Zeeuws-Vlaanderen hoeven niet zelf het salaris van
hun alphahulp betalen wanneer die door ziekte geveld is. Zorgsaam neemt,
net als in het verleden het geval was, de betaling van de hulpen voor haar
rekening.
Volgens de directeur van de Zeeuws-Vlaanderse zorginstelling zullen de
tekorten van zijn instelling door het bekostigen van de ziektegelden van de
alphahulpen verder oplopen. "Duidelijk is wel dat we ook voor dit probleem
in samenspraak tussen zorgverzekeraars en gemeenten een oplossing moeten
vinden. We kunnen de medewerkers niet laten vallen, maar ook de patiënten
niet", aldus de directeur.
1. Uithoorn - notitie participatie Wmo
De Seniorenraad en de Participatieraad Gehandicapten Uithoorn hebben
gezamenlijk een notitie over participatie Wmo in de gemeente geschreven.
Ook interessant voor andere belangen-organisaties.
De Seniorenraad en de Participatieraad Gehandicapten Uithoorn stellen voor
om de participatie Wmo te laten plaatsvinden via een zogenoemde
Participatieraad. Deze Participatieraad bestaat uit deskundige
vertegenwoordigers van belangenorganisaties op het gebied van welzijn en
zorg en enkele onafhankelijke deskundigen. De leden van deze
Participatieraad dienen opvattingen en wensen van de burgers over
onderwerpen in deze raad in te brengen. Bovendien dienen zij de
beleidsontwikkeling en besluitvorming in de politieke organen optimaal te
beïnvloeden.
Overigens is professionele ondersteuning van de Participatieraad
noodzakelijk.
De mogelijkheid om ad hoc deskundigheid bij bepaalde zaken te betrekken
moet ook bestaan.
De Seniorenraad en de Participatieraad vinden dat participatie in een veel
eerder stadium van het beleidsontwikkelings- en besluitvormingsproces moet
plaats vinden dan nu gebruikelijk is. Dit kan via ambtelijk overleg. Het
overleg zou voor beide partijen vanuit een open situatie moeten
plaatsvinden, overigens met inachtneming van ieders eigen
verantwoordelijkheid. Door dit overleg ontstaat waarschijnlijk een breder
draagvlak voor de uiteindelijke besluitvorming. 'Politiek' overleg tussen
bijvoorbeeld de wethouder of fracties uit de gemeenteraad en de
Participatieraad, kan het participatieproces stroomlijnen.
Welk overleg ook plaatsvindt, het zal altijd mogelijk moeten zijn dat de
Participatieraad toch een afwijkend standpunt inneemt.
12. Aan het woord: Jan Wilgenhof
Cliëntenparticipatie Wmo levert resultaten op
In Lochem is CliëntenParticipatie Lochem (CLP) belangenbehartiger op het
gebied van de Wmo en de Wet werk en bijstand (Wwb). Voorzitter Jan
Wilgenhof vertelt welke resultaten het CLP heeft bereikt op het gebied van
de Wmo en hoe zij dat hebben gedaan.
Hoe is het cliëntenplatform samengesteld?
CPL heeft elf leden. Deze mensen met verschillende kwaliteiten zetten zich
in voor de Wmo en de Wwb. Zij beschikken onder andere over
ervaringsdeskundig-heid, inzicht in de gemeentelijke organisatie,
bestuurlijke ervaring en kennis op het gebied van toegankelijkheid en
inkomen. De gemeente heeft Jan Wilgenhof aangesteld als betaald
onafhankelijk voorzitter.
Voorzitter Jan Wilgenhof: "Mijn belangrijkste taak is om voor een goed
functionerend orgaan te zorgen. Het orgaan moet voldoende bemenst zijn,
zonder veel verloop. Dit is in ieder geval gelukt. We zijn nu al vanaf het
begin met dezelfde groep bij elkaar. CLP bestaat nu drie jaar. De niet-
ervaringsdeskundigen verzetten het meeste werk. Voor de
ervaringsdeskundigen is de tijdsinvestering door alle problemen die zij
zelf al hebben soms te veel. Wel hebben we goed gebruik gemaakt van datgene
wat de ervaringsdeskundigen zelf ondervinden."
Wat doet CPL op het gebied van de Wmo? Wilgenhof: "Vanaf januari 2006
hebben we besloten ons volledig in te gaan zetten voor het Wmo beleid. Onze
eerste stap was om zo veel mogelijk partijen uit te nodigen. Dat waren niet
alleen directe gebruikers van de Wmo, maar ook welzijnsinstellingen.
Hieruit is een groep mensen ontstaan die regelmatig bij elkaar komt. Dit
noemen wij de filoclub. Ook hebben we medewerkers van Programma VCP en
Zorgbelang gevraagd ons te ondersteunen. Dit hebben ze vanaf het begin
gedaan."
"Vervolgens hebben we een model opgesteld voor zowel burgerparticipatie als
cliëntenparticipatie. Dit model hebben we verzonden naar de gemeente. Het
heeft maanden geduurd voordat we hier een reactie op kregen. Dit kwam
doordat er wisselingen waren bij de projectleider en wethouder Wmo."
"Bij de nieuwe wethouder en projectleider hebben wij ons direct bekend
gemaakt. In het begin liep dit niet zo goed. Daar is toch verandering in
gekomen. CLP heeft namelijk een paar keer bij de commissie ingesproken dat
er geen sprake was van cliëntenparticipatie. Dit is echter wel een
verplichting op grond van de wet. We onderhielden goede contacten met de
politiek. We maakten dus dankbaar gebruik van het duale stelsel van de
gemeente. We stuurden veel brieven naar de verantwoordelijk ambtenaren en
gingen met ze praten."
"Op het moment dat de gemeente de verordening individuele voorzieningen Wmo
ging maken, was er nog nauwelijks sprake van cliëntenparticipatie.
Na weer ingesproken te hebben, werden ambtenaren en wethouder door de
commissieleden onder druk gezet om meer met ons samen te werken."
Hoe heeft CLP invloed uitgeoefend op de Wmo verordening?
De ambtenaren vertelden dat de Wmo beleidsarm ingevoerd zou worden. Dit
betekende eigenlijk dat de bestaande Wvg verordening werd omgezet in de
verordening Wmo van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten.
Jan Wilgenhof: "Wij hebben als uitgangspunt steeds de modelverordening van
Programma VCP genomen. Zonder deze handreiking hierover hadden we veel
minder bereikt dan nu het geval is.
Wij hebben de verordening beoordeeld en kwamen tot maar liefst 87
opmerkingen. Velen daarvan waren zeer principieel."
"We hebben toen alle commissie- en raadsleden uitgenodigd. Er kwamen
ongeveer 35 personen op deze bijeenkomst. Daar hebben we al onze
standpunten uitgelegd. Voordeel voor ons was dat de wethouder en de
ambtenaar nog niet met de commissie over de Wmo verordening hadden
gesproken. De commissie- en raadsleden waren zeer onder de indruk van onze
deskundigheid. De commissieleden hebben grote druk uitgeoefend op de
wethouder en ambtenaren. Opeens werden we bij alles betrokken en voor
allerlei besprekingen uitgenodigd."
Hoe ziet de verordening Wmo er dankzij jullie uit?
Wilgenhof: "Uiteindelijk zijn niet alle 87 punten overgenomen. De gemeente
had er namelijk voor gekozen om de Wmo voorlopig beleidsarm in te voeren.
Een paar zeer belangrijke punten hebben we gelukkig wel kunnen realiseren.
1. De verordening kende geen einddatum. De verordening heeft nu een
looptijd van twee jaar.
2. Het begrip compensatiebeginsel is veranderd in compensatieplicht.
Daarnaast heeft de gemeente met ons afgesproken dat wij in de komende tijd
regelmatig met de ambtenaren in gesprek gaan. Onderwerp van gesprek is de
overgang van een beleidsarme naar beleidsrijke Wmo."
"Hierna heeft de gemeente de beleidsregels Wmo vastgesteld. Hier zijn we
gelukkig vanaf het begin beter bij betrokken. Ook hierop hadden wij weer
veel opmerkingen, maar liefst 68. Bijna al deze opmerkingen zijn door de
gemeente overgenomen. Een prachtig resultaat en echt een verbetering voor
de gebruikers!"
Tot slot?
Wilgenhof: "Ik moet wel zeggen dat het nu een stuk drukker voor ons is. We
moeten er veel tijd in steken. Maar het is het allemaal wel waard geweest.
We zijn erg tevreden met wat we hebben bereikt.
Ik ben er trots op dat we uithoudings-vermogen en deskundigheid hebben
getoond."
13. Signalering
Wmo-Sporttas
Gemeenten zijn druk bezig met de uitvoering van de Wmo. In de wet is sport
en bewegen niet opgenomen. Ondanks dat gaan er steeds meer stemmen op dat
sport en bewegen een bijdrage kan leveren bij het (kunnen) voldoen aan de
wettelijke verplichtingen. De vraag is hoe en wat?
In mei 2006 heeft het Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen (NISB) de
brochure 'Kansen voor sport en bewegen in de Wmo' uitgebracht. Hierin staan
mogelijkheden beschreven, vooral vanuit het gezichtspunt van de sport en
beweegsector. Een rondgang langs Wmo-beleidsplannen leert echter dat bij
maar vier procent van de gemeenten sport en bewegen een plek heeft
gekregen. Om meer gemeenten aan te zetten sport en bewegen op te nemen in
de Wmo heeft het ministerie van VWS NISB de opdracht gegeven om een
zogenoemde 'Wmo-Sporttas' samen te stellen. De bedoeling hiervan is om
gemeenten op de volgende boodschap te wijzen:
'Wmo is een uitstekende aanleiding voor ontwikkeling van integraal beleid.
Sport en bewegen kan daarbij bij uitstek als uitstekend vehikel dienen om
sociale en maatschappelijke participatie gestalte te laten krijgen'.
De verwachting is dat de sporttas medio september klaar is. Tijdens de
Ontmoetingsdag Sport en Bewegen op 16 oktober a.s. besteedt NISB uitgebreid
aandacht aan de tas.
Meer informatie: rob.aldenkamp@nisb.nl of (0318) 490900.
Innovatiefonds gaat niet door
Tijdens het congres 'delen in verandering' op 31 januari 2007 heeft de
toenmalige staatssecretaris aangekondigd dat er een innovatiefonds zou
komen om de vernieuwing in de Wmo te stimuleren. De afgelopen maanden heeft
de staatssecretaris gezocht naar de wijze waarop die vernieuwing
daadwerkelijk gestalte kan krijgen. Het subsidiëren van innovatieve
projecten is echter niet haalbaar gebleken; het druist zelfs in tegen
kabinetsbeleid dat beoogt het aantal specifieke uitkeringen aan gemeenten
terug te dringen. Dit betekent dat innovatie in de Wmo op een andere manier
dan via subsidiëring gestalte zal gaan krijgen.
Op welke wijze het ministerie van VWS in 2007 en daarna vernieuwing wil
stimuleren, zal na de zomer op de website www.invoeringwmo.nl bekend worden
gemaakt.
Toelichting eigen bijdrage Wmo
U kunt via het gratis nummer 0800-1925 de CAK-brochure 'Toelichting eigen
bijdrage Wmo' opvragen.
Onderzoek naar effectieve burgerparticipatie
Pauline Heijkoop heeft de burger-participatie in de Wmo in de gemeente
Boskoop onderzocht. Een van de onderzoeksvragen van haar afstudeer-
onderzoek was, of de burgers tevreden zijn over hun inbreng bij de
invoering van de Wmo.
Daarnaast heeft zij onderzocht hoe de gemeente Boskoop de
burgerparticipatie zo effectief mogelijk kan maken.
Beide onderzoekvragen worden beantwoord in het rapport 'Werken aan
burgerparticipatie. De totstandkoming van een Wmo-raad'.
Wees helder in de begrippen die je gebruikt, vermijd 'ambtelijk'
taalgebruik en maak verwachtingen van de gemeente, burgers en de Wmo-raad
over elkaar duidelijk. Dit zijn enkele adviezen aan gemeenten om de
burgerparticipatie in de Wmo zo effectief mogelijk vorm te geven.
Een opvallende uitkomst van het onderzoek is verder dat de burgers in
Boskoop de Wmo-raad als leidend zien in de besluitvorming in plaats van de
gemeenteraad.
Het rapport is te vinden op www.invoeringwmo.nl onder 'kennis & praktijk'.
14. Contact
Ondersteuning
Heeft u een vraag voor ondersteuning bij lokale belangenbehartiging? Neem
dan contact op met de VCP-consulent bij u in de buurt of met één van de
regiomanagers van Programma VCP.
Jan Fousert - regio Noord (Groningen, Friesland, Drenthe, Overijssel,
Flevoland), 06 52540644, jfousert@programmavcp.nl
Astrid van Koppen - regio West (Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht
Zeeland), 06 46166297, avankoppen@programmavcp.nl
Jan van den Baard - regio Zuid Oost (Gelderland, Noord-Brabant, Limburg),
06 46733073, jvandenbaard@programmavcp.nl.
Aanmelden
Aanmelden en afmelden voor de Wmo Nieuwsbrief kan door dit in een
e-mailbericht te melden aan info@programmavcp.nl.
De volgende Wmo Nieuwsbrief verschijnt in oktober 2007.
Colofon
Redactie en opmaak: Sandra Overbeek
Reactieadres: Programma VCP
Postbus 1035, 3500 BA Utrecht
E-mail: info@programmavcp.nl
Website: www.programmavcp.nl
Chronisch zieken en Gehandicapten Raad Nederland