Vereniging Milieudefensie

Milieudefensie: 'Hoogste tijd voor kerosineaccijns'

Belasting op vliegen blijkt 43 procent lager dan autovakantie

Amsterdam, 22 september 2007 - De prijs van een vakantiereis met de auto wordt voor 43 procent bepaald door belastingen, terwijl dat voor een vliegvakantie maar 3 procent is. Dat blijkt uit onderzoek van het Centrum voor Duurzaam Transport en Toerisme van de NHTV Breda in opdracht van Milieudefensie. Volgens Milieudefensie doet het kabinetsvoorstel voor een vliegtax weliswaar iets aan dit oneerlijke belastingvoordeel, maar zou het kabinet ook het initiatief moeten nemen een Europese kopgroep te vormen met buurlanden die accijns gaan heffen over kerosine.

Milieudefensie vindt dat minister Cramer (Milieu) haar best moet doen om met bijvoorbeeld Engeland, Duitsland, België en Frankrijk een kopgroep te vormen van Europese landen die kerosineaccijns gaat heffen op vluchten tussen elkaars landen. Het aantal vluchten tussen deze landen kan dan tientallen procenten dalen, zo blijkt uit onderzoek.

Campagneleider Verkeer van Milieudefensie, Joris Wijnhoven: 'Door vliegtickets verder te belasten worden andere en minder vervuilende vervoersvormen weer concurrerend. Met name de veelvliegers, die korte funtripjes maken binnen Europa, zullen hierdoor hun gedrag veranderen. En dat betekent directe winst voor het milieu.'

De NHTV onderzocht de belastingdruk van verschillende vervoersvormen voor vier veel bereisde tracés. Er werd bekeken welke belastingen de reiziger betaalt en hoe hoog die belastingen zijn. Het blijkt dat autorijders 43 procent van hun reiskosten kwijt zijn aan belastingen als BTW, brandstofaccijns, tolheffing, aanschaf- en wegenbelasting. Busreizigers komen uit op 21 procent, treinreizigers op 6 procent. Luchtvaartpassagiers zijn het goedkoopste uit: 3 procent van hun reiskosten bestaat uit belastingen, grotendeels vanwege de Britse ticketheffing. De onderzochte reizen gingen van Amsterdam/Utrecht naar Berlijn, Barcelona, Londen en Zürich.

De onderzoekers keken ook naar het vlieggedrag. Opvallend is dat de helft van de Nederlanders de afgelopen drie jaar niet heeft gevlogen.
28 Procent zegt minder dan eens per jaar te vliegen, 21 procent vliegt één of meerdere keren per jaar. 20 Procent van de mensen ging in onderzoeksjaar 2006 helemaal niet met vakantie, 21 procent vierde vakantie in Nederland. Vliegvakantiegangers hebben een relatief hoog inkomen en geven op vakantie (los van hun reis) aanzienlijk méér geld uit dan een autovakantieganger: gemiddeld 989 euro tegen 399 euro voor een autovakantie.