Gemeente Den Haag

|Datum | |

|                                           |12 september 2007            |
|                                           |                             |
|                                           |                             |
|                                           |                             |
|                                           |                             |
Stad loopt voor op andere grote steden en landelijke trend Beroep op bijstand in Den Haag op laagste niveau sinds dertig jaar

Het aantal mensen met een bijstandsuitkering in Den Haag is historisch laag. Eind juni waren er nog maar 17.420 huishoudens onder de 65 jaar met een bijstandsuitkering, de laagste stand sinds dertig jaar. Dertig jaar geleden telde Den Haag ongeveer evenveel mensen in de bijstand, bij een vergelijkbaar aantal inwoners (rond 475.000).

Den Haag ligt bovendien voorop met het verder terugdringen van het aantal mensen in de bijstand. In de eerste helft van dit jaar is een daling van 5,7 procent gehaald; meer dan in de andere grote steden en landelijk gemiddeld. Op 30 juni 2007 moest 9 procent van alle Haagse huishoudens zien rond te komen van een bijstandsuitkering. In Rotterdam was dat 13,5 procent, in Amsterdam 9,5 procent. Anderhalf jaar geleden zat in Den Haag nog 10,1 procent van de huishoudens in de bijstand. Wethouder Henk Kool van Sociale Zaken, Werkgelegenheid en Economie is trots. ,,Bij mijn aantreden in het voorjaar van 2006 heb ik mij ten doel gesteld om alle Hagenaars zoveel mogelijk op eigen benen te laten staan. Want het is mijn stellige overtuiging dat werk de beste weg uit armoede en isolement is. Natuurlijk zit de economie mee, maar Den Haag, door de vele overheidsinstellingen toch vooral een schrijftafelstad, profiteerde daar traditioneel minder van dan de andere steden. Dankzij de inspanningen van de sociale dienst om mensen aan het werk te helpen is het nu andersom." Een van de oorzaken voor de sterke daling van het aantal mensen in de bijstand is dat in Den Haag jongeren tot 27 jaar alleen bij hoge uitzondering nog een bijstandsuitkering krijgen. Jongeren die afhaken op school worden opgespoord en als het even kan teruggestuurd naar school. Kan dat niet, dan moeten ze aan het werk. Wie daarvoor onvoldoende vaardigheden heeft, krijgt een re-integratietraject aangeboden om deze alsnog aan te leren. Voor alleenstaande (tiener)moeders met jonge kinderen zijn er speciale trajecten, waarbij ook kinderopvang hoort. Het aantal jongeren in de bijstand is zodoende teruggelopen van bijna 2500 in februari 2006 tot 1760 in juni 2007. Dat is een daling van bijna 30 procent. Den Haag ligt goed op schema bij het vervullen van de opdracht om op 1 januari 2008 niet meer dan 16.730 huishoudens in de bijstand te hebben; 3200 minder dan in de zomer van 2006. Daarna moet de sociale dienst er echter opnieuw een schep bovenop doen. Als gevolg van een akkoord tussen het ministerie van Sociale Zaken en de Vereniging Nederlandse Gemeenten moet het aantal bijstandsuitkeringen op 1 januari 2012 zijn teruggebracht tot 14.000. Tegelijkertijd bezuinigt het kabinet fors op het budget voor re-integratie. Voor Den Haag betekent dit een daling van 4,3 miljoen euro in 2008, oplopend tot 25 miljoen euro minder in 2011. Wethouder Kool erkent dat dit grote druk legt op zijn sociale dienst. Toch wil hij nog een stap verder gaan. Uiteindelijk wil hij bereiken dat alleen mensen, die op geen enkele andere manier dan via de bijstand in hun inkomen kunnen voorzien, een uitkering krijgen. Daarom wil Kool al in het voorjaar van 2010 minder dan 15.000 huishoudens in de bijstand hebben. Bovendien wil hij tienduizend banen scheppen. Om deze doelen te realiseren, begint dit najaar het programma 'De Haagse Slag'. Naarmate het beter lukt om mensen uit de bijstand te houden, wordt het moeilijker om de 'blijvers in de bijstand' terug te krijgen naar de arbeidsmarkt. De sociale dienst gaat daarom extra aandacht geven aan groepen die moeilijk naar werk te bemiddelen zijn, zoals alleenstaande ouders en alleenstaande mannen van 27 tot 49 jaar. De arbeidsplicht blijkt belangrijk te zijn voor de werkhouding van bijstandsgerechtigden. Dat leert 'Bijstandsnormen', een langlopend onderzoek van de dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid van Den Haag dat volgende week verschijnt. Bij mensen die de plicht hebben te solliciteren is de bereidheid om werk te aanvaarden heel groot, zelfs als dat werk beneden hun niveau ligt of nauwelijks financiële vooruitgang oplevert. Die uitkomst is koren op de molen van wethouder Kool. Hij is groot voorstander van de sollicitatieplicht en heeft zich daarom ook tegen het kabinetsplan gekeerd om alleenstaande moeders met kinderen onder de vier vrijstelling te geven van deze plicht.

Voor nadere informatie (uitsluitend voor de redactie): Directie Voorlichting en Externe Betrekkingen, Milja de Zwart, telefoon 070 - 353 2018

MdZ/RT/07/172


---- --
Ontwikkeling bijstandsvolume Den Haag eerste halfjaar 2007


1 Belangrijkste ontwikkelingen

. Den Haag heeft in het eerste half jaar van 2007 een bovengemiddelde volumedaling (5,7 procent) van het aantal WWB-gerechtigden gerealiseerd ten opzichte van Amsterdam en Rotterdam en Nederland in het algemeen. In de tweede helft van 2006 was er ook al sprake van een daling, maar toen liep dit nog gelijk op met de andere gemeenten (bron gegevens: CBS). . Het aantal bijstandsgerechtigden in Den Haag is historisch laag. Eind juni waren er nog maar 17.420 huishoudens jonger dan 65 met een bijstandsuitkering, de laagste stand in de afgelopen dertig jaar. Dit geldt overigens voor de gehele G4 en ook landelijk is het aantal nog nooit zo laag geweest (bron gegevens: CBS). . Het jongerenbestand (tot 25 jaar) is in Den Haag in het eerste half jaar 2007 gedaald met 14,6 procent. Ook deze daling is groter dan Amsterdam, Rotterdam en landelijk (bron gegevens: CBS). . Het aantal 65+'ers met een bijstandsuitkering stijgt bovengemiddeld. Sinds de overdracht aan de SVB neemt dit aantal gestaag toe. In de eerste helft van 2007 was de toename 13,4 procent, tegen 6,7 procent landelijk. . De bijstandsdichtheid (uitkeringen tot 65) in Den Haag is lager dan in de G4 gezamenlijk. Hiermee voldoen we aan de afspraak uit het collegeakkoord (bron gegevens: CBS).


2 Ontwikkeling bijstandsvolume onder 65

2.1 Volumeontwikkeling WWB G4 en landelijk tot 65 jaar in 2006 en 2007 (bron: CBS)

De ontwikkeling van de bijstand in de G4 en in Nederland ziet er als volgt uit:

Het Haagse bijstandsvolume tot 65 jaar is in de eerste helft van 2006 constant. Vanaf juli 2006 wordt een dalende trend ingezet die zich doorzet in 2007. Het doorzetten van deze daling is een breuk met Rotterdam, Amsterdam maar ook Nederland. In eerdere voortgangsverslagen is reeds aangegeven dat in Den Haag de economische groei later op gang komt, en dat er hier dus sprake kan zijn van een na-ijl effect. Inmiddels duurt de structurele daling van het bestand een jaar. In dit jaar is het bestand met 10,8% gedaald, wat iets meer is dan de landelijke daling in deze periode. Maar wat vooral opvalt is dat Den Haag (en ook Utrecht) er in slaagt om de daling ook in 2007 onverminderd hoog te laten zijn. In het eerste half jaar 2007 is het bestand in Den Haag met 5,7% gedaald, tegen 4,0% landelijk. Zie voor meer cijfers ook Tabel 1 in de bijlage.

2.2 Meerjarige ontwikkeling bijstandsvolume in de G4 (bron: CBS)

Uit de grafiek valt af te lezen dat alle G4 gemeenten een historisch laag aantal bijstandsgerechtigden hebben. Amsterdam is er in geslaagd om in de afgelopen tien jaar het bestand bijna te halveren. Een dergelijke spectaculaire daling hebben we in Den Haag niet gehad, maar ook hier is het bestand flink gedaald, van 25.750 eind 1997, tot 17.420 nu. Zie voor meer cijfers ook Tabel 2 in de bijlage.


3 Ontwikkeling bijstandsvolume onder 25
3.1 Volumeontwikkeling WWB G4 en landelijk jongeren tot 25 jaar in 2006 en 2007 (bron: CBS) De CBS-cijfers over de jongeren zijn voor de groep tot 25 jaar beschikbaar. In de G4 is de volumeontwikkeling als volgt (standcijfers):

Uit deze grafiek blijkt dat overal het aantal jongeren met een uitkering in 2006 sterk is gedaald, en dat deze daling overal in 2007 doorzet. Duidelijk is dat in zowel 2006 als 2007 het jongerenbestand harder daalt dan het totale bestand onder de 65. In 2007 lopen Den Haag en Utrecht voor op de andere twee gemeenten. Met name bij Rotterdam lijkt het er op dat de spectaculaire daling van 2006 tot een eind is gekomen, terwijl Den Haag juist in 2007 goed op gang komt. Den Haag daalt in 2007 met 14,6%, tegen 8,9% in Rotterdam en 11,0% in Nederland. Met uitzondering van Rotterdam is de G4 in 2007 succesvoller in het terugdringen van het jongerenbestand dan heel Nederland. Zie voor meer cijfers ook Tabel 3 in de bijlage.

Amsterdam zet stagevergoedingen uit het W-deel in voor jongeren, waardoor zij niet bij het aantal bijstandsgerechtigden worden geteld. Hierdoor ligt het aantal jongeren in de uitkering voor Amsterdam relatief laag.

3.2 Ontwikkeling jongerenbestand Den Haag in 2006 volgens informatie uit Socrates II Bestandsontwikkeling 2006 (bron: P&C, dienst SZW)
Naast de cijfers van het CBS registreert Den Haag ook zelf cijfers over jongeren. We doen dit, omdat de leeftijdscategorieën die wij hanteren afwijken van hetgeen het CBS registreert. Hierbij is rekening gehouden met het feit dat de Werkbeurs Sorghvliet per 1 maart verantwoordelijk is voor alle nieuwe klanten onder de 27. De nieuwe indeling is tot februari 2006 te herleiden.

Duidelijk is dat de jongeren tot 21 het sterkst dalen, en dat dit bestand nu al meer gedaald is dan in heel 2006. Ook is er in 2007 een sterke daling in de groep tussen 23 en 27 jaar.

Beleidsmatig is er meer aandacht voor deze groep, sinds de overdracht van deze jongeren naar de Werkbeurs Sorghvliet. De huidige cijfers wijzen erop dat deze beleidswijziging een positief effect heeft op de uitstroom.


4. Ontwikkeling bijstandsvolume boven 65 (bron: CBS)

Het aantal bijstandsgerechtigden in Den Haag neemt sinds juli 2006 gestaag toe. De stijging is het afgelopen jaar is zelfs twee maal zo hoog als het landelijke cijfer, 13,4% in Den Haag tegen 6,7% in Nederland. In juli was de overdracht van de 65+ers aan de SVB. Hoewel op grond van deze cijfers nu nog niet gezegd kan worden dat dit de oorzaak is van de sterke stijging, is het wel aannemelijk dat er een verband is. Dezelfde trend is namelijk waarneembaar in Rotterdam, waar de overdracht aan de SVB op 1 januari 2007 heeft plaatsgevonden. Utrecht is hierin echter afwijkend, zij hebben deze groep ook per 1-1-07 overgedragen, maar zien geen toename. Zie voor meer cijfers ook Tabel 4 in de bijlage.


5 Bijstandsdichtheid (bron: CBS)
In het coalitieakkoord MeeDoen is opgenomen dat het college streeft naar een lager percentage bijstandsgerechtigden dan gemiddeld in de G4 steden. De beste manier om dit te meten is met behulp van de bijstandsdichtheid, het percentage bijstandsgerechtigden afgezet tegen het totaal aantal huishoudens in de steden. Dit geeft het volgende beeld:

Uit de tabel blijkt dat voor de hele groep tot 65 jaar Den Haag een lagere bijstandsdichtheid heeft dan de G4 totaal. Dit past in het beeld dat Den Haag het binnen de G4 relatief goed doet. Utrecht heeft een lagere bijstandsdichtheid dan Den Haag, ook dit komt overeen met de volumeontwikkeling. Bijlage 1: tabellen ontwikkeling bijstandsvolume

Tabel 1: Ontwikkeling bijstandsvolume tot 65 jaar

Tabel 2: Lange termijn ontwikkeling bijstandsvolume tot 65 jaar

Tabel 3: Ontwikkeling bijstandsvolume tot 25 jaar

Tabel 4: Ontwikkeling bijstandsvolume ouder dan 65 jaar


---- --