Woonbond


persbericht

Woonbond: blij met akkoord, maar nog veel vragen en open einden

De Nederlandse Woonbond is positief dat er na maandenlange onderhandelingen een onderhandelaarsakkoord is tussen het Rijk en Aedes. Hierdoor kan de wijkaanpak eindelijk voortgang vinden. Het belangrijkste positieve element is de afspraak dat de huren de rest van de kabinetsperiode met niet meer dan de inflatie stijgen. Het is ook winst dat voor het eerst in de geschiedenis een niet-vrijblijvend herverdelingsmechanisme van corporatievermogen geregeld wordt, zonder dat dit verdwijnt in de algemene middelen.

In het akkoord is echter niets terug te vinden over invloed en zeggenschap van bewoners- en huurdersorganisaties. De Woonbond vindt dat huurders zowel op lokaal als nationaal niveau betrokken moeten worden bij de wijkaanpak en de aanwending van corporatiemiddelen. Minimaal moet geregeld worden dat huurderorganisaties adviesrecht hebben bij de lokale afspraken en de Woonbond betrokken is bij het Investeringsfonds. Het onderhandelaarsakkoord zwijgt hierover echter in alle talen. De Woonbond gaat er bij de Tweede Kamer op aandringen dat deze omissie wordt hersteld.

In het akkoord staan goede afspraken, zoals de extra inzet van corporaties de komende 10 jaar van 250 miljoen euro per jaar in de fysieke, sociale en economische pijler van de wijkaanpak (40 wijken), investeringen in energiebesparing en het huisvesten van bijzondere doelgroepen. Ook is het goed dat er afspraken zijn gemaakt over het nieuwbouwprogramma. De Woonbond plaatst echter de nodige kanttekeningen bij het akkoord. Een aantal belangrijke zaken is niet of slecht geregeld.

De uitwerking van het Investeringsfonds roept tal van vragen op. Corporaties die actief zijn in de 40 wijken kunnen alleen een beroep doen op het fonds ten behoeve van investeringen in vastgoed (fysieke pijler). De Woonbond vraagt zich af of daarmee de gewenste investeringen in de sociale en economische pijler voldoende gegarandeerd zijn. Daarbij komt dat corporaties alleen investeringsmiddelen kunnen krijgen door woningen in de betreffende wijken aan het Investeringsfonds te verkopen. Het Investeringsfonds is daardoor niet bepaald 'laagdrempelig', zoals de minister en Aedes claimen. Het leidt ook tot forse complicaties in het proces van de wijkaanpak. Volgens de Woonbond zijn er veel eenvoudiger oplossingen denkbaar voor (tijdelijke) financieringsproblemen van corporaties. Ten slotte biedt het Investeringsfonds, evenals de rest van het akkoord, geen enkele faciliteit voor investeringen buiten de 40 wijken.

Het kabinet heeft in het coalitieakkoord vastgelegd dat met de corporaties afspraken gemaakt zouden worden over de betaalbaarheid van huurwoningen, onder andere door energiebesparende maatregelen die leiden tot lagere woonlasten. In het onderhandelaarsakkoord is dit echter niet terug te vinden.

De afspraken over het volkshuisvestingsbestel gaan in de richting van zelfregulering van de corporatiesector, waarbij het overheidstoezicht tot een minimum wordt uitgekleed. De Woonbond heeft geen vertrouwen in verregaande zelfregulering en vindt dit een riskante ontwikkeling. In een tijd dat de maatschappelijke opdracht van de corporaties terecht steeds meer nadruk krijgt, is een nog verder terugtredende overheid ongewenst.

De invoering van de integrale plicht van corporaties om vennootschapsbelasting te betalen is in het akkoord niet geregeld, terwijl wel bekend is dat minister Bos hier jaarlijks 500 miljoen euro mee wil binnenhalen. De Woonbond heeft al eerder gesteld er tegen te zijn dat de huursector eenzijdig wordt aangeslagen om tekorten in 's rijks financiën op te lossen.

De Woonbond vraagt van de Tweede Kamer en de corporaties (de achterban van Aedes, die met het akkoord moet instemmen), in overleg met de Woonbond de hierboven geplaatste kanttekeningen weg te nemen. De Woonbond, de vertegenwoordiger van de zes miljoen huurders, wenst betrokken te worden bij de uitwerking op verschillende onderdelen (zoals de positie van huurdersorganisaties, het investeringsfonds, de wijkaanpak, energiebesparing en het overheidstoezicht).

Amsterdam, 18 september 2007
V07.1401.DI


Noot voor de redactie (

Woonbond